De jeugd van tegenwoordig

Stedelijke jongerencultuur in de laatmiddeleeuwse Lage Landen
Anke de Meyer, Peter Stabel

 29,90

De centrale vraag in dit boek is: wat betekende ‘jong’zijn in de late middeleeuwen? Hoe dachten volwassenen toen over jongeren? Daarvan zijn talrijke sporen terug te vinden in de Middelnederlandse literatuur. Twee modellen van jeugdcultuur komen daarin naar voren: een adellijk model gebaseerd op vrijheid, avontuur, zelfstandigheid, geweld en seksualiteit, en een stedelijk burgerlijk model met als basisprincipes zelfdiscipline, vlijt en terughoudendheid. In middeleeuwse fictieverhalen botsen deze twee modellen, en vanuit die frictie kon zich een eigen jongerencultuur positioneren.

Hoe gaven jongeren vorm aan hun identiteit? Wat was maatschappelijk aanvaardbaar gedrag? Kleedden ze zich anders dan volwassenen? Hadden ze eigen plekken in de stad? Hoe brachten ze hun vrije uren door? Hadden ze bijzondere rituelen? Konden meisjes zich buiten de deur begeven? Wanneer werd een jongere volwassen?

Op basis van originele bronnen, zoals fictieliteratuur, opvoedingsboekjes, gerechtelijke documenten en zelfs beschrijvingen van interieurs schetsen Peter Stabel en Anke De Meyer een veelzijdig en kleurrijk profiel van de jeugd van toen. Een vernieuwende studie.

Peter Stabel is gewoon hoogleraar aan de Universiteit Antwerpen. Hij is lid van het Centrum voor Stadsgeschiedenis en gespecialiseerd in de middeleeuwse sociale geschiedenis en cultuurgeschiedenis.

Anke De Meyer promoveerde op een proefschrift over gelaagde sociale identiteiten in de laatmiddeleeuwse stad.

Verschijningsvorm:
Paperback
Taal:
Nederlands
Uitgeverij:
Sterck & De Vreese
Aantal pagina's:
272
Druk:
1
ISBN:
9789464714234
Gewicht:
772 gram
Afmeting:
240x170x23 mm
Uitgiftedatum:
23-12-2025

Gerelateerde boeken

  • Vrije staatkundige stellingen

    Vrijheid, gelijkheid en broederschap. Die termen associëren we met de Franse Revolutie. Toch zijn deze begrippen ouder. Ze komen al op deze wijze voor in de Vrije Politieke Stellingen van de Nederlandse filosoof Franciscus van den Enden, de leraar van Spinoza. Het betreft een radicaal Verlichtingsgeschrift uit 1665 waarin de auteur pleit voor ‘evengelijkheid’, zowel in het recht en de economie als in de politiek.
    Van den Enden beschrijft de ideale republikeinse democratie, waarin zo veel mogelijk burgers onderwijs krijgen en stemrecht hebben. Ook pleit hij voor vrijheid van seksualiteit. Voor het eerst wordt deze opmerkelijk vlot geschreven tekst hier in modern Nederlands gepresenteerd, met een inleiding door de Britse Verlichtingsexpert Jonathan Israel.

    Franciscus van den Enden runde de Latijnse school in Amsterdam. Toen hij een lesverbod kreeg, nam zijn leven een spannende wending. Hij raakte betrokken bij een complot tegen Lodewijk XIV. Zijn moordplan lekte uit en hij eindigde aan de galg in Parijs. Zijn geschriften zijn lang zoek geweest. Pas enkele decennia geleden werd duidelijk dat hij de auteur was van de Vrije Politieke Stellingen.
    Hertaling: Corinna Vermeulen

     19,90
  • Van Neanderthaler tot Rendierjager

    Van Neanderthaler tot Rendierjager

    Marcel Niekus, Yuri van Koeveringe
     17,50

    Van Neanderthaler tot Rendierjager

    ‘Van neanderthaler tot rendierjager’ is het eerste deel in een toegankelijk en rijk geïllustreerde reeks over de archeologie van Drenthe. Meer dan 115.000 jaar geleden liet een neanderthaler zijn vuurstenen werktuig achter in wat wij nu Drenthe noemen. Voor zover we weten was hij of zij de allereerste mens in deze contreien. In de daaropvolgende 85.000 jaar zou deze nu uitgestorven menssoort met tussenpozen in Drenthe verblijven. Van hun aanwezigheid zijn echter niet veel sporen achtergebleven. Alleen hun stenen werktuigen herinneren ons aan deze lang vervlogen tijden. Archeologen kunnen echter veel afleiden aan deze oeroude artefacten. Waar zijn ze voor gebruikt? Hoe zijn ze gemaakt en wat vertellen ze ons over het leven van de neanderthaler in Drenthe?

    Zo’n 40.000 jaar geleden stierf de neanderthaler uit en bleef de nieuwkomer Homo sapiens alleen achter. Omdat het noorden van Europa gevangen was in de ijskoude greep van de ijstijd leefden onze verre voorouders in eerste instantie alleen in meer zuidelijkere regio’s. Maar toen de temperatuur steeg, trokken ook deze jagers op den duur naar Drenthe. Omdat zij voornamelijk leefden van de jacht op rendieren, noemen wij hen ‘rendierjagers’. In een tijd van zeer snelle klimaatwisselingen aan het einde van de laatste ijstijd volgden verschillende rendierjagersculturen elkaar snel op. Ook van deze mensen zijn de meeste sporen volledig verdwenen, maar dankzij resten van hun kampementen, haardplaatsen en wederom stenen werktuigen vangen we een glimp op van hun dagelijks leven.

    In ’Van neanderthaler tot rendierjager’ vertellen wij het verhaal van deze prehistorische mensen die leefden in wat archeologen de Oude Steentijd noemen. In een voor ons onherkenbaar Drenthe, volkomen afhankelijk van het klimaat en van wat de natuur hen bood, hadden zij allen hun eigen manier om hier een bestaan op te bouwen. Maar of dit altijd even succesvol was….

    De reeks ‘Archeologie in Drenthe’ is een samenwerking van Stichting Het Drentse Landschap, Het Hunebedcentrum, Stichting Stone en Uitgeverij Koninklijke Van Gorcum.

     17,50
  • Opstand en ondergang van de veenarbeiders in Zuidoost-Drenthe

    In 1921 stond Zuidoost-Drenthe letterlijk en figuurlijk in brand. De dramatische gebeurtenissen van dat jaar, de aanloop en de onderliggende oorzaken worden in Opstand en ondergang van de veenarbeiders in Zuidoost-Drenthe 1860-1921 op indringende wijze beschreven.

    Turfwinning was decennialang de belangrijkste bedrijfstak in Zuidoost-Drenthe. Toen in 1921 de turfwinning in het gebied instortte ontstond een sociale ramp: werkloosheid, armoede en honger. De veenarbeiders kwamen hiertegen massaal in opstand.

    Deze crisis kwam echter niet uit de lucht vallen. Al vijftig jaar eerder waren er tekenen dat de turfwinning zijn langste tijd gehad had, doordat turf steeds meer door steenkool werd vervangen. De teruglopende rentabiliteit werd op de veenarbeiders afgewenteld, onder meer door het verlagen van hun lonen. In dezelfde periode kreeg het socialisme voet aan de grond en werden er vakbonden opgericht. Deze ontwikkelingen zetten de arbeidsverhoudingen verder op scherp. Juist in deze periode raakten in andere gebieden de turfvoorraden uitgeput en verschoof de turfwinning naar Zuidoost-Drenthe. Gesteund door hun vakbonden kwamen de veenarbeiders in opstand. Maar ook binnen de vakbewegingen was rivaliteit. Anders dan in de rest van Nederland speelde in Zuidoost-Drenthe binnen de vakbewegingen vooral de botsing tussen de revolutionaire socialisten en sociaaldemocraten. Het overgeleverde beeld van arme, ongeschoolde en opstandige veenarbeiders is sterk bepaald door deze laatste fase van de vervening.

    Dit boek beschrijft de sociale en economische aspecten van de veenwinning, de opkomst en rivaliteit binnen de vakbewegingen en de aanloop naar de massale arbeidersopstand van 1921 in Zuidoost-Drenthe.

     39,95