Galg & rad
€ 27,90
Frans Thuijs geeft een indrukwekkend beeld van tweehonderd jaar gerechtelijke uitwassen in de voorbije samenleving van de
zeventiende en achttiende eeuw. Van kleine criminaliteit tot moord, van zedenmisdrijven tot dienstmeidenrumoer, van bedrog tot aanslagen en van de justitiële reacties daarop. Dat procesregels niet voor iedereen gelijk waren, is al wrang. Maar nog erger is dat de eigentijdse regelgeving werd genegeerd, met voeten werd getreden, of wel héél erg elastisch werd toegepast, ten bate van het ego, de carrière of persoonlijk gewin. De auteur heeft een sprankelende keus gemaakt uit een oneindige hoeveelheid gebeurtenissen. Hij geeft een beeld van een samenleving met als bron gerechtelijke stukken die bewaard zijn gebleven. De originele verhalen voorziet hij van enig commentaar of vraagtekens tussen de regels door: ze zijn spannend, droevig, triest en doorspekt met een lichte ironie.
Frans Thuijs studeerde rechten aan de Universiteit van Amsterdam, geschiedenis aan de Universiteit Utrecht en promoveerde aan de Vrije Universiteit. Hij doet al vele jaren onderzoek in gerechtelijke archieven en publiceert artikelen.
Gerelateerde boeken
-
De eerste mensen
Nederland ligt in de periferie van het verhaal van menswording. De evolutie van onze familie vindt lang exclusief in Afrika plaats. En, als Europa eenmaal bewoond wordt door mensachtigen, ligt het zwaartepunt ten zuiden van onze streken. Toch heeft ons land een aantal interessante vindplaatsen en vondsten opgeleverd. Ook in Nederland hebben de zogenaamde ‘oermensen’ rondgelopen.
Toegankelijk geschreven voor een breed publiek put het boek uit nieuwste theorieën en het geheel is rijk geïllustreerd met vondsten uit binnen- en buitenland geeft dit boek een toegankelijk overzicht van de stand van zaken met betrekking tot de tenminste 800.000-jaar-durende bewoningsgeschiedenis van Nederland. En het maakt ook meteen korte metten met een aantal stereotypische beelden, zoals het welbekende plaatje van de aap die langzaam rechtop gaat lopen (want zo is het niet gegaan) of het beeld van de moeilijk kijkende neanderthaler in een berenvel die op een besneeuwde berghelling staat. Uitgangspunt van dit boek is wat we nu over neanderthalers weten: intelligente mensen die zich een paar honderdduizend jaar prima hebben weten te redden.
Gerrit Dusseldorp is een expert op het gebied van het gedrag van jager-verzamelaars in zowel Noordwest-Europa als Zuid-Afrika. Hij leidt een door NWO (Nederlandse organisatie voor Wetenschappelijk onderzoek) gefinancierd onderzoeksproject naar de ontwikkeling van de moderne mens in Zuidelijk Afrika en doet ook onderzoek naar het gedrag van Neanderthalers en de redenen voor hun verdwijning. Hij promoveerde aan de Universiteit Leiden (2009) op Neanderthaler voedselvoorziening. Hij bestudeerde ook de ecologische relaties tussen Neanderthalers en andere carnivoren uit de ijstijd, zoals gevlekte hyena’s. Na het afronden van zijn doctoraat richtte hij zijn vervolgonderzoek op Homo sapiens in Afrika. Hij deed dat in Zuid-Afrika aan de University of the Witwatersrand (2009 – 2012) en vervolgens de University of Johannesburg (2013 – 2016).
Yannick Raczynski-Henk is aan de Universiteit van Leiden afgestudeerd als prehistorisch archeoloog met een brede interesse in de Werdegang van de Homininae, ethologie, het Oud- en Midden-Paleolithicum en (löss-)geologie. Daarnaast heeft hij zich geoefend in het analyseren en tekenen van vuurstenen artefacten en hij heeft hiervoor een handleiding geschreven.
Sinds 2009 is hij betrokken bij onderzoek in Armenië en Georgië naar de allervroegste geschiedenis van de mens. De Kaukasus vormt één van de routes die de allereerste hominiden nemen als ze Afrika verlaten om de rest van de wereld te verkennen. Het is dus ook een van de plekken waar je moet zijn om het begin van onze geschiedenis te onderzoeken. De vindplaats Nor Geghi is in 2014 gepubliceerd in Science.Beide auteurs zijn verbonden aan de Universiteit Leiden.
-
-
Zo, ben jij er ook nog?
Eerst wordt haar vader in het holst van de nacht weggevoerd. Nauwelijks een jaar later pakken de Duitsers haar moeder en een mysterieuze onderduiker op. De tienjarige Roos blijft in 1942 alleen achter met haar twee zusjes in hun ouderlijk huis in Rotterdam. Ze probeert zo goed en zo kwaad als het kan het dagelijks leven voort te zetten in de platgebombardeerde stad. In de hongerwinter van 1944 zoekt ze met haar zusjes een uitweg om te overleven.
Roos (Derks) Bazuijnen vertelt haar verhaal in dit boek. De auteurs zochten uit wat er met de ouders van Roos gebeurde en schetsen een beeld van het prille verzet in de Tweede Wereldoorlog. Zo, ben jij er ook nog? is een portret van een intellectueel communistisch gezin dat geschonden uit de oorlog komt. Het is daarmee een aangrijpend egodocument over hoe een kind in oorlogstijd overleeft.
-
Moed en tegenspoed
Vergeten vrouwengeschiedenissen
De Bourgondische tijd was in alle opzichten voorspoedig maar niet voor de positie van de edelvrouw. In deze overgangstijd van middeleeuwen naar renaissance pikten mannen het niet langer dat vrouwen in eigen naam bestuurden. De vrouwen verzetten zich, soms met de moed der wanhoop, tegen deze evolutie. De eerste vrouw die alarm sloeg was Christine de Pisan (†1430), maar ook later bestreden vele edelvrouwen de teloorgang van hun waardigheid. Tien edelvrouwen passeren de revue: Margaretha van Brabant, Margaretha van Male, Christine de Pisan, Jeanne d’Arc, Isabella van Portugal, Guigone de Salins, Jacoba van Beieren, Maria van Bourgondië, Johanna de Waanzinnige, Margaretha van Oostenrijk. Ze waren vaak moedig maar steeds meer machteloos. De Maesschalck brengt deze vrouwen voor het voetlicht en laat hen opnieuw schitteren. Tussendoor gaat aandacht naar fenomenen als bastaards, nonnen, begijnen, zieneressen, politiek actieve vrouwen en vermeende heksen, vrouwenkleren en juwelen, en bovenal naar liefde, seks en ongepaste mannengrappen.
Edward De Maesschalck publiceerde spraakmakende boeken over de Bourgondische vorsten, de graven van Vlaanderen en de Habsburgers.