Aantal boeken: 4

  • Tot in de puntjes …

    Praktische leestekengids
    Miet Ooms
     24,90

    Tot in de puntjes …

    Velen vinden leestekens saai en lastig, niemand kan uitleggen waar ze precies voor dienen. Wie heeft ze trouwens ooit bedacht? Sommige leestekens zijn stokoud, enkele duizenden jaren zelfs, andere zijn wat jonger. Elk leesteken heeft in ieder geval zijn eigen unieke verhaal dat verklaart waarom en hoe we leestekens gebruiken. Want leestekens zijn broodnodig. Ze blazen zuurstof in de tekst, zorgen voor structuur, geven aan waar een zin eindigt, of de zin een mededeling bevat of een vraag. En dan zijn er nog de ‘nieuwelingen’ onder de leestekens, zoals de # en de @. Leestekens kun je ‘het hang- en sluitwerk van de taal’ noemen.

    Miet Ooms vindt leestekens leuk speelgoed. Met veel humor en zelfrelativering legt ze haarfijn uit hoe je leestekens perfect naar je hand zet. De plezierige weetjes en anekdotes waarmee je iedereen, inclusief jezelf, versteld laat staan, krijg je er zomaar bij geserveerd.

    Miet Ooms is vertaler, variatielinguïst en Nieuwe en taalliefhebber pur sang.

     24,90
  • Buurtaal

    Praktische gids voor het Nederlands in België en Nederland
    Miet Ooms
     24,90

    Buurtaal

    In Nederland en Vlaanderen spreken we dezelfde taal. Althans, dat denken we. Hoewel we veel ‘Nederlands’ delen, zijn beide ‘Nederlandsen’ niet helemaal identiek. Die grote verschillen en nuances in uitspraak en woordenschat zorgen voor hilariteit, ergernis, discussies en soms misverstanden en onbegrip. Betekent ‘Wat een enerverende dag’ wel hetzelfde in
    Nederland en Vlaanderen? In welke volgorde kun je de werkwoorden ‘moeten’, ‘hebben’ en ‘gedaan’ op het einde van een bijzin plaatsen? Kun je spreektalige woorden als het Vlaamse ‘goesting’ en het Nederlandse ‘optyfen’ wel in geschreven teksten gebruiken? Hoe Vlaams mag je tekst zijn voor een Nederlands publiek en omgekeerd, hoe Nederlands voor Vlaamse lezers? En bestaat een neutrale Nederlandse tekst voor het hele taalgebied wel? In dit boek staan het Belgisch- en Nederlands-Nederlands broederlijk naast elkaar. Met aandacht voor de historische achtergrond van de taalontwikkeling en
    de cultuurverschillen tussen Nederland en Vlaanderen. Met vele rake voorbeelden en handige lijstjes voor onmiddellijk gebruik.

    Miet Ooms is vertaler, variatielinguïst en taalliefhebber pur sang. Op haar website taalverhalen.be vertelt ze met veel liefde en verwondering over taalvariatie in het Nederlands.

     24,90
  • Simon Stevin (1548-1620)

    Hij veranderde de wereld
    Dieter Viaene, Guido Vanden Berghe, Ludo Van Damme
     22,50

    Simon Stevin (1548-1620)

    Volgens Stevin is een natuurverschijnsel een wonder zolang het niet wordt doorgrond. Zodra men het natuurverschijnsel door theoretische beschouwingen of uitgevoerde of bedachte experimenten kan verklaren, is het geen wonder. Deze aanpak is de start voor een nieuwe manier om wetenschap te bedrijven. Stevin leefde in een eeuw van omwentelingen: de boekdrukkunst, de scheiding van de Nederlanden, de humanistische inzichten van Vesalius, Mercator, Dodoens … In die context ontpopte Stevin zich als een multidisciplinaire wetenschapper die bewust publiceerde in de volkstaal, het Nederduyts, om vooral de middenklasse van zijn tijd te bereiken. Hij boog zich over wiskundige problemen, maar dacht ook na over logica, legerorganisatie, omgangsvormen … Stevin publiceerde rentetabellen en verdedigde de theorie van Copernicus. Hij introduceerde in onze taal woorden zoals onder meer evenaar, omtrek, middellijn, scheikunde, evenwijdige
    lijnen …

     22,50
  • Zeven eeuwen Allersmaborg

    Annette van der Post, Henk Th. van Veen
     32,50

    Zeven eeuwen Allersmaborg

    Zeven eeuwen Allersmaborg
    Annette van der Post en Henk Th. van Veen

    Verscholen tussen de bomen in het Reitdiepdal bij Ezinge ligt de historische borg Allersma. Een statig maar sober gebouw met een lange en rijke geschiedenis, die in dit boek voor het eerst wordt beschreven.
    Zeven eeuwen Allersmaborg schetst de levens van voorname Ommelander families die er permanent woonden en van Groninger regenten die in stadpaleizen resideerden en Allersma koesterden als hun buitenverblijf. Veel markante eigenaars en bewoners vanaf de middeleeuwen tot de twintigste eeuw passeren de revue: jonkheren, notarissen, gepensioneerde boeren en kunstenaars.
    In de tweede helft van de twintigste eeuw ontwikkelde Allersma zich tot een artistieke broedplek door de gastvrijheid van het kunstenaarsechtpaar Martin Tissing en Annie Vriezen. Nationaal en internationaal opererende kunstenaars laafden zich er aan de betoverende atmosfeer.

     32,50