Hoog geboren, ambitieus en eigenzinnig

Marie Catherine Josephe, gravin van Merode en prinses van Rubempré en Everberg (1743-1794)
Freeke De Meyer

 35,00

Op 10 april 1743 zag Marie Catherine Josephe, gravin van Merode en prinses van Rubempré en Everberg, het levenslicht in het Zwartzusterklooster in Leuven. Ze kwam ter wereld als een van de rijkste adellijke dames van de Oostenrijks-Habsburgse Nederlanden. Een liefdesbaby geboren uit het schandaalhuwelijk van de prins van Rubempré met zijn linnenmeid …
Freeke De Meyer portretteert haar als een zelfstandige ‘femme d’action’. Ze beheerde jarenlang een gigantisch patrimonium, onderhandelde voordelige huwelijken, regelde prestigieuze carrières en hield in talloze schriftjes nauwgezet de boekhouding bij. Ze mengde zich tijdens de Brabantse Revolutie in de politieke debatten, maar toen ze achteraf zag dat dit alleen maar chaos en onzekerheid bracht, verhuisden de grote politieke idealen al snel naar de achtergrond. Levend op de grens van het Ancien Régime stierf ze voor duidelijk werd dat de tijden definitief veranderd waren.

Freeke De Meyer, historica, dook in de bijzonder rijke familiearchieven van Merode-Westerlo. Ze haalt deze bevlogen vrouw op een schitterende manier uit de vergetelheid.

Verschijningsvorm:
Paperback
Taal:
Nederlands
Uitgeverij:
Sterck & De Vreese
Aantal pagina's:
472
Druk:
1
ISBN:
9789464711141
Gewicht:
1184 gram
Afmeting:
240x171x35 mm
Uitgiftedatum:
02-11-2023

Gerelateerde boeken

  • Van de vrijheid en de Fries

    De legendarische koning Friso en vrijheidsstrijders Magnus en Grutte Pier vochten voor de Friese vrijheid. Want ‘Leaver dea as slaef’ (Liever dood dan slaaf). De strijdbijl is begraven. Toch streeft een deel van de Friezen tot op de dag van vandaag naar vrijheid en onafhankelijkheid. Wie waren en zijn die Friezen? En wat is vrijheid? Robert Adjiet beantwoordt deze vragen via een mix van historische, mythische, filosofische, politieke, kunstzinnige en etymologische beschouwingen. Een boek voor iedereen die met de Friezen wil meedenken over de vraag wat vrijheid ten diepste is.

     22,90
  • Georg Wilhelm Steller

    Georg Wilhelm Steller

    Tussen Kamtsjatka en Alaska
    Mark Nieuwenhuis
     24,90

    Georg Wilhelm Steller

    Veel vogelaars kennen Steller van de vogelsoorten die naar hem genoemd zijn, waaronder Stellers eider en Stellers zeearend.
    Maar wie was hij? Georg Wilhelm Steller was een Duitse geleerde in Russische dienst die in 1741 als eerste bioloog landde in Alaska, dat toen nog Russisch was. Op de thuisreis sloeg het noodlot toe. Verzwakt door scheurbuik leed de expeditie schipbreuk op een onbewoond eiland. Tijdens dit onvrijwillige verblijf beschreef Steller onder andere de reusachtige zeekoeien, waarmee hij wereldfaam verwierf. Helaas werden deze spoedig uitgeroeid. Uiteindelijk wisten de overlevende zeelieden Kamtsjatka te bereiken. Voor hij terug kon keren naar Sint-Petersburg stierf Steller, belasterd door tegenstanders en gemangeld door de Russische bureaucratie, in de eindeloze verten van Siberië. Geleerden als Pallas en Linnaeus maakten zijn ontdekkingen wereldkundig en streken de eer op voor zijn pionierswerk.
    Deze uitgave bevat Stellers dagboek van de ontdekkingsreis naar Alaska, fragmenten uit zijn werk over zeezoogdieren, en passages uit zijn Beschrijving van Kamtsjatka.

    Mark Nieuwenhuis (1968) is docent Latijn en vertaler van Latijnse literatuur. Vogels kijken doet hij al zijn hele leven. Nu zijn boek over Steller is voltooid, gaat hij Stellers eider eindelijk eens opzoeken in zijn overwinteringsgebied.

     24,90
  • De betovering van de ondergang

    De betovering van de ondergang

    Wat Pompeï ons vertelt
    Gabriel Zuchtriegel
     24,90
  • De Gouden iuw yn Boazum

    De Gouden iuw yn Boazum

    It deistich libben fan gewoane minsken yn in doarpsmienskip
    Philippus Breuker
     19,90

    De Gouden iuw yn Boazum

    Yn de gouden Iuw yn Boazum beskriuwt Philippus Breuker de libbens fan alle húshâldingen dy’t fjouwerhûndert jier lyn mei elkoar yn ien doarp wennen. It giet oer gewoane minsken yn in karakteristyk Frysk doarp wennen. Guon wienen der berne, lykas har âlden, en soms wennen har bern der ek wer. Oaren kamen út de omkriten en in inkeling hie der gjin famylje. Sa omfiemet dizze doarpsmienskip yn 1640 twa iuwen, fan 1500 oant 1700.

    Fan de 87 húshâldingen wienen in protte famylje fan elkoar, foaral yn de Buorren, wat makke dat sy it dêr foar it sizzen hienen, al wienen de boeren altyd noch machtiger. De measten waarden stadichoan reformearre, mar guon holden ek fêst oan it âlde leauwe. Dat joech spanningen dy’t net sûnder oerheidsyngripen oplost wurde koenen. De measte minsken hienen it net roem, mar nei 1650 kaam der in tiid fan oerbefolking en bittere earmoede.

    Philippus Breuker (1939) wennet al mear as fyftich jier yn Boazum. Dit is syn fjirde boek oer it doarp. Dêrneist hat er skreaun oer literatuer, skiednis en lânskip fan Fryslân.

     19,90