Aantal boeken: 4

  • It smelle ûngelok

    Harke Bremer, Jarich Hoekstra
     12,50

    It smelle ûngelok

    Smelle ûngelokken, se komme jin alle dagen oer. Gjin stof foar grutte literatuer, soe men sizze. Te sleau en te pynlik om oer te praten. In taboe dêr’t dizze bondel lang om let mei ôfweeft. Bremer en Hoekstra ha de klassike balladefoarm foar kar nommen om de universelens fan dit tema en syn yngreven belang foar it minskene bestean klear yn ’t ljocht te setten. Sa nimme se de lêzer mei fan foar de widze oant oer it grêf.

    Harke Bremer (1955) en Jarich Hoekstra (1956) skriuwe sûnt har studintejierren tegearre. Fan harren ferskynde earder it satiryske heldedicht Leffert.

     12,50
  • Heg

    Een behaagelijk landschap voor mens en natuur
    Kenneth F. Rijsdijk
     14,90

    Heg

    Een eeuw geleden stond er meer dan 200.000 strekkende kilometer heg in ons land, waarvan tegenwoordig minder dan 30 procent over is. En nog steeds worden heggen opgeruimd. Is dat erg? Ja! Kenneth Rijsdijk neemt je mee in zijn onderzoek naar de rol van heggen in ons landschap. Ze bieden een woonplek, voedsel en verbinding aan talloze planten en dieren. Maar ze beschermen ons ook tegen muizenplagen, overstromingen en erosie en ze maken ons landschap lieflijk. Daarnaast spelen ze een rol in het verminderen van de verspreiding van ammonia, pesticiden en mens-dier overdrachtelijke ziekten (Q-koorts!).

    De regionale verschillen tussen de meer dan twintig hegvormen, die diep verbonden zijn met het Nederlandse cultuurlandschap, zijn groot. De auteur voert levendige gesprekken met belanghebbenden als boeren, natuurbeschermers en mensen uit de gezondheidszorg en rekent ten slotte uit hoeveel profijt heggen ons per strekkende kilometer opleveren. Alle seinen staan op groen voor de grootschalige herinvoering van de heg in Nederland.

    Kenneth Rijsdijk is auteur en landschapsonderzoeker.

     14,90
  • Hannekemaaiers en Kiepkerels

    Vanaf de Gouden Eeuw tot aan de Eerste Wereldoorlog kwamen elk voorjaar duizenden seizoenarbeiders vanuit Duitsland naar Nederland om de boeren te helpen bij de hooioogst. Ze werden hannekemaaiers, mieren of poepen genoemd. Individueel of in groepjes boden ze zich aan. Boeren in het noorden hadden gemiddeld twee tot vier hannekemaaiers aan het werk. Sommigen kwamen jaar na jaar terug bij dezelfde boer. Anderen handelden in linnenwaren. Deze ‘lapkepoepen’ vormden de basis van talloze winkels en bedrijven in kleding en textiel die nu nog steeds in Nederland aanwezig zijn.
    In Hannekemaaiers en Kiepkerels beschreef Kornelis Mulder (1916-1978) de geschiedenis, de herkomst en de invloed van deze seizoenarbeiders.

     16,90
  • Alleen voor Friesland heb ik nog een zwak

    Slauerhoff en Friesland
    Gerrit Jan Zwier
     12,90

    Alleen voor Friesland heb ik nog een zwak

    J. Slauerhoff wordt algemeen gezien als een van Nederlands grootste dichters en schrijvers. Met zijn avontuurlijke en dwarse instelling is hij voor velen een inspiratiebron geweest, en hij is dat nog steeds.

    Een bijzondere en interessante kant aan de persoon en aan het werk van Slauerhoff is zijn relatie tot Friesland, waar hij is opgegroeid. Het is zonder meer waar dat een aantal van zijn mooiste verzen een Friese achtergrond heeft. Maar hoe liet hij zich over zijn geboortegrond uit? Hoe dachten belangrijke Friese auteurs over hun collega?

    In Alleen voor Friesland heb ik nog een zwak draait alles om de connectie tussen de ‘Rimbaud van Leeuwarden’ en het Friese vaderland.

    Gerrit Jan Zwier is antropoloog en als reisauteur gespecialiseerd in noordelijke landen. Hij heeft diverse publicaties over Slauerhoff op zijn naam staan.

    met illustraties

     12,90