Alleen door Afrika

De opzienbare reis van Kazimierz Nowak

 27,50

In 1931 stapt een berooide Pool zijn voordeur uit om per fiets vanuit Polen naar de meest zuidelijke punt van Afrika te reizen. Hij wil zo zijn jeugddroom waarmaken én een inkomen verwerven voor zijn gezin. Nowak schrijft tijdens zijn reis honderden artikelen, die dankzij zijn vrouw in Poolse kranten verschijnen. Hij maakt meer dan tienduizend foto’s. Vandaag kent niemand hem nog. En dat is onterecht.
Kazimierz Nowak is een naïeve held die, door zwerfzucht gedreven, de grootste ontberingen doorstaat. Al schrijvend en fotograferend laat hij een groots tijdsdocument na, een avonturenverhaal en kritische reportage in één. We krijgen een inkijk in de koloniale (wan)praktijken op het Afrikaanse continent, maar genieten ook mee van een ongerept landschap onder het zilveren maanlicht. Met zijn laconieke humor doet hij ons bijna vergeten wat een lijdensweg deze tocht moet geweest zijn.
Zijn fietstocht door Afrika duurt vijf jaar en vier maanden. Nog geen jaar na zijn terugkomst overlijdt hij aan de gevolgen van de geleden ontberingen.

TOM YSEWIJN zwerft, onder meer voor MO*-magazine, per fiets over het Europese platteland om vandaar verslag te doen over het leven in de buitengebieden.

‘Een meeslepend reisdagboek dat je vanaf de eerste bladzijde meeneemt op een waanzinnig avontuur: dwars door Afrika. Kazimierz’ belevenissen zijn zo beklijvend dat het lijkt of je meerijdt achterop de fiets.’ — ARNOUT HAUBEN (tv-maker)

‘Elke foto vertelt een verhaal uit een meedogenloze en magische wereld. Een onthutsende ontdekking.’ — MICHIEL HENDRYCKX (fotograaf)

Afmeting:
230x150x29 mm
Gewicht:
539 gram
ISBN:
9789056159566
Verschijningsvorm:
Paperback
Druk:
2
Aantal pagina's:
256
Uitgeverij:
Sterck & De Vreese
Taal:
Nederlands
Uitgiftedatum:
17-02-2023
Bekijk meer informatie over de auteur(s) van deze titel:

Gerelateerde boeken

  • 15 eeuwen Nederlandse taal

    Hoe ontstond het Nederlands uit het Indo-Europees? Hoe belangrijk was het contact met sprekers van andere talen, dialecten of groepstalen? Waarom leren we op school dat hij vindt met dt moet, maar ik vind met een d? 15 eeuwen Nederlandse taal beschrijft de evolutie van de Nederlandse taal. Ieder hoofdstuk begint met een korte beschrijving
    van de taalcontacten in een bepaalde periode en de belangrijkste maatschappelijke veranderingen in die tijd. Daarna
    lezen we hoe klanken, vormen, woordvormingen en zinsbouw hierdoor zijn beïnvloed. Eén ding is duidelijk: het Nederlands
    heeft altijd opengestaan voor invloeden van buiten; migratie en taalcontact zijn drijvende factoren voor taalverandering.
    Nicoline van der Sijs is senior-onderzoeker aan het Instituut voor de Nederlandse Taal en hoogleraar historische taalkunde aan de Radboud Universiteit Nijmegen. Zij publiceerde onder meer het Van Dale Groot Leenwoordenboek, Taal als mensenwerk en Nederlandse woorden wereldwijd. Ze is oprichter van etymologiebank.nl en vaste medewerker van Onze Taal.

     24,90
  • Landschapsbiografie van Westerwolde

    Landschapsbiografie van Westerwolde

    Jan Bakker, Bauke Roelevink, Geert Volders, Jochem Abbes, Ruut Wegman, Theo Spek
     39,95

    Landschapsbiografie van Westerwolde

    Westerwolde kent een grote variatie aan bijzondere cultuurlandschappen: van het unieke kloosterlandschap van Ter Apel in het zuiden, het nog zeer goed bewaard gebleven esdorpenlandschap langs de Ruiten Aa met zijn oude nederzettingen, essen, heidevelden en beekdalen, de historische verdedigingslinie rond Bourtange en Oudeschans tot aan de weidse veenontginningslandschappen bij Vriescheloo en Bellingwolde. Weinig streken in Noord-Nederland hebben zoveel bijzondere cultuurhistorische relicten en een zo rijk gelaagde geschiedenis met tal van bijzondere historische verhalen.
    Door de verschillende grondsoorten heeft Westerwolde een sterk gevarieerde agrarische geschiedenis die tot op heden bepalend is voor het landelijk gebied. Ook de waterstaatkundige geschiedenis van Westerwolde heeft een eigen gezicht. Daarnaast is de streek ook rijk aan allerlei soorten natuur: in de beekdalen van Runde, Ruiten Aa, Mussel Aa en Westerwoldse Aa, in de bossen en heidevelden, maar ook in het boerenlandschap met zijn talrijke houtwallen, singels, akkerflora en bosjes. Juist de in eeuwen gegroeide intensieve verbinding tussen natuur en cultuur maken dit gebied zo belangrijk en veelzijdig.

    De Landschapsbiografie van Westerwolde is tegelijkertijd ook een biografie van mensen. Tientallen generaties bewoners, maar ook voorbijgangers en buitenstaanders, hebben het landschap in de loop der eeuwen gemaakt tot dat wat het nu is, en doen dat ook nu en in de toekomst. Om die reden wordt in deze biografie ook veel aandacht besteed aan hun leven, hun drijfveren, hun activiteiten en hun zichtbare sporen in het huidige landschap.

    De Landschapsbiografie van Westerwolde is een wetenschappelijk verantwoord, toegankelijk geschreven verhaal over de ontstaansgeschiedenis, kwaliteiten en toekomstmogelijkheden van het landschap in deze regio. De biografie is rijk geïllustreerd met landschapsfoto’s, kaarten en landschapsreconstructies die de verschillende levensfasen van Westerwolde weerspiegelen.

     39,95
  • De Duiven van Temminck en Knip

    De Duiven van Temminck en Knip

    Alexander Reeuwijk, Hay Wijnhoven
     35,00
  • Geschiedenis van Drenthe

    Geschiedenis van Drenthe

    Een archeologisch perspectief
    Wijnand van der Sanden
     39,50

    Geschiedenis van Drenthe

    Drenthe kent een lange bewoningsgeschiedenis. De oudste sporen van menselijke aanwezigheid gaan zeker 50.000 jaar terug, misschien wel meer dan 100.000 jaar. In die lange periode voltrekken zich grote veranderingen. Gedurende het grootste deel van die eindeloze tijd leven de bewoners als jager-verzamelaars. Vanaf 5000 v.C. nemen ze zeer geleidelijk agrarische praktijken uit zuidelijker streken over. De invloed op het landschap wordt steeds groter. Er worden akkers aangelegd en opvallende grafmonumenten opgericht: eerst hunebedden, later grafheuvels en uitgestrekte urnenvelden. Lange tijd kan de bevolking, die in kleine gehuchten woonde, haar zelfstandigheid behouden. Ze blijft buiten het Romeinse Rijk, maar rond 800 na C. volgt dan de hardhandige inlijving bij het Frankische Rijk van Karel de Grote.
    De veranderingen die dat met zich meebrengt, zijn diepgaand. De oude religie wordt langzaam verdrongen door het Christendom, er worden kerken gebouwd en de dorpen komen op hun huidige plaats terecht. Drenthe blijft ook in de eeuwen daarna een agrarische regio, met slechts enkele kleine stedelijke kernen. Adel speelt er nauwelijks een rol. De grootschalige veenafgravingen, die kort na 1600 beginnen, zullen het aanzien van het ooit door moerassen omgeven ‘oude landschap’ dramatisch veranderen.

    Geschiedenis van Drenthe – Een archeologisch perspectief geeft een overzicht van wat de archeologie heeft bijgedragen aan de kennis over Drenthe vanaf de vroegste tijden tot aan de Tweede Wereldoorlog. Vanaf de 9e eeuw zijn er weliswaar historische bronnen, maar die vertellen maar een deel van het verhaal. Archeologen kunnen met hun specifieke onderzoeksmethoden kennis over de Middeleeuwen en de Nieuw(st)e Tijd genereren die niet uit geschreven bronnen te halen is. We maken kennis met jachtkampementen, monumentale en bescheiden grafmonumenten, opgegraven gehuchten en sporen van rituelen in nederzettingen en daarbuiten. En natuurlijk ontmoeten we (anonieme) mensen, waaronder machtige hoofdmannen en een onfortuinlijk ‘lelijk eendje’.

    Dr. Wijnand van der Sanden (1953) studeerde West-Europese Prehistorie aan de Rijksuniversiteit Groningen en was 30 jaar provinciaal archeoloog van Drenthe, de eerste tien jaar in combinatie met het conservatorschap bij het Drents Museum. Sinds 2017 is hij conservator archeologie bij het Drents Museum. Hij schreef diverse boeken over veenlijken in en buiten Nederland, houten ‘godenbeelden’ uit Noordwest-Europa en galgenbergen en hunebedden in Drenthe.

     39,50