Atlas van de noordelijke mythologie
€ 34,90
De oude volkeren uit het Noorden vatten het heelal op als een immense boom waaruit zich negen werelden vertakken. Hun mythisch universum wordt bevolkt door reuzen, goden, dwergen, alven, helden en Walkuren die de zielen van gestorven krijgers meevoeren naar het Walhalla.
In Asgaard heerst Odin, god van wijsheid en magie, samen met Thor, belichaming van brute kracht en beschermer van het leven, en Frigg en Freyja, godinnen van liefde en vruchtbaarheid. Maar uiteindelijk blijkt de ‘Godendeemstering’, de bloedige strijd die het einde van de wereld inluidt, onvermijdelijk.
Eeuwenlang werden deze verhalen mondeling doorgegeven, tot ze – na de bekering van Vikingen en Germanen in de elfde eeuw – werden opgeschreven.
Jean-Baptiste Rendu en François Emion leiden ons door de verbeeldingswereld van de oude volkeren in Noordwest-Europa – van Duitsland en Engeland tot Scandinavië en Groenland, met de Lage Landen ergens tussenin.
Jean-Baptiste Rendu is journalist en historicus, François Emion docent Scandinavische studies aan de Parijse Sorbonne.
Gerelateerde boeken
-
Op reis met de NTM
In 1880 werd de Nederlandsche Tramweg Maatschappij (NTM) opgericht. Doel van het bedrijf was in Nederland trambanen aan te leggen en te exploiteren, te beginnen met paardentrams, al snel gevolgd door de stoomtram.
Busliefhebber Melle van der Goot schetst in dit boek de geschiedenis van de NTM; de uitbreiding van het bedrijf in Noord-Nederland tot 1920 en de concurrentie van en overstap naar autobussen in de jaren dertig. Vervolgens beschrijft de auteur de woelige oorlogsjaren en de bloei van het bedrijf in het eerste decennium na de bevrijding, totdat de NTM in 1971 opging in de FRAM. Op reis met de NTM is rijk geïllustreerd met uniek beeldmateriaal uit privéverzamelingen en bedrijfsarchieven. -
Spitten voor de vijand
Meer dan honderdduizend mannen werden vanaf september 1944 opgeroepen om te werken aan Duitse verdedigingswerken in Nederland. In de nog bezette provincies werden de arbeiders gedwongen tewerkgesteld aan de bouw van tankgrachten, loopgraven en schuttersputjes, vaak onder slechte omstandigheden. Voor de Duitsers was het belang groot om de geallieerden zo lang mogelijk tegen te houden. Er werd dan ook hard opgetreden tegen weigeraars.
Voor velen waren de principiële bezwaren te groot, zij besloten onder te duiken. Anderen hadden die mogelijkheid niet. Zij probeerden zich aan te passen aan de omstandigheden en saboteerden waar ze maar konden. Een groot deel van deze zogenoemde spitters zag kans om te vluchten of keerde niet terug van verlof. Zij waren daarna veroordeeld tot een leven als onderduiker. Zij die als onderduikers tijdens de vele razzia’s, of door verraad, werden gepakt, kwamen na een verblijf in een gevangenis in een strafkamp in Duitsland of Drenthe terecht.
Eén van die mannen was Eelke Dijkstra. Samen met dertig anderen werd hij in november 1944 vanuit het Huis van Bewaring in Leeuwarden overgebracht naar Yde, een klein Drents dorpje onder de rook van Groningen. Zijn oorlogsdagboek was voor zijn kleinzoon en auteur Erik Dijkstra aanleiding om onderzoek te doen naar het vergeten strafkamp in Yde. Wat volgde was een reis door de geschiedenis waarin bijzondere ontdekkingen werden gedaan en veel betrokkenen voor het eerst hun verhaal vertelden. Door intensief archiefonderzoek kwamen schokkende feiten boven water over vier gefusilleerde dwangarbeiders in november 1944. De vele brieven, dagboeken en getuigenissen vertellen samen het verhaal van strafkamp Yde en de tewerkstelling in Drenthe.
Erik Dijkstra is schrijver/journalist en doet al jaren onderzoek naar de tewerkstelling in Drenthe.
-
Georg Wilhelm Steller
Veel vogelaars kennen Steller van de vogelsoorten die naar hem genoemd zijn, waaronder Stellers eider en Stellers zeearend.
Maar wie was hij? Georg Wilhelm Steller was een Duitse geleerde in Russische dienst die in 1741 als eerste bioloog landde in Alaska, dat toen nog Russisch was. Op de thuisreis sloeg het noodlot toe. Verzwakt door scheurbuik leed de expeditie schipbreuk op een onbewoond eiland. Tijdens dit onvrijwillige verblijf beschreef Steller onder andere de reusachtige zeekoeien, waarmee hij wereldfaam verwierf. Helaas werden deze spoedig uitgeroeid. Uiteindelijk wisten de overlevende zeelieden Kamtsjatka te bereiken. Voor hij terug kon keren naar Sint-Petersburg stierf Steller, belasterd door tegenstanders en gemangeld door de Russische bureaucratie, in de eindeloze verten van Siberië. Geleerden als Pallas en Linnaeus maakten zijn ontdekkingen wereldkundig en streken de eer op voor zijn pionierswerk.
Deze uitgave bevat Stellers dagboek van de ontdekkingsreis naar Alaska, fragmenten uit zijn werk over zeezoogdieren, en passages uit zijn Beschrijving van Kamtsjatka.Mark Nieuwenhuis (1968) is docent Latijn en vertaler van Latijnse literatuur. Vogels kijken doet hij al zijn hele leven. Nu zijn boek over Steller is voltooid, gaat hij Stellers eider eindelijk eens opzoeken in zijn overwinteringsgebied.