Wat gebeurt er in het Nederlands?
€ 24,95Wat betekent het als een woord, zin of uitspraak vaak voorkomt, of juist bijna nooit? Deze ogenschijnlijk simpele vraag is het uitgangspunt voor een grote verscheidenheid aan bijdragen, die kijken naar de Nederlandse taal in al zijn rijkdom. Taal vroeger, taal nu, en de veranderingen die plaatsvonden. Over uitspraak en grammatica, over meta foren, uitdrukkingen en nog veel meer, vertellen 60 neer landici uit Nederland, Vlaanderen en Suriname. Nicoline van der Sijs is als senior-onderzoeker verbonden aan het Instituut voor de Nederlandse Taal en als hoogleraar historische taalkunde van het Nederlands aan de Radboud Universiteit. Lauren Fonteyn is verbonden aan de Universiteit Leiden als onderzoeker en docent (toegepaste) taalkunde. Marten van der Meulen promoveert aan de Radboud Universiteit en schrijft, spreekt en blogt over taal voor ieder publiek.
Leeuwarden
€ 24,90Het vertrek van Geart de Vries als directeur van het Historisch Centrum Leeuwarden is een passend moment hem een erebundel aan te bieden. Ruim twintig auteurs die met hem te maken hadden in functies die hij vervulde, leverden daarvoor een bijdrage. Ieder essay heeft betrekking op aspecten van de Leeuwarder cultuur en geschiedenis of daarmee verbonden personen. In deze eeuw beleefde de stad een opmerkelijke culturele revival, bekroond in 2018 met de aanwijzing tot culturele hoofdstad van Europa. In hoeverre kunnen lijnen naar een verder verleden worden getrokken?
Alexander Tuinhout, Annelies van der Goot, Bert Looper, Dirk van Ginkel, Gert Elzinga, Goff e Jensma, Hans Mol, Henk Oly, Hotso Spanninga, Jacques Kuiper, Jan Faber, Kees ’t Hart, Klaas Zandberg, Leo van der Laan, Meindert Schroor, Meindert Se nga, Mineke Bosch, Peter de Haan, Philippus Breuker, Pieter de Groot, René Kunst, Steven Sterk, Willem Otterspeer, Yme Kuiper.
Houtstromen
€ 49,90In Houtstromen ontrafelt Paul Borghaerts de herkomst van hout waarmee boerderijen gebouwd werden in Noord-Nederland in de periode van 1550 tot 1950. Hij stelt vast dat de herkomst van het hout in de loop van de jaren verschoof. Zo werd er aanvankelijk hout uit West-Duitsland en Zuid-Noorwegen geïmporteerd, maar later uit de Baltische staten en zelfs Wit-Rusland.
Om tot dit inzicht te komen heeft de auteur verschillende onderzoeksgebieden gecombineerd. Zo bestudeerde hij duizenden archiefstukken, heeft hij van meer dan 200 boerderijen de draagconstructie ingemeten, en heeft hij dendrochronologische dateringen gedaan. Dit laatste maakte het mogelijk om elke onderzochte boerderij tot op het jaar nauwkeurig te dateren. Daarmee heeft hij de ontwikkeling van de greidschuur of greidboerderij, die in het brandpunt van de economische ontwikkeling van het rurale gebied in Nederland stonden, tot in detail zichtbaar gemaakt. De nieuwe kennis geeft inzicht in de internationale netwerken van de (hout)handel, en is ook van belang voor onderzoek naar oude gebouwen in Nederland en naar schepen van bijvoorbeeld de VOC.