De fictie van de buitenplaats
€ 15,00
In 2022 verblijft Arnon Grunberg op uitnodiging van de Rijksuniversiteit Groningen en Het Drentse Landschap een week op Landgoed Overcingel in Drenthe. Vlak voor dit stadspaleis zal worden omgebouwd tot woning en B&B mag Grunberg nog even de geuren van het verleden opsnuiven, samen met de laatste bewoner van Overcingel, kat Marcus.
Omgang met het aristocratische verleden is omgang met klassenverschillen, met onvermijdelijke mythologisering, met morele vraagstukken; vanuit het heden lijkt het verleden al snel één grote wandaad.
Dat menige buitenplaats tegenwoordig een luxehotel is, borduurt voort op de traditie dat de buitenplaats een ideaal decor is voor escapisme. En escapisme mag wat kosten, hoe rijker de mens hoe uitbundiger het escapisme. Na de uitspatting de weemoed.
Moet je schuldig en minder schuldig verleden levend houden en zo ja, hoe?
In deze bundel reflecteren Grunberg en anderen over een tijd dat de Voorzienigheid nog de scepter zwaaide over de mensen. Zoals de worm gedoemd is om te kruipen en de vogel om te vliegen, zo leken ooit ongelijkheid en onrechtvaardigheid de vanzelfsprekende doem van de mensheid.
Gerelateerde boeken
-
Soldaat van Napoleon (1806-1815)
500.000 soldaten trekken in 1812 in het leger van Napoleon naar Rusland. Van hen zullen honderdduizenden nooit meer thuis komen. Joseph Abbeel overleeft de verschrikkingen van de veldtocht wel. Hij lijdt honger en dorst, plundert om aan eten te komen, ontsnapt ternauwernood aan kozakken, zit onder het ongedierte, raakt gewond in een veldslag, ziet Moskou branden – en dan moet de terugtocht nog beginnen! De dood is nooit ver weg – en soms verlangt Abbeel er zelfs naar! – maar op miraculeuze wijze ontglipt hij telkens dat lot. Wanneer hij op de terugweg Hamburg bereikt en denkt dat zijn ellende bijna voorbij is, wordt hij krijgsgevangen genomen. Dan begint een tocht naar de Wolga, nog achthonderd kilometer verder dan Moskou.
Na thuiskomst in Vlaanderen zet Abbeel zijn herinneringen op papier. Hij doet dat beeldend, met humor en oog voor detail, zodat de lezer zijn avonturen letterlijk meebeleeft. Geen andere soldaat van Napoleon schrijft zo’n belangwekkend ooggetuigenverslag van de Russische veldtocht.
Dr. Joost Welten is onderzoeker aan het instituut voor Geschiedenis van de Universiteit Leiden. Zijn dissertatie over de invoering van de dienstplicht onder Napoleon werd bekroond door de Koninklijke Nederlandse Akademie van Wetenschappen.
-
Kleur Veenhuizen
KLEUR VEENHUIZEN is het handboek bij de kleurenwaaier voor Veenhuizen. Het is gemaakt voor bewoners, eigenaren en beleidsmakers, maar ook voor wie nieuwsgierig is naar de ontstaansgeschiedenis van de gebouwen en het landschap.
De ‘pauperkolonie’ Veenhuizen werd in 1822 gebouwd om bedelaars, landlopers en arme gezinnen uit de grote steden een beter bestaan te geven op het platteland. Gaandeweg ontwikkelde Veenhuizen zich tot een strafkolonie. De transformatie tot gevangenisdorp bracht een enorme bouwproductie op gang. Aan het begin van de 20e eeuw was Veenhuizen een zelfvoorzienend gevangenisdorp geworden met scholen, kerken, een hospitaal, werkgebouwen, boerderijen en dienstwoningen waarin het leven tussen gevangenen en bewoners sterk met elkaar vervlochten was. Tot 1983 was Veenhuizen gesloten voor publiek. Hier woonde alleen wie er ook werkte. Met uitzondering van de kerken was heel Veenhuizen in bezit van het Rijk en werd door het Rijk collectief beheerd en onderhouden.
Veenhuizen is ondertussen veranderd van een Justitiedorp in een woonlandschap met daarin nog steeds een aantal in gebruik zijnde gevangenissen. De overgang van één grote eigenaar naar vele eigenaren betekent de overgang van collectief naar individueel uitgevoerd onderhoud en beheer. Vooral bij de woonhuizen worden de gevolgen hiervan zichtbaar. Ramen worden vervangen, luiken verdwijnen en het schilderwerk van de onderdelen krijgt andere kleuren. Daardoor vervagen de zo karakteristieke reeksen en families van gebouwen.
Het handboek en de kleurenwaaier richten zich op de modelwoningen en -boerderijen uit de periode tussen 1884 en 1930 en op de structurerende en terugkerende onderdelen van de bebouwing en het landschap. Daar zijn een aantal praktische redenen voor. De grondtoon van Veenhuizen ligt verankerd in de herhaalbare gebouwtypes en de algemene dragers van het landschap. Het zijn met name deze woningen en boerderijen die particulier beheerd en onderhouden gaan worden en die belang hebben bij toegankelijke en hanteerbare kennis. Het handboek vult de kleurenwaaier aan met kennis van de gebouwen, hoe ze zijn gebouwd, met welke bouwmaterialen, details en kleuren. En het laat de landschappelijke onderdelen zien die het karakteristieke beeld bepalen, in de straat en op het erf.
-
Van de vrijheid en de Fries
De legendarische koning Friso en vrijheidsstrijders Magnus en Grutte Pier vochten voor de Friese vrijheid. Want ‘Leaver dea as slaef’ (Liever dood dan slaaf). De strijdbijl is begraven. Toch streeft een deel van de Friezen tot op de dag van vandaag naar vrijheid en onafhankelijkheid. Wie waren en zijn die Friezen? En wat is vrijheid? Robert Adjiet beantwoordt deze vragen via een mix van historische, mythische, filosofische, politieke, kunstzinnige en etymologische beschouwingen. Een boek voor iedereen die met de Friezen wil meedenken over de vraag wat vrijheid ten diepste is.