Inquisitie in de middeleeuwen

Bernadette Demeulenaere

 29,90

1231. Paus Gregorius IX rekruteert dominicanen als de eerste inquisiteurs. Aanvankelijk richten ze hun pijlen op katharen en waldenzen, daarna op bekeerde joden, melaatsen, spirituele franciscanen, begijnen en tempeliers. Duizenden sterven op de brandstapel.

De auteur vertrekt van de getuigenissen van de middeleeuwse inquisiteurs en hun slachtoffers. Bisschop Jacques Fournier verhaalt in zijn inquisitieregisters hoe hij de bekeerde jood Baruch probeert te overtuigen van Jezus’ menselijke én goddelijke natuur. Paus Clemens v geeft de grootmeester van de tempeliers de pauselijke absolutie in het Perkament van Chinon (hoewel die grootmeester enkele jaren later toch op de brandstapel belandt). Dante Alighieri laat in zijn Divina Commedia de ketters jammeren en weeklagen vanuit gloeiendhete graftomben. En natuurlijk is er ook de Grootinquisiteur van Fjodor Dostojevski die uitlegt waarom hij niet van Jezus houdt.

Dit boek is de neerslag van de persoonlijke zoektocht van de auteur naar historische waarheid, langs middeleeuws procesrecht en dito bronnen, maar ook langs hedendaagse schrijvers. Een boek over boeken, gekruid met een flinke dosis onderzoeksjournalistiek en persoonlijke bemerkingen.

Bernadette Demeulenaere is doctor in de rechten en criminologe.

Verschijningsvorm:
Paperback
Taal:
Nederlands
Uitgeverij:
Sterck & De Vreese
Aantal pagina's:
256
Druk:
1
ISBN:
9789464712216
Gewicht:
514 gram
Afmeting:
240x170x25 mm
Uitgiftedatum:
26-11-2024

Gerelateerde boeken

  • Droom en Weldaad

    Droom en Weldaad

    200 jaar Maatschappij van Weldadigheid
    Angelie Sens, Jan Mensink, Wil Schackmann
     34,50

    Droom en Weldaad

    In 1818 zitten veel mensen zonder werk en zinken weg in ellende. Hét moment voor generaal Johannes van den Bosch om een ambitieus plan te presenteren: laat de armen de barre heide in Drenthe ontginnen. Mest zal de woeste grond vruchtbaar maken, discipline en onderwijs zullen de nutteloze armen beschaven tot werklustige mensen. Zijn idee wordt enthousiast ontvangen en hij richt de ‘Maatschappij van Weldadigheid’ op. Een half jaar later arriveren de eerste kolonisten op de plek die wij kennen als Frederiksoord.

    Hoe gaat het verder met de koloniën? Zowel de natuur als de mens blijken in niet zo ‘maakbaar’ als in het plan van de generaal. De onvrije koloniën Ommerschans en Veenhuizen kosten meer dan ze opbrengen en in 1859 dreigt een faillissement. De overheid grijpt in en neemt de onvrije koloniën over, de Maatschappij slaat gedwongen een nieuwe koers in. Ook in de twintigste en eenentwintigste eeuw past de Maatschappij zich aan. Wat blijft, is het bieden van ontwikkelingskansen aan mensen in een achterstandspositie.

    Ter gelegenheid van het 200-jarig jubileum vertelt oud-directeur Jan Mensink de bijzonder historie van de Maatschappij van Weldadigheid in dit rijk geïllustreerde boek, waaraan Wil Schackmann en Angelie Sens hebben bijgedragen. Interviews met bekende mensen uit het gebied en prachtige (lucht)foto’s van Albert Brunsting worden afgewisseld met gedetailleerde kaarten, oude reisverslagen en afbeeldingen die het verhaal compleet maken.

     34,50
  • Pake en zijn vee

    Pake en zijn vee

    Een reis naar Zuid-Afrika in 1911
    Froukje Santing
     24,90
  • Andries Sternheim (1890-1944)

    Andries Sternheim (1890-1944)

    Vergeten binnen de Frankfurter Schule
    Bertus Mulder
     29,90
  • Wat is recht?

    Wat is recht?

    De receptie van Oudfries recht in de Groninger Ommelanden in de 15e en 16e eeuw
    Han Nijdam, Henk D. Meijering
     39,90

    Wat is recht?

    In de middeleeuwen maakten ook de Groninger Ommelanden deel uit van het Friese rechtsgebied, dat zich uitstrekte van het Vlie (nu het IJsselmeer) tot aan de Wezer in Duitsland. Vanaf de 12e eeuw is het recht daarvan op schrift gesteld, oorspronkelijk in het Oudfries. Vanaf het begin van de 15e eeuw was de schrijftaal in de Ommelanden het Nederduits (Nedersaksisch), met als gevolg dat de rechtsbronnen vertaald moesten worden. Deze vertalingen zijn in talrijke handschriften uit de late middeleeuwen en de vroegmoderne tijd overgeleverd. Zij zijn goed ingepast in het Groninger recht, en geven tevens een beeld van hun Oudfriese bronnen. In deze studie wordt een belangrijk tekstcorpus daaruit ontsloten.

    Henk Meijering is emeritus hoogleraar Fries en Duits aan de Vrije Universiteit en verbonden als gastonderzoeker aan de Fryske Akademy in Leeuwarden.

    Han Nijdam is onderzoeker op het terrein van het Oudfries en het Oudfriese recht aan de Fryske Akademy in Leeuwarden.

     39,90