Het wonder van 2018. Terugblik op Leeuwarden-Fryslân Culturele Hoofdstad van Europa
Het was het grootste culturele project uit de Friese geschiedenis. Qua omvang, complexiteit en kosten: Leeuwarden-Fryslân Culturele Hoofdstad van Europa (LF2018). Vanaf het lanceren van het idee in het najaar van 2006 tot de realisatie in 2018 was men twaalf jaar onderweg. Meerdere keren was het kantje boord of het project überhaupt doorgang kon vinden. Toch werd 2018 een feestjaar waarbij alle records zijn gebroken. Nooit eerder waren zoveel mensen tegelijkertijd in Leeuwarden – ook niet tijdens een Elfstedentocht – als in het weekeinde van de Reuzen van Royal de Luxe. Nooit eerder waren er zulke hoge bezoekerscijfers, bijvoorbeeld in het Fries Museum of bij theatervoorstellingen als De Stormruiter. Maar ook nooit eerder zal er zoveel zijn gepraat over een evenement, ervoor en erna. Voor dit boek zijn meer dan 120 betrokkenen geïnterviewd. Zij kijken terug op LF2018.
Geart de Vries (1956) werkte jarenlang als programmamaker en eindredacteur bij Omrop Fryslân. Vanaf 2009 tot aan 2021 was hij directeur van het Historisch Centrum Leeuwarden.
Gerelateerde boeken
-
Ferdban
De Oudfriese oorkonden in Ferdban weerspiegelen het dagelijkse leven van gewone mensen en van de allerrijksten en allermachtigsten in Friesland. Ze gaan ook over zaken als vete en vrijheidsstrijd, de veelzijdige activiteiten van kloosters, de groeiende invloed van steden en de bijzondere positie van Ameland. Ze laten bovendien de transformatie van Friesland zien in de jaren kort na 1500, toen de roemruchte, maar in crisis verkerende Friese vrijheid werd afgelost door een strakke, maar tegelijk vernieuwende vorstenheerschappij. Een veelzijdiger inkijk in de Friese maatschappij in het herfsttij van de middeleeuwen en het prille begin van de nieuwe tijd is nauwelijks voorstelbaar.
Oebele Vries is historicus en gezaghebbend kenner van het Oudfries. Hij was universitair docent aan de Rijksuniversiteit Groningen en is nu gastonderzoeker bij de Fryske Akademy. Van zijn hand verscheen eerder Asega, is het dingtijd?, waarin hoogtepunten uit de Oudfriese wetsteksten centraal staan.
-
Marijke Meu (1688-1765)
Marijke Meu (tante Marijke) is de koosnaam van Maria Louise van Hessen-Kassel (1688-1765) waaronder de Friezen hun vorstin uit de achttiende eeuw kennen. Zoiets zegt veel over de aard van de band die de Friezen met deze prinses uit het huis van Oranje-Nassau hadden. Veel minder bekend is haar voortdurende strijd om de belangen te verdedigen van haar enige zoon: de latere stadhouder Willem IV. Het voortbestaan van het huis Oranje-Nassau, waarvan de Hollandse tak met het overlijden van stadhouder Willem III in 1702 uitgestorven was, leek door de dood van Johan Willem Friso in 1711 onzeker.
‘Marijke Meu’, Friso’s weduwe, vormde geruime tijd de dunne draad die Willem van Oranje met ons tegenwoordige koningshuis verbond. Lang heeft de officiële Nederlandse geschiedschrijving zowel aan haar als aan haar tijd weinig aandacht besteed. Met deze biografie worden leemten in onze kennis van de achttiende-eeuwse stadhouderlijke familie aangevuld. -
Joden van Leeuwarden
“Hartog Beem heeft de geschiedenis van de Joodse gemeenten buiten de Randstad op de kaart gezet. Daarvan is dit boek over Leeuwarden een onovertroffen hoogtepunt.” – Rabbijn Edward van Voolen
In 1974 verscheen de eerste editie van ‘Joden van Leeuwarden – Geschiedenis van een Joods Cultuurcentrum’. Als kenner van de joodse bronnen en jarenlang bestuurslid van de gemeente was Hartog Beem (1892 – 1987) als geen ander in staat Joods Leeuwarden van binnenuit te beschrijven, vanaf het prille begin in de zeventiende eeuw tot de jaren zeventig van de vorige eeuw. Hij was al in 1940 gevraagd maar het uitbreken van de Tweede Wereldoorlog leidde tot uitstel van de plannen. Architectuurhistoricus J.F. van Agt (1922-2013) voegde een hoofdstuk toe over de Friese synagogen, de meeste inmiddels verdwenen.
Voor deze herziene editie schreef Chaim Caran, genealoog van de Friese Joden, een hoofdstuk met nieuwe gegevens over de oudste en de meer recente geschiedenis van de Joden in de Friese hoofdstad, terwijl Edward van Voolen Hartog Beem aan de huidige lezers voorstelt. Ook is het nu voorzien van een namenindex.
De bewogen geschiedenis van de Joden van Leeuwarden krijgt een bijzonder perspectief door de vele citaten uit de notulen van de gemeente, eerst in het Jiddisch en later in het Nederlands. Het tragische lot van de joden in Leeuwarden en het moeizame naoorlogse herstel beschrijft Beem als ooggetuige met ingehouden emotie.
-
De otter
Het is nog niet zo lang geleden dat de otter in Nederland was uitgestorven. Gelukkig is dit mooie zoogdier, dat afhankelijk is van schoon water en rust, nu weer volop te bewonderen, dankzij de inspanningen van organisaties, overheden en vrijwilligers. Aan de hand van talrijke schitterende foto’s en unieke (nacht)beelden van bewegingscamera’s biedt dit boek een boeiende kennismaking met de otter, zijn verschijning, gedrag en leefgebied.
Daarnaast is het een levendig verslag van de belevenissen en waarnemingen in het veld van otterkenner Harrie Bosma, die als geen ander weet wat de otter beweegt.