Berthe Hoola van Nooten (1817-1892)

Leven en werk van een ongekende bloementekenares
David Coppoolse, Marcel van Dorst

 39,90

De plantkunde van voormalig Nederlands-Indië kent een lange en rijke geschiedenis. Meestal werd die geschreven door mannen. Maar in 1863 werd in Brussel Fleurs, fruits et feuillages choisis de l’île de Java gepubliceerd, een platenboek over de flora van Java dat vrijwel elke andere populaire titel over dit onderwerp in de schaduw stelde. Dit tweetalige werk bleek bedacht, getekend en geschreven te zijn door een vrouw: de Utrechtse domineesdochter Berthe Hoola van Nooten (1817-1892). Vele botanici kennen dit enorme boek, dat inmiddels zeldzaam en onbetaalbaar is geworden. Over de maakster tastte tot nu toe iedereen in het duister. De tekenares blijkt een veel avontuurlijker bestaan te hebben geleid dan vermoed, met omzwervingen in Suriname, Louisiana, Texas, New York en Nederlands-Indië. Hoe het haar als vrouw is gelukt om zo’n prestatie te leveren in een door mannen gedomineerde wereld is het onderwerp van deze biografie over haar leven en werk.

Verschijningsvorm:
Hardcover
Taal:
Nederlands
Uitgeverij:
Uitgeverij Noordboek
Aantal pagina's:
280
Druk:
2
ISBN:
9789464712520
Uitgiftedatum:
07-11-2024
Gewicht:
1120 gram
Afmeting:
259x201x28 mm

Gerelateerde boeken

  • Diepzee

    Diepzee

    Een diepe duik in een van de meest mysterieuze plekken op aarde
    Jon Copley
     17,90
  • Het verhaal van de kolken in het Dollardgebied

    Het verhaal van de kolken in het Dollardgebied

    Aart Jan Langbroek, Gerrit Smit, Hendrik van der Ham
     25,00

    Het verhaal van de kolken in het Dollardgebied

    In 2014 is de werkgroep Oldambt van het IVN gestart met het project ‘Kolken in het Dollardgebied’. Het doel was om de kolken in kaart te brengen en waar mogelijk de aanwezige natuur te inventariseren. Kolken zijn ontstaan als gevolg van dijkdoorbraken. Doordat het water zich met grote kracht door de opening perste, ontstond door het kolkende water een diep gat. De doorbraak is vervolgens hersteld door om de kolk heen een nooddijk aan te leggen, waardoor de kolk binnendijks kwam te liggen.

    Door de eeuwen heen zijn kolken door de boeren en de lokale bevolking gebruikt als drinkplaats voor vee, stortplaats van afval en als vis-, zwem-, en schaatswater. In de loop van de tijd zijn ondiepe kolken verland of kolken zijn gedempt door de beschikbaarheid van grotere en sterke graafmachines. In het gebied rond de Westerwoldse Aa zijn in de jaren 60 van de vorige eeuw de meeste kolken gedempt. Een klein aantal kolken is als landschapselement bewaard gebleven. Bij de ruilverkavelingen van de jaren 70 en 80 van de vorige eeuw werden de kolken in het Oldambt in de meeste gevallen in het kader van het toen verplichte landschapsplan als kleine perceeltjes toegewezen aan Staatsbosbeheer. Daarop werd vaak een stukje bos aangeplant. De reden van deze bosaanplant is het idee dat natuur zonder bos geen natuur kon zijn en dat een landschapselement van verre herkenbaar moest zijn. Kolken zijn tegenwoordig kleine natuurgebiedjes, die als een archipel in het voornamelijk agrarische landschap van het Oldambt liggen.

    De zoektocht van de werkgroep naar bestaande en voormalige kolken is begonnen met een kaart van de bodemkundige Ir. De Smet, die rond 1960 uitvoerig de bodemeigenschappen en bodemgesteldheid van het Oldambtgebied heeft beschreven en in kaart gebracht. Op een van zijn kaarten heeft hij met rode lijnen de tracés van de bestaande, voormalige en vermoedelijke dijken aangegeven, die gedurende eeuwen in dit gebied aanwezig zijn of waren. Met blauwe stippen heeft hij de plaatsen gemarkeerd van bestaande, voormalige en vermoedelijke kolken. In totaal heeft hij 90 locaties gemarkeerd en daarvan heeft de werkgroep er ruim 30 teruggevonden, die aanwezig of herkenbaar waren. In deze kolken hebben vrijwilligers van IVN, KNNV en Club Oldambster Groen geïnventariseerd wat de toestand per kolk is, welke organismen er zich bevinden en welke natuurwaarden aanwezig zijn. Naast deze natuurinventarisaties heeft het project ook de doelstelling de cultuurhistorische waarden per kolk te inventariseren. Ze onderzoeken de geschiedenis van elke kolk, verzamelen er verhalen over en proberen er achter te komen, wat er met en rondom elke kolk in de loop der eeuwen is gebeurd. Naast het veldwerk is ook veel tijd doorgebracht in meerdere archieven.

     25,00
  • Georg Wilhelm Steller

    Georg Wilhelm Steller

    Tussen Kamtsjatka en Alaska
    Mark Nieuwenhuis
     24,90

    Georg Wilhelm Steller

    Veel vogelaars kennen Steller van de vogelsoorten die naar hem genoemd zijn, waaronder Stellers eider en Stellers zeearend.
    Maar wie was hij? Georg Wilhelm Steller was een Duitse geleerde in Russische dienst die in 1741 als eerste bioloog landde in Alaska, dat toen nog Russisch was. Op de thuisreis sloeg het noodlot toe. Verzwakt door scheurbuik leed de expeditie schipbreuk op een onbewoond eiland. Tijdens dit onvrijwillige verblijf beschreef Steller onder andere de reusachtige zeekoeien, waarmee hij wereldfaam verwierf. Helaas werden deze spoedig uitgeroeid. Uiteindelijk wisten de overlevende zeelieden Kamtsjatka te bereiken. Voor hij terug kon keren naar Sint-Petersburg stierf Steller, belasterd door tegenstanders en gemangeld door de Russische bureaucratie, in de eindeloze verten van Siberië. Geleerden als Pallas en Linnaeus maakten zijn ontdekkingen wereldkundig en streken de eer op voor zijn pionierswerk.
    Deze uitgave bevat Stellers dagboek van de ontdekkingsreis naar Alaska, fragmenten uit zijn werk over zeezoogdieren, en passages uit zijn Beschrijving van Kamtsjatka.

    Mark Nieuwenhuis (1968) is docent Latijn en vertaler van Latijnse literatuur. Vogels kijken doet hij al zijn hele leven. Nu zijn boek over Steller is voltooid, gaat hij Stellers eider eindelijk eens opzoeken in zijn overwinteringsgebied.

     24,90
  • Vogels in de cultuur

    Vogels in de cultuur

    Over naamgeving, legenden en sprookjes, voorspelling en geneeskunde
    Johan Boussauw
     24,90