Ambiorix tegen Caesar
€ 24,90
Over Ambiorix, koning der Eburonen, is weinig bekend, maar dat zijn naam niet vergeten is dankt hij aan zijn vijand Caesar, die hem vermeldt in zijn Commentarii de Bello Gallico. Caesars Gallische Oorlog duurt van 58 tot 51 v. Chr.
In 54 v. Chr. lokt Ambiorix anderhalf Romeins legioen in een hinderlaag, roeit het vrijwel uit en trekt op naar het kamp van Cicero. Caesar weet een nieuwe ramp te voorkomen en zint op wraak. Vijftigduizend goed getrainde en zwaarbewapende Romeinse soldaten laten in de jaren daarna een spoor van dood en vernieling achter. De Eburonen verdwijnen in de nevelen van de geschiedenis. Ambiorix vlucht de Rijn over. Van hem wordt nooit meer iets vernomen.
Robert Nouwen is historicus en publicist. Hij studeerde geschiedenis en archeologie aan de Katholieke Universiteit Leuven. In dit boek trekt hij een haarscherpe grens tussen de harde en de mythe.
Gerelateerde boeken
-
Geschiedenis van Drenthe
Drenthe kent een lange bewoningsgeschiedenis. De oudste sporen van menselijke aanwezigheid gaan zeker 50.000 jaar terug, misschien wel meer dan 100.000 jaar. In die lange periode voltrekken zich grote veranderingen. Gedurende het grootste deel van die eindeloze tijd leven de bewoners als jager-verzamelaars. Vanaf 5000 v.C. nemen ze zeer geleidelijk agrarische praktijken uit zuidelijker streken over. De invloed op het landschap wordt steeds groter. Er worden akkers aangelegd en opvallende grafmonumenten opgericht: eerst hunebedden, later grafheuvels en uitgestrekte urnenvelden. Lange tijd kan de bevolking, die in kleine gehuchten woonde, haar zelfstandigheid behouden. Ze blijft buiten het Romeinse Rijk, maar rond 800 na C. volgt dan de hardhandige inlijving bij het Frankische Rijk van Karel de Grote.
De veranderingen die dat met zich meebrengt, zijn diepgaand. De oude religie wordt langzaam verdrongen door het Christendom, er worden kerken gebouwd en de dorpen komen op hun huidige plaats terecht. Drenthe blijft ook in de eeuwen daarna een agrarische regio, met slechts enkele kleine stedelijke kernen. Adel speelt er nauwelijks een rol. De grootschalige veenafgravingen, die kort na 1600 beginnen, zullen het aanzien van het ooit door moerassen omgeven ‘oude landschap’ dramatisch veranderen.Geschiedenis van Drenthe – Een archeologisch perspectief geeft een overzicht van wat de archeologie heeft bijgedragen aan de kennis over Drenthe vanaf de vroegste tijden tot aan de Tweede Wereldoorlog. Vanaf de 9e eeuw zijn er weliswaar historische bronnen, maar die vertellen maar een deel van het verhaal. Archeologen kunnen met hun specifieke onderzoeksmethoden kennis over de Middeleeuwen en de Nieuw(st)e Tijd genereren die niet uit geschreven bronnen te halen is. We maken kennis met jachtkampementen, monumentale en bescheiden grafmonumenten, opgegraven gehuchten en sporen van rituelen in nederzettingen en daarbuiten. En natuurlijk ontmoeten we (anonieme) mensen, waaronder machtige hoofdmannen en een onfortuinlijk ‘lelijk eendje’.
Dr. Wijnand van der Sanden (1953) studeerde West-Europese Prehistorie aan de Rijksuniversiteit Groningen en was 30 jaar provinciaal archeoloog van Drenthe, de eerste tien jaar in combinatie met het conservatorschap bij het Drents Museum. Sinds 2017 is hij conservator archeologie bij het Drents Museum. Hij schreef diverse boeken over veenlijken in en buiten Nederland, houten ‘godenbeelden’ uit Noordwest-Europa en galgenbergen en hunebedden in Drenthe.
-
Sprekende stenen
Levensverhalen van 263 nazi-slachtoffers
In de Schilderswijk in Groningen zijn 263 mensen omgekomen door naziterreur: Joden, verzetsstrijders, studenten en anderen die voor nazi’s moesten werken of dat juist weigerden. Voor bijna al deze mensen is een Stolperstein voor hun voormalig woonhuis gelegd. Sprekende stenen vertelt de verhalen bij deze stenen. Er zijn nabestaanden overal in de wereld opgespoord en verhalen opgetekend die nog niet eerder zijn vastgelegd. Over mensen met dromen en idealen: uitvinders van puddingpoeder of splintervrije brillenglazen, vluchtelingen die zich in leven houden met een kraam op de markt, een parketmedewerker die vermomd als zuster Jo per ambulance verzetsdaden pleegt, een meisje dat opeens niet meer naar school mag.
Verhalen die duidelijk maken hoe mensen in moeilijke omstandigheden veerkrachtig blijven: de behangwinkelier die verduisteringspapier gaat verkopen, mensen die hun baan of bedrijf kwijtraken en vervolgens een pension beginnen, de buurman van de foute hoofdcommissaris van politie die onderduikers helpt.
De Tweede wereldoorlog wordt daarmee heel concreet binnen de grenzen van een wijk: vluchtelingenproblematiek, collaboratie en verzet, het doorgaan van het dagelijks leven, Arbeitseinsatz, Jodenvervolging, onderduiken, een vergissingsbombardement, zware gevechten bij de bevrijding. Dat geeft het boek een extra dimensie.
Sprekende stenen roept ook de vraag op: Wat had ik gedaan? Had ik onderdak durven bieden, verzet durven plegen? -
Franse para’s in Drenthe
Op 8 april 1945 sprongen 702 Franse parachutisten boven Drenthe de donkere nacht in. Het was de start van operatie Amherst.
Het doel was om het Canadese leger te ondersteunen bij de langverwachte bevrijding van Noord-Nederland. De parachutisten kregen de opdracht om het opblazen van bruggen te verhinderen, zodat het Canadese leger snel zou kunnen oprukken, maar ook om verwarring te stichten onder de vijandelijke troepen en informatie te verzamelen. Vijf dagen lang deden zevenenveertig groepjes van ongeveer vijftien man met wisselend succes hun werk. Er sneuvelden drieëndertig parachutisten, maar ook meer dan negentig Nederlanders. Uit angst voor de opmars van de geallieerden besloten de Duitsers namelijk om in de nadagen van de oorlog (veelal onschuldige) Nederlanders te doden die zij verdachten van hulp aan de para’s.
Franse para’s in Drenthe beschrijft niet alleen de opzet van operatie Amherst maar bevat ook kaarten van de landingszones. Met het boek kan de lezer de locaties bezoeken en zo een goed beeld krijgen van de situatie toen en nu.
Hoewel er in Noord-Nederland 18 herdenkingsmonumenten staan die de locaties markeren waar de parachutisten om het leven zijn gekomen, is hun bijdrage aan de bevrijding van het noorden vrij onbekend. Dit boek is niet alleen een eerbetoon aan de Franse en Nederlandse gesneuvelden, maar levert ook een belangrijke bijdrage aan het vergroten van de kennis over de bevrijding van Nederland en Noord-Nederland in het bijzonder.
Harold de Jong (1963) is sinds 1981 beroepsmilitair en bedrijfskundige. Hij zag dat er nog ruimte in de informatievoorziening was voor het verhaal over de inzet van Franse parachutisten in de provincie Drenthe en de vele burgerslachtoffers tijdens WOII. Door zijn militaire inzicht wist hij nieuw licht te werpen op de indrukwekkende geschiedenis van operatie Amherst.