Aantal boeken: 7

  • Fries vlas

    Gerrit Herrema, Henk Dijkstra
     34,90

    Fries vlas

    Friesland is rond 1880 de grootste producent van vlas in Nederland. De teelt gaat in die jaren niet zozeer om het gewas zelf, maar is voornamelijk bedoeld als werkverschaffing. Het eindproduct linnen wordt veelal thuis en in spinhuizen gesponnen en door regionale wevers verwerkt. Voor veel burgerlijke- en kerkelijke gemeenten in de provincie is het dé manier om arbeiders en hun gezinnen de winter door te helpen. De arbeidsomstandigheden in de zogenoemde braakhokken zijn echter vaak ten hemel schreiend.
    Vanaf het begin van de twintigste eeuw verschijnen er in Friesland zo’n twintig fabrieken waarin vlas gemechaniseerd wordt verwerkt. Een van de vele vlasproducten – het lijnzaad – gaat dan een grote rol spelen bij de opkomst van de veevoerindustrie en de intensivering van de landbouw.

    In deze rijk geïllustreerde uitgave beschrijven Henk Dijkstra en Gerrit Herrema de Friese vlasgeschiedenis. Hoe en waar werd in Friesland vlas verbouwd, hoe werd het verwerkt, welke producten leverde het op en hoe was de afzet geregeld. Dit boek bevat een overzicht van veel gebruikte vlasserstermen in zowel het Fries als in het Nederlands. De auteurs sluiten af met de recente ontwikkelingen binnen de vlasteelt en de toekomstmogelijkheden voor Fries vlas.

     34,90
  • Oud water in de nieuwe tijd

    Schoon grondwater is van levensbelang
    Ab Grootjans, Henk Everts, Ineke Noordhoff, Jan Bakker, Niels Grootjans, Piet Schipper
     39,90
  • De Prinsentuin in Groningen

    Van stadhouderlijke gaerde tot publiekstuin
    Edward Houting
     19,90
  • Uitgestorven

    Op plantenjacht rond de wereld
    Maarten Christenhusz, Rafaël Govaerts
     59,90

    Uitgestorven

    In ware detectivestijl!

    De meeste mensen kunnen een dier noemen dat van de aardbodem is verdwenen. De dodo is bijvoorbeeld zo’n icoon. Over het uitsterven van planten daarentegen is over het algemeen weinig bekend.

    Botanici Maarten Christenhusz en Rafaël Govaerts nemen u mee op een reis rond de wereld en presenteren in ware detectivestijl hoe plantenjagers soorten ontdekken waarvan men aannam dat ze niet meer voorkwamen. Vaak is men er niet helemaal zeker van dat planten voor altijd verdwenen zijn, en dan moeten ze worden opgespoord. Oorzaken? De introductie van grazers, bouwwoede, klimaatverandering, toerisme, verdwijnen van biotopen, te vaak maaien van weiden …

    Maar niet alles is verloren. De auteurs benadrukken dat bedreigde soorten weer in aantal kunnen toenemen wanneer de omstandigheden ten goede keren. Zaden kunnen immers vele jaren in de grond liggen ‘wachten’. Ook tuinen spelen een belangrijke rol, ze kunnen herintroducties faciliteren wanneer een soort plaatselijk of wereldwijd is verdwenen.

    Dit rijk geïllustreerde boek laat de diversiteit aan planten zien die we zijn kwijtgeraakt, maar inspireert ook om er iets aan te doen. Je kunt zelfs je eigen uitgestorven plant kweken.

    Dr. Maarten J.M. Christenhusz MSc, PhD, FLS, een Nederlandse bioloog, natuurhistoricus en auteur, en reist de wereld rond om nieuwe en verloren gegane plantensoorten te ontdekken. Hij ontdekte 37 nieuwe soorten, acht nieuwe geslachten en drie nieuwe plantenfamilies. Rafaël H. A. Govaerts BSc, FLS, een Belgische bioloog, probeert sinds zijn tienerjaren uitgestorven planten terug te vinden. Momenteel werkt hij in de Royal Botanic Gardens, Kew in Londen.

     59,90
  • Vertellen is een kunst

    De geschiedenis van Karel ende Elegast
    Jozef Janssens
     27,50

    Vertellen is een kunst

    Er is vermoedelijk geen enkele andere historische figuur die zo vaak werd gebruikt, misbruikt, vertekend en voor ideologische karren werd gespannen als Karel de Grote († 814). De vele middeleeuwse Karelverhalen bevestigen zijn bijzondere status. Karel ende Elegast, wellicht ontstaan rond 1250, was meer dan 300 jaar bijzonder populair. In tegenstelling tot andere Karelverhalen krijgt de keizer de hoofdrol. De onbekende dichter laat hem, op bevel van
    God, ’s nachts anoniem door een donker bos trekken om te gaan stelen. Hij komt er zijn afvallige leenman Elegast tegen die een meesterdief blijkt te zijn … O schande, een keizer die uit stelen gaat! Jan van Boendale en Jacob van Maerlant, twee andere grootheden uit de middeleeuwse literatuur, waren verontwaardigd over zoveel roddels rond de grote Karel. De lezers en luisteraars van toen hadden lak aan deze bedenkingen en smulden van dit verhaal vol oeroude motieven, gebracht
    door een geniale verteller met een boodschap. Karel ende Elegast is ook vandaag het meest gelezen verhaal uit de Middelnederlandse literatuur. Professor Jozef Janssens, specialist middeleeuwse literatuur, reconstrueert de diverse gezichten van deze vorst die tot op vandaag boeit. Prof. Jozef Janssens is emeritus hoogleraar Cultuurgeschiedenis
    en Geschiedenis van de middeleeuwse, Nederlandse en Europese literatuur aan de K.U.Brussel. Hij publiceerde verschillende werken over de middeleeuwse letterkunde en geschiedenis.

     27,50
  • 200 jaar Friese landbouwmechanisatie

    In de afgelopen twee eeuwen veranderde de wijze waarop in Friesland landbouw bedreven werd ingrijpend. Rond 1800 werkte de boer nog voornamelijk met de hand, geholpen door zijn paard. Een eeuw later nam de trekker de rol van het paard over en volgde op mechanisatiegebied de ene revolutionaire ontwikkeling na de andere. In Friesland begonnen in de jaren net voor en na de Tweede Wereldoorlog innovatieve dorpssmeden en uitvinders met de import, verkoop en bouw van landbouwwerktuigen. Een aantal van hen groeide uit tot succesvolle fabrikanten en handelaren en werden internationale spelers met een iconische status. Voorbeelden zijn de rood-gele landbouwwagens van Miedema, de blauwe hooischudder van Eureka, de maaibalk van Schukken en de gierpomp van Hermes. Friesland leverde ook wereldprimeurs, zoals de melkrobot uit Oentsjerk en de snarenbedpootmachine en looftrekker van uitvinder Abe Gerlsma.

    In dit rijk geïllustreerde standaardwerk beschrijft Henk Dijkstra de historie van de landbouwmechanisatie in Friesland, met uitstapjes naar nationale en internationale ontwikkelingen. Aan het eind van het boek wordt uitgebreid de geschiedenis van de 15 belangrijkste Friese fabrikanten van landbouwmachines beschreven.

    Henk Dijkstra (Gytsjerk, 1959) is directeur van het Fries Landbouwmuseum in Leeuwarden.

     49,90
  • Kloostermoppen

    Middeleeuws bouwmateriaal in stad en provincie Groningen
    Edward Houting, Hans Vrijer
     35,00

    Kloostermoppen

    In de twaalfde en vooral de dertiende eeuw vestigden zich onder meer de kloosterorden van de cisterciënzers en de premonstratenzers in Noord-Nederland. Naar voorbeeld van de moederkloosters introduceerden de kloosterlingen grote bakstenen, kloostermoppen genoemd, waarmee ze vanaf het midden van de twaalfde eeuw tot in de zestiende eeuw kerken en kloosters bouwden. In dezelfde periode gebruikten ook vermogende particulieren de grote bakstenen voor de bouw van hun steenhuizen. Vanaf midden dertiende eeuw begonnen de steden zich te ontwikkelen, waarbij de bakstenen werden gebruikt voor stadsmuren en particuliere huizen. Baksteen bood de bouwheren goede mogelijkheden en was duurzamer dan de natuursteen die tot het einde van de twaalfde eeuw werd toegepast als bouwmateriaal. Klei was voor de productie en turf voor het bakken van stenen in ruime mate voorhanden in de provincie Groningen.

    In Kloostermoppen, middeleeuws bouwmateriaal in stad en provincie Groningen beschrijven Edward Houting en Hans Vrijer circa 200 middeleeuwse kerken, kloosters, steenhuizen en stadsmuren. Hiermee wordt voor het eerst een uitgebreid overzicht in boekvorm gegeven van het ontstaan en de toepassing van kloostermoppen in Groningen. De uitgave is ruim geïllustreerd met foto’s, bouwtekeningen van middeleeuwse kerken en kerktorens, kaarten en oude prenten. Bovendien voert een wandeling in de binnenstad van Groningen langs zichtbare overblijfselen van middeleeuwse gebouwen.

     35,00