De hertogen van Brabant 640-1430

 44,90

Het jaar 1000. Uit het niets scheppen de nazaten van de Karolingische vorsten tussen Maas en Schelde een land: het hertogdom Brabant. Vanuit het kleine Leuven en met de machtige abdij van Nijvel als eerste steunpunt haalden ze met grote hardnekkigheid gebieden binnen: steden als Brussel, Tienen, Gembloers, Antwerpen en Breda vallen onder hun bevoegdheid. Rond 1200 worden ’s-Hertogenbosch (het bos van de hertog al) en tal van andere steden, zoals Turnhout, Helmond en Eindhoven gesticht.

De vorming en opgang van Brabant is een ingewikkelde puzzel van talloze gebeurtenissen, veldslagen, huwelijken, tragische overlijdens en bittere strijd om de macht. Voor het eerst krijgt de lezer het hele verhaal in chronologische volgorde en in een begrijpelijke taal, met bovendien meer dan honderd vertaalde citaten uit charters en verhalen van auteurs, die het vanaf de eerste rij hebben meegemaakt.

Edward De Maesschalck is dr. in de geschiedenis en auteur van veelgeprezen boeken over de geschiedenis van de Nederlanden. Bij Sterck & De Vreese publiceerde hij Moed en tegenspoed. Edelvrouwen in de Bourgondische tijd.

Verschijningsvorm:
Hardcover
Taal:
Nederlands
Uitgeverij:
Sterck & De Vreese
Aantal pagina's:
416
Druk:
2
ISBN:
9789464712209
Uitgiftedatum:
10-10-2024
Gewicht:
1524 gram
Afmeting:
258x203x38 mm
Bekijk meer informatie over de auteur(s) van deze titel:

Gerelateerde boeken

  • Hannekemaaiers en Kiepkerels

    Vanaf de Gouden Eeuw tot aan de Eerste Wereldoorlog kwamen elk voorjaar duizenden seizoenarbeiders vanuit Duitsland naar Nederland om de boeren te helpen bij de hooioogst. Ze werden hannekemaaiers, mieren of poepen genoemd. Individueel of in groepjes boden ze zich aan. Boeren in het noorden hadden gemiddeld twee tot vier hannekemaaiers aan het werk. Sommigen kwamen jaar na jaar terug bij dezelfde boer. Anderen handelden in linnenwaren. Deze ‘lapkepoepen’ vormden de basis van talloze winkels en bedrijven in kleding en textiel die nu nog steeds in Nederland aanwezig zijn.
    In Hannekemaaiers en Kiepkerels beschreef Kornelis Mulder (1916-1978) de geschiedenis, de herkomst en de invloed van deze seizoenarbeiders.

     16,90
  • Onderworpen, onderdrukt, geplunderd

    Onderworpen, onderdrukt, geplunderd

    Congo 1876-1914
    Zana Mathieu Etambala
     39,90
  • Wat is recht?

    Wat is recht?

    De receptie van Oudfries recht in de Groninger Ommelanden in de 15e en 16e eeuw
    Han Nijdam, Henk D. Meijering
     39,90

    Wat is recht?

    In de middeleeuwen maakten ook de Groninger Ommelanden deel uit van het Friese rechtsgebied, dat zich uitstrekte van het Vlie (nu het IJsselmeer) tot aan de Wezer in Duitsland. Vanaf de 12e eeuw is het recht daarvan op schrift gesteld, oorspronkelijk in het Oudfries. Vanaf het begin van de 15e eeuw was de schrijftaal in de Ommelanden het Nederduits (Nedersaksisch), met als gevolg dat de rechtsbronnen vertaald moesten worden. Deze vertalingen zijn in talrijke handschriften uit de late middeleeuwen en de vroegmoderne tijd overgeleverd. Zij zijn goed ingepast in het Groninger recht, en geven tevens een beeld van hun Oudfriese bronnen. In deze studie wordt een belangrijk tekstcorpus daaruit ontsloten.

    Henk Meijering is emeritus hoogleraar Fries en Duits aan de Vrije Universiteit en verbonden als gastonderzoeker aan de Fryske Akademy in Leeuwarden.

    Han Nijdam is onderzoeker op het terrein van het Oudfries en het Oudfriese recht aan de Fryske Akademy in Leeuwarden.

     39,90
  • Fokje Pasma (1865-1956)

    Fokje Pasma (1865-1956)

    Boerin, vroedvrouw, muze van Pieter Jelles Troelstra
    Bertus Mulder
     24,90

    Fokje Pasma (1865-1956)

    De doopsgezinde Friese boerendochter Fokje Pasma (1865-1956) was een zelfbewuste, dienstbare vrouw die haar eigen weg zocht. Ze was de muze van Pieter Jelles Troelstra, bevrijdde zich van een gewelddadige echtgenoot en verschafte zich economische onafhankelijkheid door als alleenstaande moeder alsnog een opleiding te volgen. Ze vestigde zich als vroedvrouw in Oostburg en Vlissingen, waar ze in 1914 het Moederhuis oprichtte. Ook was ze de stuwende kracht achter de oprichting van een Vereniging tot Kraamverzorging en Zuigelingenbescherming in Vlissingen.

    Bertus Mulder (Heerenveen, 1949) studeerde arbeidssociologie, was docent sociale geschiedenis en promoveerde aan de Rijksuniversiteit Groningen. Eerder schreef hij biografieën over Jaap Nieuwenhuize en Sophie Louisa Kwaak en verschenen zijn studies over Pieter Jelles Troelstra.

     24,90