De veren van de pronkvogel
€ 24,95
Niets is zo boeiend om te zien als het paarspel tussen twee seksen. Kunstenaar Achilles Cools verdiepte zich in de kracht van onweerstaanbare driften bij vogels. Hij trok daarvoor naar West-Papoea, tot bij de baltsplaatsen van de vele soorten paradijsvogels. In de haast ondoordringbare oerwouden leven deze fraaie pronkheren, wier praaldansen een spektakel zijn. De kunstenaar zag hoe de showmannen zich uitsloven voor een vrouwenjury en vergeleek ze met ijdeltuiten die hij kende van andere reizen. Altijd maken vrouwen de keuze voor de felste, de sterkste en de grootste siermaker. Alles voor de sier, alles voor de kunst.
In deze persoonlijke kroniek neemt de kunstenaar je mee, en hij leidt je een wereld binnen die soms bevreemdend, soms mooi, dan weer beknellend, maar steeds verrassend is. Deze reis is een zoektocht naar het paradijs, naar de oertijd en naar onszelf. Hij biedt tussen de regels door inzicht in Darwins evolutietheorie en het aspect van de seksuele selectie.
Achilles Cools is schilder, beeldhouwer, graficus, dichter en schrijver. Leven en werk vloeien bij hem in elkaar over. Alles wat hij doet, heeft met elkaar te maken. In zijn kunst staat natuur centraal.
Gerelateerde boeken
-
-
De scharrelaar 2020/2
Herfst, een nieuwe Scharrelaar! De herfsteditie van De scharrelaar staat weer boordevol met gedichten, verhalen en beschouwingen over vogels in binnen- en buitenland.
De scharrelaar is een tijdschrift voor alle vogelaars met liefde voor lezen en alle lezers met liefde voor vogels. Kortom, een literair tijdschrift voor vogelliefhebbers. In deze herfsteditie van De scharrelaar, het vierde nummer alweer, staan onder meer bijdragen van Kees Camphuysen, Threes Anna, Piet J. van den Hout, Rob Bijlsma en Nienke Beintema. Een greep uit de onderwerpen: broedende draaihalzen, invasieve fotografen, zeearenden, wilde eenden én (jawel, dat zijn ook vogels) kippen. De illustraties, als altijd in zwartwit, zijn van Francine Kooij.
Roots
Recensie‘Een superleuk en interessant literair magazine voor de vogelaar.’
-
Standhouden
Adellijk landgoedbeheer in Nederland - de twintigste eeuwse geschiedenis van Leuvenum en De Bannink€ 49,90Standhouden
De Nederlandse adel gold lang als heersende klasse van grondbezitters. Op het platteland bezaten adellijke families generaties lang omvangrijke landgoederen. Sociale, economische, ruimtelijke en maatschappelijke ontwikkelingen brachten in de twintigste eeuw grote veranderingen in deze oude bezits- en machtsstructuur. Op grote schaal werden landgoederen verkocht, afgebroken, of ze veranderden van eigendomsvorm.
De belangrijkste thema’s van Standhouden zijn de ontwikkelingen die plaatsvonden in de relatie van de landheer tot zijn bezit, in de exploitatie, de sociale verhoudingen tussen werknemers, bewoners en pachters, en de culturele betekenis van het landgoedbezit.
Centraal staat de adellijke familie Sandberg, die tot het einde van de twintigste eeuw de landgoederen Leuvenum (Gelderland) en De Bannink (Overijssel) bezat. Aan de hand van uniek archiefmateriaal wordt een persoonlijk beeld geschetst van leven, wonen en werken op een landgoed in de twintigste eeuw. Het leven van de familie Sandberg en het beheer van Leuvenum en De Bannink veranderde drastisch toen aan het einde van de Tweede Wereldoorlog, als gevolg van het overlijden van de eigenaar en zijn zoon (en beoogd opvolger), zijn weduwe en hun drie dochters het beheer van de landgoederen overnamen. Gedurende de tweede helft van de twintigste eeuw spanden deze vrouwen zich in om beide landgoederen en de agrarische gemeenschappen te behouden.Naast deze bijzondere familie- en landgoedgeschiedenis schetst dit boek een gedetailleerd beeld van het groeiende overheidsingrijpen en van de veranderende houding ten opzichte van landschaps- en erfgoedzorg en landgoedbeheer in deze periode.
Willemieke Ottens is architectuur- en landschapshistoricus gespecialiseerd in het groene erfgoed. Zij is werkzaam bij een bureau voor landschap en zal binnenkort op dit onderwerp promoveren.
-
De scharrelaar-2019/1
Een nieuwe lente, een nieuwe Scharrelaar! De lente-editie van De scharrelaar staat weer boordevol met gedichten, verhalen en beschouwingen over vogels in binnen- en buitenland.
Een literair tijdschrift over vogels en vogels kijken, dat was er nog niet. Ja, er zijn de bekende natuurglossy’s en ledenbladen. De adembenemende fotografie doet daar het meeste werk, en dat is mooi. De stukken zijn hoogst informatief. Maar in die visuele weelde missen wij toch iets: de bezieling en de bezetenheid, gevangen in woord, en een enkel beeld. We verlangden naar een nieuw gebied. Een eigen biotoop, een reservaatje waarin het knettert en tettert, zindert en zingt, vloeiend uit de pennen van vogelaars met liefde voor schrijven of schrijvers met liefde voor vogels.
De scharrelaar dus. Tweemaal per jaar vertoont hij zich, gelijk de vogeltrek: eenmaal in het voorjaar, eenmaal in de herfst.Het eerste nummer bevat bijdragen van onder meer: Stefan Brijs, Rob Buiter, Remco Daalder, Geert Groot Koerkamp, Redmond O’Hanlon, Alexander Reeuwijk, Marja Vuijsje, Hay Wijnhoven en Koos van Zomeren. De scharrelaar is alleen in losse verkoop beschikbaar en te koop bij de boekhandel.
Redactie: Emile Brugman, Caspar Dullaart, Jean-Pierre Geelen en Saskia van Loenen.
De Volkskrant
Recensie‘De liefde voor de vogel zit diep in De Scharrelaar.’– Paul Onkenhout, Volkskrant