Op reis met de Klipfontein
€ 22,90
In 1946 monsterde Toine de Meijer als scheepsarts aan op de Klipfontein, een vrachtschip met passagiersaccommodatie. Zijn eerste reis was naar Nederlands-Indië, waar ze onder andere militairen naartoe brachten en repatrianten ophaalden. Vervolgens voer hij langs de kusten van Afrika en ten slotte naar West-Indië. Bijna dagelijks schreef hij brieven aan zijn ouders en vertelde daarin over de plaatsen die hij bezocht, het leven aan boord en over de mensen die hij ontmoette. Toine was een humoristische en vaak vileine observator. De welgestelde elite met wie hij dineerde aan de officierstafels, de bemanning, de dekpassagiers met hun levende have, de mensen aan de wal: ze komen tot leven in zijn beschrijvingen én in zijn potloodtekeningen. Ook geven de brieven een inkijk in de koloniale wereld waarin Europa destijds nog volop verkeerde, met de grote verschillen tussen de westerse passagiers en de inheemse bevolking.
Tijdens de eerste reis met de Klipfontein ontsproot de liefde tussen Toine en Steventje Ligtelijn. Ze trouwden in 1948 en uiteindelijk besloot Toine zijn varende bestaan op te geven en huisarts aan wal te worden. Hun oudste dochter, Mirjam de Meijer, kreeg pas na de dood van haar ouders de brieven in handen. Ze besloot deze brieven te bundelen in dit boek. Een uniek stuk familiegeschiedenis wordt hiermee blootgelegd, maar ook een reisverhaal dat een interessant tijdsbeeld geeft, met als rode draad het reilen en zeilen van een scheepsarts.
Gerelateerde boeken
-
Valsheid in Gesteente
Waarom zijn de vuistbijlen van Tjerk Vermaning vals en wie zit er achter?€ 29,95Valsheid in Gesteente
De vuistbijlen van Tjerk Vermaning binnenstebuiten gekeerd. Wie zit(ten) achter deze en andere grootschalige vervalsingen?
Tjerk Vermaning en zijn omstreden vuistbijlen staan nog altijd in de belangstelling. En dat ruim 50 jaar na zijn eerste spraakmakende ontdekking: een mammoetjagerskampement bij Hoogersmilde (Dr.) dat uit de Neanderthalertijd zou stammen, zo’n 60.000 jaar geleden. De hernieuwde focus op Tjerk Vermaning begon enkele jaren geleden met de roman ‘Tjerk’ en in 2018/2019 was in het Drents Museum een drukbezochte tentoonstelling te zien over het bewogen leven van deze beroemde Drentse amateurarcheoloog.
Echter, tot nu toe is het steeds vooral gegaan over de menselijke kant van wat de ‘affaire Vermaning’ is gaan heten. Over de meest fundamentele vraag – en vooral de gedegen beantwoording ervan – ging het nooit; een diepgaand wetenschappelijk onderzoek naar de aard van de vuistbijlen van Tjerk Vermaning – echt of vals – was er tot nu toe niet.
Daar komt in de eerste helft van 2022 verandering in als het boek Valsheid in gesteente bij Uitgeverij Van Gorcum verschijnt. Het omvat een diepgravende analyse van de Vermaning-artefacten door negen onderzoekers, elk met hun eigen specialisme, en met inzet van moderne onderzoekstechnieken.
Opvallend veel beeldmateriaal, waaronder vele hoge resolutie microscoopfoto’s, neemt de lezer mee in de boeiende zoektocht naar de waarheid over de vondsten van Vermaning. Mede dankzij een aanzienlijke toename in de archeologische kennis sinds het eind jaren ’70 van de vorige eeuw, toen de rechtszaken tegen Tjerk Vermaning speelden, komen de onderzoekers tot de slotsom dat het om niets anders dan vervalsingen gaat.
Maar wie was de regisseur achter deze grootschalige vervalsingen? En waren en meer personen bij betrokken? Door een nieuwe aanpak, waarbij de auteurs nieuwe vervalsingen op het spoor kwamen – die los staan van de Vermaning-‘vondsten’ – is het voor het eerst mogelijk om de dader(s) te identificeren.
-
-
Landgoed De Braak
Vlakbij de stad Groningen, op de provinciegrens met Drenthe, ligt het landgoed De Braak. In de zeventiende eeuw stichtte de Groningse elite een buiten, gelokt door het aantrekkelijke landschap zo dicht bij de stad. Eerst waren het de welgestelde burgers die hier hun buitenverblijf hadden, later zou De Braak een geliefd wandeloord worden voor de Stadjers.
In 1827 kocht ondernemer Abraham Hesselink het landgoed en hij gaf de bekende tuinarchitect Lucas Pieters Roodbaard (1782-1851) de opdracht om de strakke lanen te transformeren naar een landschappelijke aanleg met schitterende waterpartijen. De erven Hesselink hebben in 1888 De Braak verkocht aan de bekende Groningse industrieel Jan Evert Scholten. Hij transformeerde De Braak in enkele jaren tot een aantrekkelijk en succesvol openbaar wandelpark , voorzien van de nodige attracties.In 1920 kocht het jonge Natuurmonumenten de Braak, waarmee het voor deze vereniging de eerste aankoop van een compleet landgoed was. De publieksfunctie van dit wandelpark werd daarmee voor de stad en de streek voor de verdere toekomst gegarandeerd. In de afgelopen honderd jaar zocht Natuurmonumenten naar een evenwicht tussen het aantrekkelijke wandelpark en hoge natuur- en cultuurwaarden. Het verhaal van de eigenaren en het beheer op het oude landgoed van de afgelopen tweehonderd jaar is nog altijd beleefbaar voor de wandelaars uit Groningen en Drenthe en ver daarbuiten.
-