Friezen op zee
€ 39,90
Tijdens de zeventiende en achttiende eeuw komt de Friese koopvaardij tot een ongekende bloeiperiode die vrijwel overal in Friesland welvaart brengt. Deze Friese Gouden eeuw is onlosmakelijk verbonden met de Gouden Eeuw van Amsterdam. Het zijn vooral de Friezen die via de Oostzee de Amsterdammers voorzien van graan en van het hout dat nodig is om de stad op te bouwen. Dit ontwikkelt zich met name vanuit de doopsgezinde netwerken. Friezen op zee vertelt hoe tienduizenden schepen vanuit Friesland door de Sont op weg gaan naar de Oostzee, hoe boerenzoons schepen bouwen en Waddeneilanders de walvisvaart opbouwen, hoe marktplaatsen uitgroeien tot internationale havens, hoe men vanuit veengebieden turf naar Amsterdam verscheept en ten slotte hoe de koopvaardij ten onder gaat.
De wetenschappelijke belangstelling van Emeritus-hoogleraar Jan Auke Walburg gaat uit naar de omstandigheden waaronder gemeenschappen tot bloei en ontwikkeling komen. Hij maakte een diepgaande studie naar de ontwikkeling van een 25-tal Friese steden en dorpen die vooral dankzij de scheepvaart tot welvaart kwamen. Hij is voorzitter van de Wurkgroep Maritime Skiednis van de Keninklijke Fryske Akademie.
Gerelateerde boeken
-
Geschonden wereld
Midden in de Tweede Wereldoorlog schrijft historicus Johan Huizinga zijn laatste werk, een boek met een veelzeggende titel: De geschonden wereld. Door de opkomst van de massacultuur, het fascisme, en zeker het nazisme, ligt de beschaving onder vuur. De beschaving is niet alleen in de praktijk teloorgegaan, ook als idee ligt ze onder vuur. Huizinga vraagt zich af of het tij te keren is. Herstel van de beschaving is mogelijk, stelt hij, als we afstand nemen van massacultuur en materialisme. Zo scheppen we ruimte voor het individu en de geest.
Helaas weer actueel
Johan Huizinga (1872-1945) was Nederlands invloedrijkste historicus van de twintigste eeuw. Hij publiceerde onder meer het wereldberoemde Herfsttij der Middeleeuwen en het filosofisch getinte Homo Ludens.
-
Verhandeling over de aanleg van vrouwen voor de wetenschap
De begaafde Anna Maria van Schurman kreeg als eerste vrouw in Nederland toestemming om colleges te volgen. De Universiteit van Utrecht bouwde voor de gelegenheid een hokje met een gordijntje voor haar. Van Schurman kon van daaruit de colleges van theoloog Voetius bijwonen, zonder daarbij de mannelijke studenten af te leiden.
In dit korte essay uit 1641 legt Van Schurman uit waarom het logisch is om meer vrouwen toegang tot de
universiteit te verlenen. Het argumentatieve geschrift inspireerde Margaret Cavendish en Mary Wollstonecraft en gaf de aanzet tot de eerste feministische beweging. Het zeer invloedrijke essay verschijnt in een geactualiseerde vertaling van Renée Ter Haar, met een voorwoord van Angela Roothaan. Jacob Bouwman zorgde voor de selectie van relevante brieven.“Wat een genot om zo’n erudiet pleidooi te lezen van een moedige vrouw. In zijn opdracht noemt tijdgenoot Johan van Beverwijck haar ‘onsterfelijk sieraad onder de vrouwen’. Met recht.” – Trouw
-
-
De vergeten prinsessen van Thorn (1700-1794)
Het stift van Thorn is in de achttiende eeuw the place to
be voor de hoogadellijke dochters van de Europese rijksvorsten
en -graven. Ze worden hier klaargestoomd voor
een huwelijk met een man van stand, leren zich uitdrukken
in het Frans, krijgen zanglessen en organiseren
dansfeesten. Hun japonnen naar de laatste mode uit Parijs
zijn exclusief en de exquise gerechten eten ze met zilveren
bestek. In de glazen kooi waarin ze leven dienen ze voortdurend
het bij hun stand passende gedrag te vertonen,
één enkele misstap kan fataal zijn.
Historicus dr. Joost Welten kon de hand leggen op een
gigantische hoeveelheid nooit eerder geraadpleegde
bronnen en geeft in De vergeten prinsessen van Thorn een
inkijk in de leefwereld van dit voormalige rijk der hoogadellijke
vrouwen. Vorstelijk geïllustreerd met meer dan
150 afbeeldingen – vaak nooit eerder gepubliceerd.
We volgen de adellijke dames op hun reizen door Europa,
tijdens jachtpartijen, maar ook wanneer ze vertwijfeld op
zoek zijn naar geld om hun schulden te betalen. Hoe gaan
zij om met de speelruimte die hun wordt toebedeeld?
Schikken zij zich in een dienstbare rol of zien ze kans om
een eigen kleur te geven aan het leven en daarin iets uit te
drukken van hun idealen en ambities?