Aantal boeken: 12

  • De lange schaduw van de duivel

    Dominique Bauer, Mikael Bauer, Raoul Bauer
     27,90
  • De Prinsentuin in Groningen

    Van stadhouderlijke gaerde tot publiekstuin
    Edward Houting
     19,90
  • Friese Dijken

    Els van der Laan-Meijer, Jelmer Bokma, Meindert Schroor, Willemieke Ottens
     34,90

    Friese Dijken

    Het omvangrijke Friese dijksysteem, van zeedijk tot polderdijk, van zomer- en winterdijk, van dromer, waker tot slaper, is uniek in Nederland en vormt de ruggengraat van het Friese cultuurlandschap. De dijken hebben een belangrijke functie bij de bescherming tegen het water, zijn belangrijke lintvormige elementen in het landschap en vormen een samenhangende erfgoedstructuur met de terpen en middeleeuwse kerken en het watererfgoed van gemalen, molens en sluizen.

    Op heldere wijze wordt de dijkenbouw en de complexe gelaagdheid van de vele honderden verschillende Friese dijken uiteengezet. In deze beschrijving wordt het accent gelegd tussen bredere geografische patronen en processen én het verbeeldende detail van de plek. Vernieuwend is de bewerking van het verhaal van de dijksystemen, zoals deze destijds door Rienks en Walther in kaart zijn gebracht. Hierin is op een fraaie wijze het Actueel Hoogtebestand Nederland als derde dimensie aan de handschetsen van Rienks en Walter toegevoegd. Tevens wordt een compleet overzicht gegeven van de verschillende Friese landschappen met de karakteristieke dijken, dijktypen en het watererfgoed en laten overtuigend zien dat de Friese dijken een archeologische archief van onschatbare internationale waarde zijn. Deze beschrijvingen zijn de basis voor het denken over de rol van de dijken in de toekomst. De betekenis van de dijken in het verleden, heden en de toekomst als gevolg van ingrijpende effecten van bijvoorbeeld verzilting en verzoeting, klimaatveranderingen en de zeespiegelrijzing is nu actueel.

     34,90
  • De Leeuwarder Weeshuisrekeningen 1541 – 1608

    Spiegels van het dagelijks leven in de zestiende eeuw
    Meindert Schroor
     75,00

    De Leeuwarder Weeshuisrekeningen 1541 – 1608

    Met als stichtingsjaar 1534 is het Old Burger Weeshuis in Leeuwarden een van de oudste burgerweeshuizen in Nederland. Vrijwel vanaf het begin is een administratie bijgehouden van zijn inkomsten en uitgaven in rekenboeken en jaarrekeningen. Zij bevatten een schat aan informatie over aard, kwaliteit en prijs van voedingsmiddelen, kleding en schoeisel, bouwmaterialen en gereedschappen, over het boerenbedrijf, maar ook over verdere uiteenlopende zaken als de werkgelegenheid (ambacht en losse arbeid), huizen en landerijen, lonen, huren, renten en legaten, verkeer en vervoer, de inrichting van de stad, het weer en de relatie tussen Leeuwarden en zijn omgeving. Ze bieden zowel professionele onderzoekers als amateurs ‘elck wat wils’. De Leeuwarder Weeshuisrekeningen 1541-1608 geeft als nagenoeg ononderbroken bron een beeld van het dagelijks leven in Leeuwarden en zijn omgeving gedurende het grootste deel van de zestiende eeuw zowel als de beginjaren van de zeventiende eeuw. Geograaf en historicus Meindert Schroor heeft met zijn transcriptie en inleiding op de rekeningen van de destijds als ‘Arme Weeshuys’ aangeduide instelling een van de belangrijkste historische bronnen voor de sociaaleconomische geschiedbeoefening van Friesland toegankelijk gemaakt.

    With summary in English/Met Engelse samenvatting.

     75,00
  • 12.000 jaar Bos t’Ename

    Een hoopvol perspectief voor bos in de Lage Landen
    Guido Tack, Martin Hermy, Paul van den Bremt, Pieter Blondé
     99,95

    12.000 jaar Bos t’Ename

    Een hoopvol perspectief voor bos in de Lage Landen 12.000 jaar Bos t’Ename Bos t’Ename kan op vele vlakken model staan voor alle andere bossen in de Lage Landen, maar onderscheidt zich sterk door de veelheid van kennis die erover is vergaard. Duizenden jaren geschiedenis liggen hier op de bodem en werden bovengespit. Bijna veertig jaar intensief onderzoek bracht het erfgoed inclusief de biodiversiteit uit het verleden in kaart, maar daarnaast spitste het onderzoek zich ook toe op de inventarisatie van de actuele biodiversiteit. Vele tientallen specialisten uit binnen- en buitenland en vrijwilligers hebben zich daarbij ingezet om de 15 à 19.000 soorten in kaart te brengen. De mens was verantwoordelijk voor het verdwijnen van een aantal soorten, maar tegelijk toont onderzoek aan dat menselijke beïnvloeding een rijke biodiversiteit niet uitsluit. Een rijke natuur en dito cultuur kunnen perfect hand in hand gaan. Als dat geen hoopvolle boodschap is.

    Guido Tack (1958) werkt bij het agentschap Onroerend Erfgoed van de Vlaamse overheid op het snijvlak met natuur en bos, landbouw en ruimtelijke ordening en is conservator van het Bos t’Ename. Pieter Blondé (1980) is procesbegeleider bij Natuurpunt en is conservator van het Bos t’Ename. Paul Van den Bremt (1952) werkte als erfgoedconsulent en erfgoedonderzoeker bij het agentschap Onroerend Erfgoed van de Vlaamse Overheid. Martin Hermy (1956) is emeritus professor van de KU Leuven, waar hij 25 jaar onder andere de vakken groenbeheer, natuurbeheer en ecologie aan de bio-ingenieurs gaf. Nele Vanmaele (1978) werkt als erfgoedonderzoeker bij het agentschap Onroerend Erfgoed.

     99,95
  • De geniale mislukking van de middeleeuwen

    De twaalfde eeuw was een tijd vol creatieve vernieuwing en een periode waarin de botsing plaatsvond tussen twee invloedrijke denkers. De dialecticus Abélard benaderde de werkelijkheid rationeel, de mysticus Bernardus van Clairvaux hechtte alleen waarde aan religieus-intuïtieve kennis. Tussen beide genieën had het tot een vruchtbare dialoog kunnen komen, maar het liep uit op een regelrechte confrontatie. Bernardus beschuldigde Abélard van ketterij, waarna Abélard het zwijgen werd opgelegd. Maar diens zoektocht naar rationele kennis en waarheid bleef overeind: geloof en rede, intuïtie en wetenschap werden voor eeuwen elkaars tegenpolen. Dezelfde uitersten treden ook vandaag op. Raoul
    Bauer trekt een rechte lijn tussen dit conflict uit de twaalfde eeuw naar de cultuurcrisis vandaag en biedt daarmee een verrassend en controversieel inzicht.

    Raoul Bauer, historicus en doctor in de letteren, is emeritus hoogleraar cultuurgeschiedenis. Hij publiceerde eerder bij Sterck en de Vreese Karel de Grote en Niet meer blaffen naar de maan.

     17,50
  • Victor Horta and the Frison House in Brussels

    In the middle of the Lebeaustraat in Brussels, sandwiched between neo-Renaissance and neo-Gothic houses, stands an Art Nouveau jewel designed by Victor Horta: the Frison House. It was
    commissioned by Maurice Frison, a lawyer and friend of the architect, and was built in 1894-1895. Horta designed not only the house, but also all its furniture and decoration, right down to the smallest detail: from door handles to marble fireplaces, from mosaic floors to elegant banisters, from wall lamps to the gratings for the cellar openings. The absolute eyecatcher is the winter garden, whose elegant design allows soft yellow light to flow subtly into its perfectly proportioned space.

    Nupur Tron is the author of this book and owner of the house. In recent years, she has breathed new life back into Horta’s masterpiece. She pieced together bits of the old chandeliers she found in one of the cellars. She had items of furniture designed by Horta lovingly restored. With great passion, she continues to search for the funds that will allow her to restore the entire house to its former glory, one step at a time.

    Horta and the Frison House in Brussels is an ode to the architect and his creation.

    Nupur Tron is from India. She studied Design, Marketing & Merchandising and Fine Arts at the Fashion Institute of Technology in New York. She designs jewellery, in which the different styles of east and west meet in harmony.

     19,90
  • Niet meer blaffen naar de maan

    Religie, wetenschap en magie in de vroege middeleeuwen
    Raoul Bauer
     25,00

    Niet meer blaffen naar de maan

    Zijn er tussen wetenschap, geloof en magie waterdichte schotten te plaatsen? Is er een verschil tussen een wonderbaarlijk mirakel en een te mijden toverkunstje? Is de rede enkel te vinden in de wetenschap of speelt die ook een rol in religie en magie? Hoe stond de kerk tegenover wetenschappelijke bevindingen?

    Raoul Bauer gaat op zoek naar antwoorden op deze vragen en vindt ze onder meer in de geschriften van de grote wetenschappers uit de Middeleeuwen. We leren Isidorus van Sevilla kennen die een encyclopedie schreef die eeuwenlang gebruikt werd. Beda Venerabilis, dé wetenschapper bij uitstek van de achtste eeuw, onderzoekt mirakels, berekent de paasdatum en denkt na over het fenomeen van de getijden. Via de Karolingische renaissance komt Gerbert van Aurillac aan het woord, de paus-wiskundige van het ‘merkwaardige’ jaar 1000.

    Raoul Bauer, historicus en doctor in de letteren, is emeritus hoogleraar cultuurgeschiedenis in de Associatie van de K.U.Leuven. Hij publiceerde eerder bij uitgeverij Sterck & De Vreese het boek Karel de Grote.

    ‘We raken nooit dichter bij het begin van alles. In die zin is in de moderne natuurkunde niet anders dan de theologie van de middeleeuwen, toen er ook heel diepzinnige vragen werden gesteld, zonder dat er antwoorden kwamen.’ – Heino Falcke, hoogleraar radioastronomie en astrodeeltjesfysica, Radboud Universiteit Nijmegen

     25,00
  • Karel de Grote

    Raoul Bauer
     24,99

    Karel de Grote

    Een historische figuur die tot op vandaag tot de verbeelding spreekt.

    Karel de Grote leefde zo’n 12 eeuwen geleden, en toch is hij nog steeds prominent aanwezig in het collectief geheugen: als koning der Franken, als Frankisch keizer van de christelijke wereld, als vader van Europa. Een brugfiguur in een tijd waarin een oude wereld aftakelde en een nieuwe beschaving aarzelend haar eerste passen zette.

    Ook in zijn eigen tijd sprak Karel de Grote tot de verbeelding. Zijn lange gestalte – hij was uitzonderlijk groot voor die tijd – en zijn hoge leeftijd, gaven voeding aan talloze verhalen. Het mythische beeld van de dappere, grootse vorst dreigt daarom de historische werkelijkheid te overschaduwen.

    Raoul Bauer gaat als een volleerde onderzoeker te werk: de recentste historische inzichten houdt hij tegen het licht, hij nuanceert en verwijst fabels of onbetrouwbare bronnen naar de prullenbak. Bauer volgt Karel de Grote tijdens zijn veldtochten, als bestuurder van een immens rijk, is aanwezig bij zijn keizerskroning op die memorabele 25ste december van het jaar 800, gaat met hem mee in zijn zoektocht naar kennis en ontmoet hem ten slotte als een bezorgde familievader die geen afstand kan doen van zijn dochters en weent om zijn gestorven zonen. We krijgen in dit boek ‘de ware’ Karel de Grote te zien.

    Raoul Bauer, historicus en doctor in de letteren, is emeritus hoogleraar cultuurgeschiedenis in de Associatie van de K.U.Leuven. Hij publiceerde verschillende boeken over de vroege middeleeuwen.

    Voor iedereen die meer te weten wil komen over Karel de Grote en zijn tijd is dit boek dan ook zeker aan te raden. — Acta Historica

     24,99
  • Kloostermoppen

    Middeleeuws bouwmateriaal in stad en provincie Groningen
    Edward Houting, Hans Vrijer
     35,00

    Kloostermoppen

    In de twaalfde en vooral de dertiende eeuw vestigden zich onder meer de kloosterorden van de cisterciënzers en de premonstratenzers in Noord-Nederland. Naar voorbeeld van de moederkloosters introduceerden de kloosterlingen grote bakstenen, kloostermoppen genoemd, waarmee ze vanaf het midden van de twaalfde eeuw tot in de zestiende eeuw kerken en kloosters bouwden. In dezelfde periode gebruikten ook vermogende particulieren de grote bakstenen voor de bouw van hun steenhuizen. Vanaf midden dertiende eeuw begonnen de steden zich te ontwikkelen, waarbij de bakstenen werden gebruikt voor stadsmuren en particuliere huizen. Baksteen bood de bouwheren goede mogelijkheden en was duurzamer dan de natuursteen die tot het einde van de twaalfde eeuw werd toegepast als bouwmateriaal. Klei was voor de productie en turf voor het bakken van stenen in ruime mate voorhanden in de provincie Groningen.

    In Kloostermoppen, middeleeuws bouwmateriaal in stad en provincie Groningen beschrijven Edward Houting en Hans Vrijer circa 200 middeleeuwse kerken, kloosters, steenhuizen en stadsmuren. Hiermee wordt voor het eerst een uitgebreid overzicht in boekvorm gegeven van het ontstaan en de toepassing van kloostermoppen in Groningen. De uitgave is ruim geïllustreerd met foto’s, bouwtekeningen van middeleeuwse kerken en kerktorens, kaarten en oude prenten. Bovendien voert een wandeling in de binnenstad van Groningen langs zichtbare overblijfselen van middeleeuwse gebouwen.

     35,00