Denken als een berg
€ 27,90
In deze meeslepende, nog altijd actuele klassieker uit 1948 beschrijft Aldo Leopold het leven en de natuur om hem heen. Hij neemt ons mee door de seizoenen en toont aan de hand van concrete voorbeelden hoe alles met alles is verbonden. Uiteindelijk nodigt hij ons uit om onze verantwoordelijkheid op te nemen. ‘Op de dag dat we de aarde zien als een gemeenschap waartoe wij behoren, zullen we misschien met liefde en respect met haar omgaan.’ Hiermee legde Leopold de filosofische basis van wat we nu ‘milieu-ethiek’ noemen. Leopolds meesterwerk verschijnt voor het eerst in Nederlandse vertaling, van de hand van Joris Capenberghs, samen met de originele tekeningen en enkele foto’s. Filosoof Johan Braeckman schreef het voorwoord, bioloog Hans Van Dyck het nawoord.
Gerelateerde boeken
-
-
Mens & ruimte
In 1963 publiceerde de Duitse natuurkundige en filosoof Otto Friedrich Bollnow dit standaardwerk over de relatie tussen mens en ruimte. We lezen over de plekken waar we wonen en werken; over schimmige ruimten, de prettige omgeving en angstaanjagende ruimten. Bollnow legt uit hoe we ruimten ervaren en waarom we op sommige plekken aarden en op andere niet. In het bijzonder bij antropologen, pedagogen en architecten behoort dit boek, dat in tal van talen is vertaald, inmiddels tot de verplichte literatuur.
‘Wat valt van Bollnow te leren? Bijvoorbeeld dat normen en waarden niet alleen een kwestie zijn van recht en orde, fatsoensregels en gezin, stadswachten en tourniquets, maar ook van joie de vivre, hoogwaardige stedenbouw en voldoende groen. Tijd om Bollnow aan de vergetelheid te ontrukken.’ – Jos Simons in Trouw
‘Bollnow zoekt in zijn filosofie naar de kenmerken van ‘de gelukkige ruimte’; de ruimte waarin mensen zich kunnen ontplooien. Hij streeft naar ruimtes waarin je je kunt settelen zonder te verstijven, waarin je wortel kunt schieten zonder jezelf te isoleren en waarin je jezelf kunt vertrouwen zonder jezelf op te geven.’ – Frankfurter Allgemeine Zeitung
-
De open samenleving en haar dieren
De wetenschap is helder: dieren hebben gevoel en bewustzijn. Ze hebben, net als menselijke dieren, bepaalde elementaire belangen. Om deze belangen mee te wegen, klinkt de roep om dieren tot rechtssubject te maken en hun een stem te geven in het recht en in de politiek.
Janneke Vink laat zien hoe verschillende landen omgaan met de veranderende status van het dier. Sommige landen, zoals Nederland, bungelen achteraan in de ontwikkeling, terwijl Zwitserland zo voorop wil lopen dat het over zijn eigen idealen struikelt. Verwijzend naar Karl Poppers ideaal van een staat waarin iedereen wordt gehoord, roept Vink op om dierenrechten stap voor stap in te voeren.
‘Een heldere en inzichtrijke verkenning van de diepgravende politieke en juridische onderwerpen die door de dierenbeweging op de kaart zijn gezet.’ – Peter Singer – Auteur van Animal Liberation en hoogleraar filosofie in Princeton
‘In dit innovatieve moreel-politieke en rechtsfilosofische boek toont Vink overtuigend aan dat niet-menselijke dieren een plek verdienen in ons rechtssysteem en dat hun belangen serieus horen mee te wegen. De liberaal-democratische beginselen vereisen het!’ – Robert Garner – hoogleraar politieke filosofie in Leicester
-
Verhandeling over de aanleg van vrouwen voor de wetenschap
De begaafde Anna Maria van Schurman kreeg als eerste vrouw in Nederland toestemming om colleges te volgen. De Universiteit van Utrecht bouwde voor de gelegenheid een hokje met een gordijntje voor haar. Van Schurman kon van daaruit de colleges van theoloog Voetius bijwonen, zonder daarbij de mannelijke studenten af te leiden.
In dit korte essay uit 1641 legt Van Schurman uit waarom het logisch is om meer vrouwen toegang tot de
universiteit te verlenen. Het argumentatieve geschrift inspireerde Margaret Cavendish en Mary Wollstonecraft en gaf de aanzet tot de eerste feministische beweging. Het zeer invloedrijke essay verschijnt in een geactualiseerde vertaling van Renée Ter Haar, met een voorwoord van Angela Roothaan. Jacob Bouwman zorgde voor de selectie van relevante brieven.“Wat een genot om zo’n erudiet pleidooi te lezen van een moedige vrouw. In zijn opdracht noemt tijdgenoot Johan van Beverwijck haar ‘onsterfelijk sieraad onder de vrouwen’. Met recht.” – Trouw