Aantal boeken: 6

  • De Prinsentuin in Groningen

    Van stadhouderlijke gaerde tot publiekstuin
    Edward Houting
     19,90
  • Strijd om de ruimte

    Het debat over de inrichting van stad en land
    Jozef Keulartz
     22,50
  • Dierzaamheid

    Duurzaam samenleven met dieren
    Karen Soeters, Maarten Reesink, Pim Martens
     24,90

    Dierzaamheid

    Dit boek beschrijft het leven van huisdieren, gehouden dieren en wilde dieren in Nederland. Er blijkt veel te verbeteren. Maar het is mogelijk: duurzaam samenleven met dieren, zonder uitbuiting en milieuvernietiging. De auteurs introduceren het begrip ‘dierzaamheid’. We worden ‘dierzaam’ door zorgzamer om te gaan met onze huisdieren, dierentuinen te hervormen, de oude strijd tegen het zogenaamde ‘ongedierte’ te stoppen en door op een milieuvriendelijke wijze gezonder vee te houden. Het verbeteren van de (rechts)positie van het dier blijkt niet alleen van belang voor de kwetsbare dieren, maar ook voor het milieu en dus voor onze eigen gezondheid.

    Met tips voor een dierinclusieve samenleving.

    Auteurs: Pim Martens, Maarten Reesink & Karen Soeters

    —-

    ‘Dierzaamheid gaat veel verder dan duurzaamheid, in de zin dat het dierlijke belang en respect voor alle dieren (dus niet alleen mensen) en hun natuurlijke omgeving hier vooropstaat. We lanceren deze term dierzaamheid ook als een oproep. Wij willen dat de definitie van duurzaamheid zo wordt aangepast dat deze voortaan dierzaamheid omvat. Iets kan pas echt duurzaam zijn als het ook dierzaam is.’

    —-

    Pim Martens is gepromoveerd in de toegepaste wiskunde én biologische wetenschappen. Hij is hoogleraar duurzame ontwikkeling aan de Universiteit van Maastricht en oprichter van AnimalWise.

    Maarten Reesink doceert DierMens Studies (Human-Animal Studies) bij de afdeling Mediastudies en het Instituut voor Disciplinaire Studies aan de Universiteit van Amsterdam. Hij publiceerde daarover het standaardwerk Dier en Mens: de band tussen ons en andere dieren, en is medeoprichter van het Centrum voor DierMens Studies Nederland.

    Karen Soeters is oprichter van House of Animals. Met deze organisatie zet ze zich in om een einde te maken aan dierenleed, onder meer door eigen onderzoek naar misstanden rond dieren. Van 2007 tot en met 2021 was ze directeur van de Nicolaas G. Pierson Foundation, het wetenschappelijk bureau van de Partij voor de Dieren.

    Met bijdragen van:
    Leonie Cornips, Marco van Duijn, Frank van Eerdenburg, Lenny van Erp, Monique Janssens, Marjo van Koppen,
    Diederik van Liere, Pim Martens, André Menache, Nynke Osinga, Maarten Reesink, Esteban Rivas, Servé Smeets,
    Karen Soeters, Bert Theunissen en Frank Zanderink

     24,90
  • 12.000 jaar Bos t’Ename

    Een hoopvol perspectief voor bos in de Lage Landen
    Guido Tack, Martin Hermy, Paul van den Bremt, Pieter Blondé
     99,95

    12.000 jaar Bos t’Ename

    Een hoopvol perspectief voor bos in de Lage Landen 12.000 jaar Bos t’Ename Bos t’Ename kan op vele vlakken model staan voor alle andere bossen in de Lage Landen, maar onderscheidt zich sterk door de veelheid van kennis die erover is vergaard. Duizenden jaren geschiedenis liggen hier op de bodem en werden bovengespit. Bijna veertig jaar intensief onderzoek bracht het erfgoed inclusief de biodiversiteit uit het verleden in kaart, maar daarnaast spitste het onderzoek zich ook toe op de inventarisatie van de actuele biodiversiteit. Vele tientallen specialisten uit binnen- en buitenland en vrijwilligers hebben zich daarbij ingezet om de 15 à 19.000 soorten in kaart te brengen. De mens was verantwoordelijk voor het verdwijnen van een aantal soorten, maar tegelijk toont onderzoek aan dat menselijke beïnvloeding een rijke biodiversiteit niet uitsluit. Een rijke natuur en dito cultuur kunnen perfect hand in hand gaan. Als dat geen hoopvolle boodschap is.

    Guido Tack (1958) werkt bij het agentschap Onroerend Erfgoed van de Vlaamse overheid op het snijvlak met natuur en bos, landbouw en ruimtelijke ordening en is conservator van het Bos t’Ename. Pieter Blondé (1980) is procesbegeleider bij Natuurpunt en is conservator van het Bos t’Ename. Paul Van den Bremt (1952) werkte als erfgoedconsulent en erfgoedonderzoeker bij het agentschap Onroerend Erfgoed van de Vlaamse Overheid. Martin Hermy (1956) is emeritus professor van de KU Leuven, waar hij 25 jaar onder andere de vakken groenbeheer, natuurbeheer en ecologie aan de bio-ingenieurs gaf. Nele Vanmaele (1978) werkt als erfgoedonderzoeker bij het agentschap Onroerend Erfgoed.

     99,95
  • Boommensen

    Over nut en nadeel van de humanisering van de natuur
    Jozef Keulartz
     14,90

    Boommensen

    De laatste decennia is de muur die de mens tussen zichzelf en alle andere levende wezens op aarde heeft opgetrokken aan het verbrokkelen. De eerste opening in deze muur betreft de dieren. Alle vermogens en verworvenheden die voorheen uitsluitend aan de mens voorbehouden leken te zijn, vindt men nu ook bij dieren terug. Recent is een tweede opening in de muur ontstaan en worden ook aan planten verbazingwekkende vaardigheden toegeschreven; ze zouden in staat zijn om afwegingen te maken, problemen op te lossen, te voelen, te leren, te communiceren, enzovoort. Jozef Keulartz zet alle actuele ontwikkelingen op een rij en beschrijft helder zowel de lichtpunten als de schaduwzijden van de vermenselijking van planten. Keulartz besteedt veel aandacht aan de koning der planten: de boom, en aan de vele actiegroepen die zich het met bomen bezighouden, zoals de net opgerichte Partij van de Bomen, bomenridders en bomenstichtingen.

    Jozef Keulartz (1947) is emeritus hoogleraar milieufilosofie. Hij publiceerde veel over sociale en politieke filosofie. De laatste jaren schreef hij vooral over dierenethiek, milieufilosofie en natuurbeleid, waaronder ‘Dieren in ons midden’.

     14,90
  • Kloostermoppen

    Middeleeuws bouwmateriaal in stad en provincie Groningen
    Edward Houting, Hans Vrijer
     35,00

    Kloostermoppen

    In de twaalfde en vooral de dertiende eeuw vestigden zich onder meer de kloosterorden van de cisterciënzers en de premonstratenzers in Noord-Nederland. Naar voorbeeld van de moederkloosters introduceerden de kloosterlingen grote bakstenen, kloostermoppen genoemd, waarmee ze vanaf het midden van de twaalfde eeuw tot in de zestiende eeuw kerken en kloosters bouwden. In dezelfde periode gebruikten ook vermogende particulieren de grote bakstenen voor de bouw van hun steenhuizen. Vanaf midden dertiende eeuw begonnen de steden zich te ontwikkelen, waarbij de bakstenen werden gebruikt voor stadsmuren en particuliere huizen. Baksteen bood de bouwheren goede mogelijkheden en was duurzamer dan de natuursteen die tot het einde van de twaalfde eeuw werd toegepast als bouwmateriaal. Klei was voor de productie en turf voor het bakken van stenen in ruime mate voorhanden in de provincie Groningen.

    In Kloostermoppen, middeleeuws bouwmateriaal in stad en provincie Groningen beschrijven Edward Houting en Hans Vrijer circa 200 middeleeuwse kerken, kloosters, steenhuizen en stadsmuren. Hiermee wordt voor het eerst een uitgebreid overzicht in boekvorm gegeven van het ontstaan en de toepassing van kloostermoppen in Groningen. De uitgave is ruim geïllustreerd met foto’s, bouwtekeningen van middeleeuwse kerken en kerktorens, kaarten en oude prenten. Bovendien voert een wandeling in de binnenstad van Groningen langs zichtbare overblijfselen van middeleeuwse gebouwen.

     35,00