Compendium van rituele planten in Europa

Marcel De Cleene, Marie Claire Lejeune

 130,00

Waarom geven we een rode roos aan onze geliefde? Waarom houden we hout vast als we ons willen beschermen tegen ongeluk? Wie kent nog de betekenis en oorsprong van voorwerpen en gebruiken als de kerststronk, de palmtak, de meiboom? Veel zaken die vandaag banaal lijken, hadden ooit een veel diepere betekenis. Onze gewoonten vinden vaak hun ontstaan in eeuwenoude rituelen met een grote symbolische waarde.

In dit boek komen rituele planten aan bod die inheems of ingeburgerd zijn in Europa (bijvoorbeeld de Linde en de Roos), of die uitheems zijn, maar in Europa toch op één of andere manier ritueel worden gebruikt (bijvoorbeeld Mirre, Wierook en Rijst). Als rode draad loopt de ingeboren angst van de mens om de greep op zijn eigen leefwereld te verliezen en de daaruit voortkomende vlucht tot allerlei geesten of vreemde krachten.

Em. prof. dr. Marcel De Cleene, plantenfysioloog, was werkzaam aan de UGent. Bij uitgeverij Sterck & De Vreese verschenen de veelgeprezen boeken De historia naturalis. De geschiedenis van de kruidengeneeskunde in de Lage Landen; De naturalis historia. Vergeten toepassingen van planten; Het vernuft van planten, Historia naturalis: de avibus.

Drs. Marie Claire Lejeune is botanica, en gepassioneerd door de muziek en de tekenkunst.

Verschijningsvorm:
Hardcover
Taal:
Nederlands
Uitgeverij:
Sterck & De Vreese
Aantal pagina's:
1344
Druk:
1
ISBN:
9789056157104
Uitgiftedatum:
29-05-2024
Gewicht:
1853 gram
Afmeting:
247x182x59 mm
Bekijk meer informatie over de auteur(s) van deze titel:

Gerelateerde boeken

  • Diepzee

    Diepzee

    Een diepe duik in een van de meest mysterieuze plekken op aarde
    Jon Copley
     17,90
  • Het verhaal van de kolken in het Dollardgebied

    Het verhaal van de kolken in het Dollardgebied

    Aart Jan Langbroek, Gerrit Smit, Hendrik van der Ham
     25,00

    Het verhaal van de kolken in het Dollardgebied

    In 2014 is de werkgroep Oldambt van het IVN gestart met het project ‘Kolken in het Dollardgebied’. Het doel was om de kolken in kaart te brengen en waar mogelijk de aanwezige natuur te inventariseren. Kolken zijn ontstaan als gevolg van dijkdoorbraken. Doordat het water zich met grote kracht door de opening perste, ontstond door het kolkende water een diep gat. De doorbraak is vervolgens hersteld door om de kolk heen een nooddijk aan te leggen, waardoor de kolk binnendijks kwam te liggen.

    Door de eeuwen heen zijn kolken door de boeren en de lokale bevolking gebruikt als drinkplaats voor vee, stortplaats van afval en als vis-, zwem-, en schaatswater. In de loop van de tijd zijn ondiepe kolken verland of kolken zijn gedempt door de beschikbaarheid van grotere en sterke graafmachines. In het gebied rond de Westerwoldse Aa zijn in de jaren 60 van de vorige eeuw de meeste kolken gedempt. Een klein aantal kolken is als landschapselement bewaard gebleven. Bij de ruilverkavelingen van de jaren 70 en 80 van de vorige eeuw werden de kolken in het Oldambt in de meeste gevallen in het kader van het toen verplichte landschapsplan als kleine perceeltjes toegewezen aan Staatsbosbeheer. Daarop werd vaak een stukje bos aangeplant. De reden van deze bosaanplant is het idee dat natuur zonder bos geen natuur kon zijn en dat een landschapselement van verre herkenbaar moest zijn. Kolken zijn tegenwoordig kleine natuurgebiedjes, die als een archipel in het voornamelijk agrarische landschap van het Oldambt liggen.

    De zoektocht van de werkgroep naar bestaande en voormalige kolken is begonnen met een kaart van de bodemkundige Ir. De Smet, die rond 1960 uitvoerig de bodemeigenschappen en bodemgesteldheid van het Oldambtgebied heeft beschreven en in kaart gebracht. Op een van zijn kaarten heeft hij met rode lijnen de tracés van de bestaande, voormalige en vermoedelijke dijken aangegeven, die gedurende eeuwen in dit gebied aanwezig zijn of waren. Met blauwe stippen heeft hij de plaatsen gemarkeerd van bestaande, voormalige en vermoedelijke kolken. In totaal heeft hij 90 locaties gemarkeerd en daarvan heeft de werkgroep er ruim 30 teruggevonden, die aanwezig of herkenbaar waren. In deze kolken hebben vrijwilligers van IVN, KNNV en Club Oldambster Groen geïnventariseerd wat de toestand per kolk is, welke organismen er zich bevinden en welke natuurwaarden aanwezig zijn. Naast deze natuurinventarisaties heeft het project ook de doelstelling de cultuurhistorische waarden per kolk te inventariseren. Ze onderzoeken de geschiedenis van elke kolk, verzamelen er verhalen over en proberen er achter te komen, wat er met en rondom elke kolk in de loop der eeuwen is gebeurd. Naast het veldwerk is ook veel tijd doorgebracht in meerdere archieven.

     25,00
  • De Scharrelaar 11

    De Scharrelaar 11

    Vogeltijdschrift voor lezers
    Emile Brugman
     17,90
  • De kanoet

    De kanoet

    De veranderende wereld door de ogen van een trekvogel
    Rob Buiter
     24,90

    De kanoet

    De kanoet is een reislustige vogel. In Nederland overwintert de kanoet in de Waddenzee en de Delta of hij tankt daar bij, op weg van Siberië naar West-Afrika en terug.
    Door die reislust is de kanoet ook een goede verhalenverteller. De kanoet is als de kanarie in de kolenmijn, en wijst ons in dit geval genadeloos op de aantasting van het milieu. De vogel blijkt zelfs een soort thermometer te zijn: door van generatie op generatie een beetje te krimpen, waardoor hij relatief een steeds langere snavel krijgt, laat de kanoet zien dat ook het klimaat langzaam aan het veranderen is.
    Al deze verhalen zijn opgetekend uit de mond van mensen die deze vogel al vele jaren onderzoeken, met schitterende foto’s van een fotograaf die deze vogels ook al bijna zijn hele leven op de hielen zit.

    Rob Buiter (1966) is freelance wetenschapsjournalist. Hij is verslaggever voor Trouw en Vroege Vogels en hoofdredacteur van het oudste natuurtijdschrift van Nederland, De Levende Natuur. De foto’s zijn gemaakt door Jan van de Kam.

     

     24,90