Eene quaestie van vraag en aanbod. Veenbaas Alle Wytzes en zijn arbeiders in Appelscha

Reitze Jonkman

    Dit boek is niet via onze winkelmand te bestellen. U kunt het bestellen door hieronder uw gegevens in te vullen. Wij nemen contact met u op!

    Het is eene quaestie van vraag en aanbod, antwoordde veenbaas Van der Sluis tegenover een parlementaire commissie op de vraag hoe in zijn Appelschaster veenderij de hoogte van de arbeiderslonen werd bepaald. Dat de machtspositie van de veenbaas bij dit overleg veel sterker was dan die van de arbeider liet hij wijselijk in het midden. Maar hoe verhield de winst van de baas zich eigenlijk tot het loon van de arbeider? Dat wordt duidelijk door de boekhouding over de jaren 1866-1897 van Alle Wytzes van der Sluis, die met zijn neven en zonen de belangrijkste verveendersfamilie in Zuidoost Friesland vormde, onder de loep te nemen. Zijn uitgaafboeken van de veenderijen in Appelscha en onder Haulerwijk geven inzicht in de uitgaven aan kapitaal en arbeid. Erfenissen en boedelbeschrijvingen tonen de omvang van de vergaarde rijkdom en dagboeken brengen de uitgekiende werkwijze van de familie aan het licht. Ook de andere kant van de medaille komt in beeld: de verdiensten van de gravers en kruiers en hun vrouwen en kinderen. Zij treden in dit boek uit de anonimiteit. Aan de hand van het cijfermateriaal kan zelfs een ‘Quote 30’ van Appelschaster veengravers worden opgesteld. Waren de veelbesproken slechte levensomstandigheden van de veenwerkers nu Mythe of Werkelijkheid? Waren de veenbazen Weldoeners of Uitbuiters? Met een aanbod van nieuw cijfermateriaal en persoonlijke verhalen van betrokkenen kan dit boek licht werpen op de discussies in onze tijd over de sociale omstandigheden van die tijd.

    Reitze Jonkman ( Wijnjeterp 1950) was werkzaam als docent wiskunde en conrector aan het Drachtster Lyceum. De combinatie van interesse in familiegeschiedenis, regionale historie en een cijfermatige aanpak daarvan leidde tot deze publicatie.

    Gerelateerde boeken

    • Jongen van Kotte

      Jongen van Kotte

      Pionier van regionale televisie
      Henny Everts, Peter Schavemaker
       24,95

      Jongen van Kotte

      ‘Jongen van Kotte’ is een spraakmakende uitgave die het verhaal vertelt van de op- en neergang van de katholieke Twentsche Courant en de opkomst van de regionale omroep voor Overijssel. Onderdelen van het bijzondere levensverhaal van Tukker Henny Everts, de ‘Jongen van Kotte’, die nabij de machinefabriek Stork sportief opgroeit in Tuindorp ’t Lansink en ’t Kotte in metaalstad Hengelo. Het boek is naast een verslag van bewogen jonge jaren een weergave van sociaaleconomische omwentelingen in Twente en turbulente regionale en landelijke ontwikkelingen bij de radio- en televisieomroepen. Het is een verrassende route van Twente en Nederland naar een digitale samenleving. Gezien door de jonge en volwassen ogen van de Jongen van Kotte, die het tot zijn eigen verbazing schopt van voetballer tot journalist bij de Twentsche Courant en directeur-hoofdredacteur van RTV Oost.

      Herman Finkers: ‘Geen Beentjes van Sint-Hildegard zonder Van Jonge Leu en Oale Groond’
      Voormalig Commissaris van de Koningin Jan Hendrikx: ‘Het regionale tv-plan van Henny Everts was pionierswerk’
      Carrie ten Napel: ‘Ik verliet het warme nest RTV Oost en ging uit huis’
      Marga Bult: ‘Ik ben emotioneel verbonden met RTV Oost’
      Laus Steenbeeke: ‘Twents is mijn moerstaal en raakt je vroegste emoties’

      Henny Everts (Hengelo, 1947) was journalist bij De Twentsche Courant en directeur-hoofdredacteur van RTV Oost.
      Peter Schavemaker (Nijverdal, 1967) is mediajournalist, radiopresentator en podcastmaker. In 2018 verscheen zijn boek ‘100 jaar Hilversum Mediastad’.

       24,95
    • Andries Sternheim (1890-1944)

      Vergeten binnen de Frankfurter Schule
      Bertus Mulder
       29,90
    • Dineren in Rome

      Dineren in Rome

      Een geschiedenis van de Romeinse wereld in één maaltijd
      Andreas Viestad
       24,90
    • De geniale mislukking van de middeleeuwen

      De twaalfde eeuw was een tijd vol creatieve vernieuwing en een periode waarin de botsing plaatsvond tussen twee invloedrijke denkers. De dialecticus Abélard benaderde de werkelijkheid rationeel, de mysticus Bernardus van Clairvaux hechtte alleen waarde aan religieus-intuïtieve kennis. Tussen beide genieën had het tot een vruchtbare dialoog kunnen komen, maar het liep uit op een regelrechte confrontatie. Bernardus beschuldigde Abélard van ketterij, waarna Abélard het zwijgen werd opgelegd. Maar diens zoektocht naar rationele kennis en waarheid bleef overeind: geloof en rede, intuïtie en wetenschap werden voor eeuwen elkaars tegenpolen. Dezelfde uitersten treden ook vandaag op. Raoul
      Bauer trekt een rechte lijn tussen dit conflict uit de twaalfde eeuw naar de cultuurcrisis vandaag en biedt daarmee een verrassend en controversieel inzicht.

      Raoul Bauer, historicus en doctor in de letteren, is emeritus hoogleraar cultuurgeschiedenis. Hij publiceerde eerder bij Sterck en de Vreese Karel de Grote en Niet meer blaffen naar de maan.

       17,50