Aantal boeken: 2

  • Wild jaar

    365 nachten buiten
    Koen Arts
     22,50

    Wild jaar

    Of zo’n experiment anderen valt aan te raden? Absoluut.
    Natuurbescherming is een idee dat moet worden verdedigd en een praktijk die moet worden geleefd.

    Wanneer je een ‘echte’ natuurervaring op wilt doen, kun je die zoeken in de Gobiwoestijn, de bossen van Canada, of de tropische wouden van Papoea. Maar Koen Arts maakt het zichzelf moeilijker. Hij blijft thuis en gaat samen met zijn vrouw een experiment aan om te onderzoeken of ze in hun eigen omgeving, en als onderdeel van het dagelijks bestaan, wildheid kunnen vinden. Ze besluiten om 365 nachten buiten te slapen, en in ieder seizoen tenminste vijftig procent van de tijd buiten door te brengen.

    Wild Jaar is een virtuoos geschreven verslag van wat evenzeer een wild als sociaal jaar werd. Koen Arts volgt zijn groene wortels naar jeugdherinneringen in het bos, klooft hout met familie en vrienden, en gaat na hoe hij zich verhoudt tot natuur in een sterk gecultiveerd land. Ondertussen komt het jaar door een tragische gebeurtenis in familiekring in gevaar. Zijn vrouw en hij worden geconfronteerd met de vraag hoe belangrijk natuurervaring nu eigenlijk is, en tegen welke prijs hun experiment moet worden doorleefd.

    Koen Arts is docent aan Wageningen Universiteit. Hij onderzoekt de relatie tussen mens en natuur, en werkte onder andere in Brazilië, Schotland en India. Ook zet hij zich met een eigen bedrijf en andere initiatieven in voor de promotie van elementaire natuurvaardigheid.

     22,50
  • Kloostermoppen

    Middeleeuws bouwmateriaal in stad en provincie Groningen
    Edward Houting, Hans Vrijer
     35,00

    Kloostermoppen

    In de twaalfde en vooral de dertiende eeuw vestigden zich onder meer de kloosterorden van de cisterciënzers en de premonstratenzers in Noord-Nederland. Naar voorbeeld van de moederkloosters introduceerden de kloosterlingen grote bakstenen, kloostermoppen genoemd, waarmee ze vanaf het midden van de twaalfde eeuw tot in de zestiende eeuw kerken en kloosters bouwden. In dezelfde periode gebruikten ook vermogende particulieren de grote bakstenen voor de bouw van hun steenhuizen. Vanaf midden dertiende eeuw begonnen de steden zich te ontwikkelen, waarbij de bakstenen werden gebruikt voor stadsmuren en particuliere huizen. Baksteen bood de bouwheren goede mogelijkheden en was duurzamer dan de natuursteen die tot het einde van de twaalfde eeuw werd toegepast als bouwmateriaal. Klei was voor de productie en turf voor het bakken van stenen in ruime mate voorhanden in de provincie Groningen.

    In Kloostermoppen, middeleeuws bouwmateriaal in stad en provincie Groningen beschrijven Edward Houting en Hans Vrijer circa 200 middeleeuwse kerken, kloosters, steenhuizen en stadsmuren. Hiermee wordt voor het eerst een uitgebreid overzicht in boekvorm gegeven van het ontstaan en de toepassing van kloostermoppen in Groningen. De uitgave is ruim geïllustreerd met foto’s, bouwtekeningen van middeleeuwse kerken en kerktorens, kaarten en oude prenten. Bovendien voert een wandeling in de binnenstad van Groningen langs zichtbare overblijfselen van middeleeuwse gebouwen.

     35,00