De onuitspreekbare zonde
€ 27,90
Sodomie, afgeleid van de Bijbelse stad Sodom, was een breed paraplubegrip in de late middeleeuwen.
De term werd vooral gebruikt om seks tussen mannen te beschrijven. Maar ook om seks tussen vrouwen en andere seksuele handelingen niet gericht op voortplanting te benoemen.
Sodomie, de onuitspreekbare zonde, was vroeger zo verwerpelijk dat het woord in de mond nemen al een misdaad leek. Het was namelijk niet alleen een tegennatuurlijke zonde maar ook een vreselijk misdrijf waar wrede straffen op stonden.
Hoewel de bronnen schaars zijn, vond Jonas Roelens dankzij een jarenlange zoektocht in verschillende archieven
onverwacht veel informatie over deze onnoembare zonde.
Juridische, literaire, religieuze en artistieke bronnen geven houvast om het vervolgingspatroon in kaart te brengen, maar laten ook toe om na te gaan hoe men bevolkingsbreed over dit vergrijp dacht, of er sprake was van klassenjustitie en waarom in deze periode nergens in West-Europa meer sodomieten werden vervolgd dan in de Zuidelijke Nederlanden.
JONAS ROELENS is docent aan de Universiteit Gent en het KASK Gent. Met zijn proefschrift won hij in 2019 zowel de jury- als de publieksprijs van de Vlaamse PhD Cup, en de Erik Duverger-prijs.
Gerelateerde boeken
-
Buorkje yn Fryslân
Dat de wrâld hieltyd feroaret is gjin nijs. Hoe hurd dy feroarings gean, wurdt dúdlik, as men de muoite nimt om achterom te sjen. Ek yn e lânbou hat in revolúsje plakfûn. It rêstige boerelibben mei syn fêste gewoanten en tradysjes is nei de Twadde Wrâldoarloch omraak feroare.
Dit boek oer de lânbou yn de tweintichste ieu is gjin wittenskiplik wurk, mar it ferhaal fan immen dy t in grut part fan dy ieu buorke hat en bestjoersfunksjes hie yn ferskate boere-organisaasjes. -
Een politiek gevangene in Nederland
Heeft Nederland een politieke gevangene? Het schokkende antwoord is: ja. De Koerdische politieke leider Hüseyin Baybasin zit al ruim 25 jaar vast in Nederland. Na de oprichting, in Den Haag, van het Koerdisch Parlement in Ballingschap werd hij in de raderen van de wereldpolitiek vermalen. Wetenschapsfilosoof Rein Gerritsen laat zien hoe een Turks-Nederlandse politie-eenheid bewijs vervalste, waarna criminologen, vertalers, rechters, raadsheren en politici in het web van leugens verstrikt raakten. Het voorwoord bij deze biografie is geschreven door een aantal gevangenisdirecteuren. Zij verzetten zich openlijk – heel ongebruikelijk voor ambtenaren – tegen Baybasins onterechte opsluiting.
Rein Gerritsen (1959) studeerde wijsbegeerte, natuurkunde en theoretische psychologie aan de Universiteit Utrecht. Hij is al jaren actief als wetenschapsfilosoof, vertaler en schrijver. Hij publiceerde eerder onder meer het boek James en vertaalde William James’ boek Pragmatism.
-
Onderweg naar 1832
Onderweg naar 1832 vertelt het verhaal van zes jonge mensen uit eenvoudige milieus, met ieder een bijzondere geschiedenis. Twee vrouwen en vier mannen, van wie één met Joodse migrantenwortels. Het speelt tegen de achtergrond van de schoolwereld uit de vroege negentiende eeuw en loopt vanaf hun kindertijd tot 1832. In dat jaar waren ze als dertigers aanwezig op een legendarisch jubileumfeest ter ere van hun onderwijsinspecteur. Ze hadden toen, gegeven hun afkomst en sekse, binnen het onderwijs opvallend carrière gemaakt. Op basis van historische bronnen laat het boek zien hoe dit kwam en wat ze onderweg naar 1832 meemaakten.
Samen geven de zes biografische verhalen een beeld van vroege ontwikkelingen binnen het lerarenberoep. Onderwijsvernieuwing was in deze periode het sleutelwoord. Geleidelijk nam daardoor de vakbekwaamheid toe, verbeterden de arbeidsomstandigheden en steeg het sociale aanzien van de beroepsgroep – maar alleen voor de mannen. Het boek maakt ook de onontkoombare man-vrouw verschillen van deze periode zichtbaar.
De jonge levens van de zes speelden zich grotendeels af in de stad Groningen, toen een belangrijk centrum van onderwijsvernieuwing. Ze stonden in de voorhoede van de nieuwe Nederlandse school. Het boek vertelt de nauw met elkaar verweven verhalen over deze bijzondere pioniers: een idealistische dovenonderwijzer, de ontwerper van de pabo, Nederlands eerste kleuterpedagoge, een talenvirtuoos die botste op de grenzen van de tolerantie, een heel vroege carrièrevrouw, en de wegbereider van de Algemene Onderwijsbond (AOb). Ingekleurde momentopnamen van opvallende gebeurtenissen in hun bestaan – een dramatische vergadering, een liefde, een stedentripje naar Amsterdam, een onvergetelijke les – brengen de personen tot leven. Een bijzondere combinatie van feiten en fictie.
Mineke van Essen is historisch pedagoog en emeritus hoogleraar van de Rijksuniversiteit Groningen.