Aantal boeken: 4

  • Het dialectendoeboek

    De schatkamer van 90 jaar Meertens Instituut
    Marc van Oostendorp, Simone Wolff
     17,50

    Het dialectendoeboek

    Het Meertens Instituut in Amsterdam verzamelt al 90 jaar gegevens over de Nederlandse dialecten. Medewerkers van het instituut trokken het land in om overal, eerst met pen en papier, later met bandrecorders en nog later laptops, opnamen te maken van hoe mensen spraken. De klok werd stilgezet en na een kopje koffie vertelden mensen hoe het leven en hoe de taal vroeger was. Omdat
    vanaf het begin vooral ook oudere mensen werden geïnterviewd, krijgen we zo een inkijk in de taal van de Nederlanders tot diep in de negentiende eeuw. In de afgelopen decennia heeft het Meertens Instituut heel veel gegevens uit dat onderzoek gedigitaliseerd en online geplaatst: duizenden uren geluidsopnamen, door lokale dialectliefhebbers ingevulde vragenlijsten, landkaarten waarop is ingetekend waar bepaalde woorden werden gebruikt, en veel meer. Het is een digitale schatkamer voor onderzoekers.

    In het Dialectendoeboek demonstreren 35 dialectwetenschappers op een aanstekelijke manier wat er allemaal te halen is en op welke manier iedereen zelf het goud kan delven uit de digitale mijnen die vierentwintig uur per dag open liggen.

    Het Meertens Instituut houdt zich bezig met de bestudering en documentatie van Nederlandse taal en cultuur. Centraal staan de verschijnselen die het alledaagse leven in onze samenleving vormgeven.

     17,50
  • Zuivelfabrieken in Friesland

    Marijn Molema, Peter Karstkarel
     39,90

    Zuivelfabrieken in Friesland

    In Friesland zijn sinds het einde van de negentiende eeuw meer dan 160 zuivelfabrieken gebouwd. Ruim een derde van de dorpen en steden had zo’n fabriek. Net als de kerk werd de zuivelfabriek een sociaal referentiepunt, een plek die de mensen in en rondom dorp of stad verenigde in een gemeenschappelijke activiteit, namelijk het maken van boter en kaas.

    Van al die oude zuivelfabrieken zijn nog slechts enkele in bedrijf, en meer dan honderd zijn er – soms gedeeltelijk – afgebroken. Zuivelfabrieken in Friesland geeft voor het eerst een compleet en rijk geïllustreerd overzicht van deze fabrieken en hun geschiedenis.

    In Zuivelfabrieken in Friesland plaatst historicus Marijn Molema de komst en ontwikkeling van de Friese zuivelfabrieken in een bredere, maatschappelijke context. Architectuurkenner Peter Karstkarel behandelt in het tweede deel de zuivelfabrieken alfabetisch per plaats. Hij gaat daarbij in op ontstaan, geschiedenis en architectonische kenmerken van zowel de fabriek als de directeurswoning.

    De basis voor dit standaardwerk is de collectie van Robert Visser, die al zo’n dertig jaar alles verzamelt wat ook maar enigszins te maken heeft met zuivelfabrieken en industriële processen die daarin plaatsvonden. Een unieke collectie die in dit boek is vastgelegd.

     39,90
  • Mearkes fan Grimm

    Anne Tjerk Popkema
     29,50

    Mearkes fan Grimm

    In klassiker dy’t jong en âld al twa ieuwen lang oansprekt is no einliks ek yn it Frysk foarhannen. De mearkes fan de buorren Grimm hearre ta de moaiste en bekendste ferhalen fan de wrâld. Foar it earst is der sa’n grutte samling fan har mearkes oerset yn it Frysk: fyftich ferhalen. No kinne bern en folwoeksenen mar (foar)lêze fan Sniewytsje, Readkapke of Toarnroaske. Dêrby falt der foar jong en âld gâns te ûntdekken yn de prachtige, artistike yllustraasjes dy’t nij makke binne foar dit Fryske mearkeboek.
    De oersettings binne fan Anne Tjerk Popkema, dy’t yn 2012 de Obe Postmapriis foar Fryske oersettings wûn. De yllustraasjes by de ferhalen binne fan Peter Boersma & Hilda Groenesteyn.

     29,50
  • Opstand in de turf

    Het harde leven in een turfmakersgebied
    Kerst Huisman
     19,90

    Opstand in de turf

    Opstand in de turf is het verhaal van de turfgravers van westelijk Opsterland en het noordoostelijke gedeelte van de gemeente Heerenveen. Historicus en oud-journalist Kerst Huisman is geboren en getogen in het gebied dat hij beschrijft. Hij heeft de tijd waarin het boek speelt (van 1750 tot 1940) niet zelf meegemaakt, maar heeft er uit overlevering veel over gehoord. Bovendien heeft hij tientallen mensen die het wel hebben meegemaakt, uitgebreid geïnterviewd. Daarbij heeft hij ook nog veel archiefonderzoek gedaan.

    Hebben mensen nog wel een idee hoe het is geweest? Hele dorpen in de winter op de vlucht voor het ijskoude kolkende water, omdat grootgrondbezitters de aanleg van een polderdijk tegenwerkten. Arme ouders die met hun kinderen uit hun onderkomens op straat werden gezet door hardvochtige armvoogden. Arbeiders die aan het einde van de koude winter een dode koe opgroeven, zodat ze toch wat te eten hadden. Een veenbaas die het hele jaar de halve centen spaarde, zodat hij de nieuwjaarsbedelaars geen hele cent hoefde te geven.

    Veel aandacht besteedt het boek aan de sociale strijd in de veenpolders. Het bevat ook de geschiedenissen van moedige idealisten, schoolmeesters, handwerkslieden en arbeiders die alles, inkomsten ja zelfs hun gezondheid, opofferden omdat ze geloofden in een betere toekomst voor hun kinderen. Verhalen die ontroeren en inspireren. Maar het boek gaat niet alleen over het leven van de turfgravers. Het gaat ook over veenbazen, adellijke heren, schippers, dominees, winkeliers en herbergiers.

    Dit boek is een volledig herziene en aangevulde versie van de eerste (1981) en tweede (1994) druk. Deze herziening was noodzakelijk vanwege voortgezet onderzoek en voortschrijdend inzicht inzake het verloop van de veenderijen, de veenstakingen, terwijl ook aanvullend genealogisch onderzoek is verricht naar mensen en families die in het boek voorkomen en die in het verhaal een bepaalde rol spelen.

     19,90