Lentz
€ 32,50‘Wij menen dat er geen politieman, geen V-Mann, zelfs geen provocateur is geweest die de Nederlandse zaak zo een onmetelijke schade heeft berokkend als de schepper van het persoonsbewijs, Lentz,’ schreef historicus Loe de Jong. Lentz was hoofd van de Rijksinspectie voor de Bevolkingsregisters en de bedenker van het beruchte persoonsbewijs. Met zijn perfect geordende bevolkingsadministratie was hij de Duitse bezetter erg van dienst.
Lentz verdedigde zich na de oorlog, net als Eichmann, door te zeggen dat hij deed wat hem werd opgedragen, zonder veel eigen inbreng. Zijn kwaad zou daarmee in de terminologie van Hannah Arendt ‘banaal’ zijn. Dit boek, gebaseerd op nieuw en uitgebreid onderzoek in weinig geraadpleegde archieven, prikt de mythe van het banale kwaad definitief door. Lentz liet zijn dataverzameling bewust uitgroeien tot een instrument van het kwaad en verrijkte zich en passant.
Het verhaal van een Nederlandse Eichmann.
Jurriën Rood is filosoof en filmmaker. Zijn praktisch-filosofische boek Wat is er mis met gezag? haalde de shortlist van de Socratesprijs; zijn tweede boek De kwestie Pegida bereikte de longlist. Ook schreef hij Filosofie van de jamsessie.
Wallonië en de Ardennen
€ 35,00Kristien Hansebout is verzot op Wallonië en de Ardennen. En dat laat ze zien in dit prachtig geïllustreerde boek. Ze selecteerde 365 authentieke plekken, waarvan je je soms afvraagt: ‘Bestaat dit nog?’ Daarnaast ontwikkelde ze 32 nieuwe schilderachtige wandelroutes (203 km), 22 fietstochten (1,111 km), en 10 auto- of motortochten (861 km) in alle uithoeken van dit gebied, waardoor je jouw eigen ideale parcours kunt samenstellen. En waarom maak je dan niet gelijk een twee- of driedaagse tour en overnacht je dan niet in een Sphair, woonwagen, yurt of Dom’up?
Kristien Hansebout ademt toerisme. Met haar bedrijf Parkoers heeft ze zich erin gespecialiseerd om op maat voor klanten fietsroutes te ontwikkelen voor een optimale beleving van de regio.
Hannekemaaiers en Kiepkerels
€ 16,90Vanaf de Gouden Eeuw tot aan de Eerste Wereldoorlog kwamen elk voorjaar duizenden seizoenarbeiders vanuit Duitsland naar Nederland om de boeren te helpen bij de hooioogst. Ze werden hannekemaaiers, mieren of poepen genoemd. Individueel of in groepjes boden ze zich aan. Boeren in het noorden hadden gemiddeld twee tot vier hannekemaaiers aan het werk. Sommigen kwamen jaar na jaar terug bij dezelfde boer. Anderen handelden in linnenwaren. Deze ‘lapkepoepen’ vormden de basis van talloze winkels en bedrijven in kleding en textiel die nu nog steeds in Nederland aanwezig zijn.
In Hannekemaaiers en Kiepkerels beschreef Kornelis Mulder (1916-1978) de geschiedenis, de herkomst en de invloed van deze seizoenarbeiders.