Het andere en het eigene
€ 17,90
Onze relatie met natuur en landschap is eigenlijk heel onduidelijk. Er zijn daarover veel vragen, zoals: waarom voelen we ons in sommige landschappen thuis en in andere niet? Of waarom scheiden we natuur en cultuur? En: hoe is de relatie tussen mens en natuur in niet-westerse culturen? Wat heeft muziek met natuur te maken? Waarom zijn ongewervelde dieren zo opwindend? Hoe kunnen we een echt partnerschap met natuur vormgeven?
Ecoloog en filosoof Matthijs Schouten behandelt dit soort vragen in de beschouwingen in dit boek en gaat diep in op onze complexe en ambivalente relatie met de groene leefomgeving.
Matthijs G.C. Schouten (1952) studeerde biologie, vergelijkende godsdienstwetenschappen, oosterse filosofie en Keltische taal- en letterkunde. Hij werkt bij Staatsbosbeheer en daarnaast is hij emeritus hoogleraar Plantenecologie en Natuurbeheer aan Wageningen University & Research. Ook is hij hoogleraar Natuur- en Landschapsbescherming aan University College Cork (Ierland).
Gerelateerde boeken
-
-
De scharrelaar – 2022/1
Een nieuwe lente, een nieuwe Scharrelaar! De lente-editie van De scharrelaar staat weer boordevol met gedichten, verhalen en beschouwingen over vogels in binnen- en buitenland.
Een kleine greep uit de rijke inhoud van deze voorjaarseditie van ‘De scharrelaar’: dit bruisende lentenummer opent met een indrukwekkend stuk van natuurjournalist Caspar Janssen, over de eerste geelgors die hij zag. Veertien jaar geleden was dat, en hij is het nooit meer vergeten. Verder leverden de dichters Benno Barnard en Kees ’t Hart lange en minder lange vogelverzen, beschrijft Nienke Beintema het bewogen zeearendenjaar 2021 en componeerde roofvogelaar Rob Bijlsma een requiem voor het boerenland. De illustraties zijn van Octavie Wolters, ze maakte zes verstilde houtsneden in zwart-wit.
-
-
Sweltsjes fan Gaast
Theunis Piersma is heechlearaar Trekfûgelekology yn Grins en is in ynternasjonale autoriteit op dat gebied. Op syn fakgebied hat Piersma in ôfgryslik soad skreaun. Yn syn frije tiid docht er yn syn wenplak Gaast ûndersyk nei sweltsjes. Syn buorfrou frege him ‘Wêr bliuwe ús sweltsjes winterdeis, Theunis’. Dy fraach wie oanlieding foar in syktocht nei sweltsjes, nei hoe’t se libje en wêr’t se bliuwe.. Piersma ferstiet de keunst om syn wittenskiplik ynsjoch oer de bringen oan in breed publyk sûnder de kwaliteit te koart te dwaan. Dit is syn earste boek yn syn memmetaal. In oade oan sweltsjes en oan Fryslân.