Groen in alles wat we doen
€ 19,90Als de monumentale beuken in het Wasven, een groen domein in Eindhoven, geveld dreigen te worden, ontstaat er een actiegroep. Deze groeit met vallen en opstaan uit tot een onderneming; een symbiose van vakgerichte dagbesteding, biologische landbouw, natuurbeheer en duurzame horeca. In de gekozen aanpak, de ecologisch-liberale filosofie van John Dewey, staat gemeenschapszin centraal door als individu te participeren in de gemeenschap. Het Wasven als inspirerend voorbeeld voor duurzaam handelen in de praktijk.
Geschiedenis van de veehandel en veemarkten in Friesland
€ 39,90Met een ferme handslag en een krachtig uitgesproken GELOK (geluk) accepteert een Friese veehandelaar het bod van een koper. De koop is gesloten. Zo is het eeuwenlang gegaan.
De veehandel in Friesland is al vele generaties belangrijk voor families die er hun brood in verdienen en draagt wezenlijk bij aan de regionale welvaart. Dit rijk geïllustreerde boek toont het roemrijke verleden van de Friese veehandel en veemarkten. Naast aandacht voor de economische en sociale aspecten, de infrastructuur en logistiek, sluit het boek af met de boeiende geschiedenis van de familie Pilat, een geslacht van veehandelaren in Friesland.Wolf
€ 25,00Plotseling gebeurde wat schapenboeren vreesden en natuurliefhebbers hoopten. De terugkeer van de wolf in Nederland en België is nu een feit, maar leidt tot commotie en botsende opvattingen bij natuurliefhebbers, boeren, wetenschappers en recreanten.
In Wolf, de terugkeer van een jager onderzoekt Roelke Posthumus het gedrag en leven van wolven. Hun doorzettingsvermogen bij het jagen op prooi, de tientallen kilometers die ze kunnen afleggen per dag, het contact met familieleden, het ontwijken van vijanden. De feiten uit Wolf geven context aan de onwennigheid waarmee we tegenover een fors roofdier staan.
Roelke Posthumus is bioloog en auteur. Zij woonde in de ‘wolvenzone’ in Noorwegen tijdens de terugkeer van de wolf in Scandinavië. Daar raakte ze gefascineerd door het leven van dit unieke roofdier en de emoties die hij oproept.
Kloostermoppen
€ 35,00In de twaalfde en vooral de dertiende eeuw vestigden zich onder meer de kloosterorden van de cisterciënzers en de premonstratenzers in Noord-Nederland. Naar voorbeeld van de moederkloosters introduceerden de kloosterlingen grote bakstenen, kloostermoppen genoemd, waarmee ze vanaf het midden van de twaalfde eeuw tot in de zestiende eeuw kerken en kloosters bouwden. In dezelfde periode gebruikten ook vermogende particulieren de grote bakstenen voor de bouw van hun steenhuizen. Vanaf midden dertiende eeuw begonnen de steden zich te ontwikkelen, waarbij de bakstenen werden gebruikt voor stadsmuren en particuliere huizen. Baksteen bood de bouwheren goede mogelijkheden en was duurzamer dan de natuursteen die tot het einde van de twaalfde eeuw werd toegepast als bouwmateriaal. Klei was voor de productie en turf voor het bakken van stenen in ruime mate voorhanden in de provincie Groningen.
In Kloostermoppen, middeleeuws bouwmateriaal in stad en provincie Groningen beschrijven Edward Houting en Hans Vrijer circa 200 middeleeuwse kerken, kloosters, steenhuizen en stadsmuren. Hiermee wordt voor het eerst een uitgebreid overzicht in boekvorm gegeven van het ontstaan en de toepassing van kloostermoppen in Groningen. De uitgave is ruim geïllustreerd met foto’s, bouwtekeningen van middeleeuwse kerken en kerktorens, kaarten en oude prenten. Bovendien voert een wandeling in de binnenstad van Groningen langs zichtbare overblijfselen van middeleeuwse gebouwen.