Aantal boeken: 10

  • Fries vlas

    Gerrit Herrema, Henk Dijkstra
     34,90

    Fries vlas

    Friesland is rond 1880 de grootste producent van vlas in Nederland. De teelt gaat in die jaren niet zozeer om het gewas zelf, maar is voornamelijk bedoeld als werkverschaffing. Het eindproduct linnen wordt veelal thuis en in spinhuizen gesponnen en door regionale wevers verwerkt. Voor veel burgerlijke- en kerkelijke gemeenten in de provincie is het dé manier om arbeiders en hun gezinnen de winter door te helpen. De arbeidsomstandigheden in de zogenoemde braakhokken zijn echter vaak ten hemel schreiend.
    Vanaf het begin van de twintigste eeuw verschijnen er in Friesland zo’n twintig fabrieken waarin vlas gemechaniseerd wordt verwerkt. Een van de vele vlasproducten – het lijnzaad – gaat dan een grote rol spelen bij de opkomst van de veevoerindustrie en de intensivering van de landbouw.

    In deze rijk geïllustreerde uitgave beschrijven Henk Dijkstra en Gerrit Herrema de Friese vlasgeschiedenis. Hoe en waar werd in Friesland vlas verbouwd, hoe werd het verwerkt, welke producten leverde het op en hoe was de afzet geregeld. Dit boek bevat een overzicht van veel gebruikte vlasserstermen in zowel het Fries als in het Nederlands. De auteurs sluiten af met de recente ontwikkelingen binnen de vlasteelt en de toekomstmogelijkheden voor Fries vlas.

     34,90
  • De Scharrelaar

    Vogeltijdschrift voor lezers
    Alexander Reeuwijk, Emile Brugman, Jean-Pierre Geelen, Saskia van Loenen
     16,90

    De Scharrelaar

    Vogels en goed geschreven verhalen: een ideale combinatie! Vanaf november verschijnen weer de mooiste verhalen, essays, reportages en hedendaagse poëzie over vogels, in een mooie vormgeving.
    In De Scharrelaar, hét halfjaarlijkse tijdschrift over vogels met verrassende fictie en nonfictie verhalen, lees je als eerste het nieuw werk van je favoriete Nederlandse en Vlaamse (natuur)schrijvers zoals Marja Vuijsje, Stefan Brijs, Remco Daalder, Luc Hoogenstijn, Rob Buiter, Nienke Beintema, Achilles Cools, Dik van der Meulen en vele anderen. Daarnaast worden in ieder nummer vogelillustraties afgebeeld van gerenommeerde kunstenaars, zoals Erik van Ommen, Sabine Liedtke en Roos Holleman. In het komende nummer staan vogeletsen van Han van Hagen centraal.

    De redactie bestaat uit uitgever Emile Brugman, Volkskrant-journalist Jean-Pierre Geelen, NRC-journalist Saskia van Loenen en schrijver Alexander Reeuwijk. Zij laten de schrijvers, dichters en kunstenaars schitteren onder het motto: vogels zijn onze cultuur!

     16,90
  • De Duiven van Temminck en Knip

    Alexander Reeuwijk, Hay Wijnhoven
     35,00
  • Sis my wa’t ik bin

    Hanneke de Jong
     7,90

    Sis my wa’t ik bin

    It is 1956, nei de simmerfakânsje. Loek sit yn de twadde klasse fan de ULO. In nije learaar lêst alle nammen fan de learlingen op, behalve Loek sines. Hy lêst ek in namme op dy’t gjinien wat seit. Mar wa’t dat is, wit er net. De learaar tinkt dat Loek him foar de gek hâldt en sleept him mei nei de direkteur. Dy stjoert Loek nei hûs mei it boadskip dat it tiid wurdt dat syn heit en mem alles fertelle.
    Noch hieltyd hat er gjin idee. Syn mem jout him in deiboekje dat se byholden hat. It begjint yn 1944, as it oarloch is. Foar Loek begjint de syktocht nei wa oft hy no eins is.

    Troch hiel Europa lizze stroffelstiennen (struikelstenen of, de oarspronklike namme, Stolpersteine). Al dy stiennen meiinoar binne ien grut monumint foar de slachtoffers fan de Twadde Wrâldoarloch: de Joaden, Roma en Sinti, homo’s, handikapten en Jehova’s tsjûgen. Dy stiennen lizze foar de huzen fan minsken dy’t yn ‘e oarloch út harren huzen helle binne, nei kampen brocht en fermoarde. Foar de âlden fan Louis lizze twa stiennen foar it hûs dêr’t se eartiids wennen en dêr’t se weihelle waarden.

     7,90
  • Bekentenissen en banvloeken 

    ‘Cioran is zwart en cynisch, maar nooit grauw. Zijn stijl is lucide, geestig, scherpzinnig. In zijn werk komt geen saaie zin voor.’ — Jan Siebelink

    Na het schrijven van dit even navrante als geestige slotstuk besloot de Roemeense denker Emil Cioran (1911-1995) dat hij ‘het heelal genoeg belasterd had’. Hij schreef niet verder. Bekentenissen en banvloeken is een boek met bijtende aforismen over verveling, erfzonde, orgasme, Stalin, Keats, Heidegger, Bach, de kerkvaders, islamitische mystici, begraafplaatsen en veel meer.
    De alomtegenwoordigheid van het lijden, de irrealiteit van het bestaan, de futiliteit van elk handelen en terugkerende slapeloosheid vormen de basso continuo van dit meesterwerk, want: ‘Het is terecht dat men in elk tijdperk gelooft dat men het verdwijnen van de laatste sporen van het aardse Paradijs bijwoont.’

    Emil Cioran was van Roemeense komaf, studeerde filosofie en schreef vanaf 1949 uitsluitend nog in het Frans. Dagenlang at hij soms niets dan aardappelen; alle arbeid noemde hij ‘hoererij’, al erkende hij ‘graden van prostitutie’. Hij las en schreef, geplaagd door slapeloosheid en depressies. Elk nieuw boek was ‘een uitgestelde zelfmoord’. De slotzin van dit boek typeert Cioran. ‘Ook ik heb mij, net als iedereen, onledig gehouden in dit abnormale universum.’

     19,90
  • Wat het hele dorp wist

    Het zwijgen van een Joods oorlogskind
    Hanneke de Jong
     14,90

    Wat het hele dorp wist

    Lion woont in Israël. Voor zijn zestiende verjaardag mag hij met zijn moeder en opa op vakantie naar Nederland. Daar groeide opa op in Friesland. Lion heeft vaak gevraagd naar opa’s leven van toen, maar antwoord kreeg hij nooit. De geschiedenis van zijn grootvader heeft iets te maken met de Tweede Wereldoorlog. Hij was toen een peuter, dus hoe zit dat precies?
    Misschien kan hij dat vertellen als hij terug is in zijn oude dorp. Maar als Lion ziet hoe moeilijk opa het heeft met dat verleden, vraagt hij zich af of deze reis wel zo’n goed idee was.

    Leeftijd 14+

     14,90
  • Paradijsvogels in cultuur en natuur

    Afbeeldingen uit Richard Bowdler Sharpe's Birds of Paradise (1891-1898)
    Alexander Reeuwijk, Steven van Impe
     39,95

    Paradijsvogels in cultuur en natuur

    Het was zo’n mooie gedachte: paradijsvogels zweven zonder vleugels in de lucht dichtbij God. Ze hebben geen poten, omdat zij pas na hun dood op aarde neervallen. De vogel laaft zich aan de dauw of drinkt rechtstreeks uit een wolk en voedt zich met manna. De zeelui van Ferdinand Magellaan (1480-1521), die als eerste de wereld rond zeilden, bazuinden dit verhaal rond. Zo kwamen de vogels aan hun naam. De paradijsvogels vergaarden in korte tijd grote roem omdat ze er prachtig uitzagen en slechts een handvol ontdekkingsreizigers ze ook in het echt hadden gezien. Ook vandaag kunnen we ons vergapen aan de pracht en praal van deze fladderende kleurboekjes dankzij uitgever en auteur Richard Bowdler Sharpe (1847-1909). Hij realiseerde met A Monograph of the Paradiseidae or Birds of Paradise in twee volumes een meesterwerk: de tekeningen zijn van uitzonderlijke kwaliteit, de inkleuring – door zijn tien dochters – is ronduit subliem.

    De verklarende inleidingen door Alexander Reeuwijk, auteur van boeken en artikelen over natuurhistorie en reizen, over wetenschapsgeschiedenis, cultuur en oude boeken in het algemeen; en Steven Van Impe, curator van de erfgoedbibliotheek Hendrik Conscience in Antwerpen, accentueren het belang van en geven de nodige achtergrond bij de publicatie van dit boek.
    Inleiding door Alexander Reeuwijk en Steven van Impe

     39,95
  • Heksegrytta

    Hanneke de Jong
     15,00
  • 200 jaar Friese landbouwmechanisatie

    In de afgelopen twee eeuwen veranderde de wijze waarop in Friesland landbouw bedreven werd ingrijpend. Rond 1800 werkte de boer nog voornamelijk met de hand, geholpen door zijn paard. Een eeuw later nam de trekker de rol van het paard over en volgde op mechanisatiegebied de ene revolutionaire ontwikkeling na de andere. In Friesland begonnen in de jaren net voor en na de Tweede Wereldoorlog innovatieve dorpssmeden en uitvinders met de import, verkoop en bouw van landbouwwerktuigen. Een aantal van hen groeide uit tot succesvolle fabrikanten en handelaren en werden internationale spelers met een iconische status. Voorbeelden zijn de rood-gele landbouwwagens van Miedema, de blauwe hooischudder van Eureka, de maaibalk van Schukken en de gierpomp van Hermes. Friesland leverde ook wereldprimeurs, zoals de melkrobot uit Oentsjerk en de snarenbedpootmachine en looftrekker van uitvinder Abe Gerlsma.

    In dit rijk geïllustreerde standaardwerk beschrijft Henk Dijkstra de historie van de landbouwmechanisatie in Friesland, met uitstapjes naar nationale en internationale ontwikkelingen. Aan het eind van het boek wordt uitgebreid de geschiedenis van de 15 belangrijkste Friese fabrikanten van landbouwmachines beschreven.

    Henk Dijkstra (Gytsjerk, 1959) is directeur van het Fries Landbouwmuseum in Leeuwarden.

     49,90