Karel de Grote
€ 24,99
Een historische figuur die tot op vandaag tot de verbeelding spreekt.
Karel de Grote leefde zo’n 12 eeuwen geleden, en toch is hij nog steeds prominent aanwezig in het collectief geheugen: als koning der Franken, als Frankisch keizer van de christelijke wereld, als vader van Europa. Een brugfiguur in een tijd waarin een oude wereld aftakelde en een nieuwe beschaving aarzelend haar eerste passen zette.
Ook in zijn eigen tijd sprak Karel de Grote tot de verbeelding. Zijn lange gestalte – hij was uitzonderlijk groot voor die tijd – en zijn hoge leeftijd, gaven voeding aan talloze verhalen. Het mythische beeld van de dappere, grootse vorst dreigt daarom de historische werkelijkheid te overschaduwen.
Raoul Bauer gaat als een volleerde onderzoeker te werk: de recentste historische inzichten houdt hij tegen het licht, hij nuanceert en verwijst fabels of onbetrouwbare bronnen naar de prullenbak. Bauer volgt Karel de Grote tijdens zijn veldtochten, als bestuurder van een immens rijk, is aanwezig bij zijn keizerskroning op die memorabele 25ste december van het jaar 800, gaat met hem mee in zijn zoektocht naar kennis en ontmoet hem ten slotte als een bezorgde familievader die geen afstand kan doen van zijn dochters en weent om zijn gestorven zonen. We krijgen in dit boek ‘de ware’ Karel de Grote te zien.
Raoul Bauer, historicus en doctor in de letteren, is emeritus hoogleraar cultuurgeschiedenis in de Associatie van de K.U.Leuven. Hij publiceerde verschillende boeken over de vroege middeleeuwen.
Voor iedereen die meer te weten wil komen over Karel de Grote en zijn tijd is dit boek dan ook zeker aan te raden. — Acta Historica
Gerelateerde boeken
-
God, de staat en andere vormen van dictatuur
Schud jezelf wakker uit je religieuze en kapitalistische sluimer!
« Als God bestond, zou men hem moeten afschaffen,» schrijft de Russische filosoof Michail Bakoenin in zijn essay ‘God en de Staat’. Bakoenin pleit voor een samenleving zonder God, zonder meester, zonder dictator, zonder wetenschappelijke genootschappen die ons van alles voorschrijven, zelfs zonder staat. Zijn belangrijkste teksten over vrijheid en dictatuur zijn hier opgenomen met een inleiding door Paul van Dijk.
Michail Bakoenin (1814–1876) was een Russische anarchistische filosoof. Tegenover het communistische ideaal van een sterke staat plaatste hij het idee van federale gemeenschappen met zelfbestuur. In 1848 was hij betrokken bij de opstanden in Parijs en Praag.
-
Spitten voor de vijand
Meer dan honderdduizend mannen werden vanaf september 1944 opgeroepen om te werken aan Duitse verdedigingswerken in Nederland. In de nog bezette provincies werden de arbeiders gedwongen tewerkgesteld aan de bouw van tankgrachten, loopgraven en schuttersputjes, vaak onder slechte omstandigheden. Voor de Duitsers was het belang groot om de geallieerden zo lang mogelijk tegen te houden. Er werd dan ook hard opgetreden tegen weigeraars.
Voor velen waren de principiële bezwaren te groot, zij besloten onder te duiken. Anderen hadden die mogelijkheid niet. Zij probeerden zich aan te passen aan de omstandigheden en saboteerden waar ze maar konden. Een groot deel van deze zogenoemde spitters zag kans om te vluchten of keerde niet terug van verlof. Zij waren daarna veroordeeld tot een leven als onderduiker. Zij die als onderduikers tijdens de vele razzia’s, of door verraad, werden gepakt, kwamen na een verblijf in een gevangenis in een strafkamp in Duitsland of Drenthe terecht.
Eén van die mannen was Eelke Dijkstra. Samen met dertig anderen werd hij in november 1944 vanuit het Huis van Bewaring in Leeuwarden overgebracht naar Yde, een klein Drents dorpje onder de rook van Groningen. Zijn oorlogsdagboek was voor zijn kleinzoon en auteur Erik Dijkstra aanleiding om onderzoek te doen naar het vergeten strafkamp in Yde. Wat volgde was een reis door de geschiedenis waarin bijzondere ontdekkingen werden gedaan en veel betrokkenen voor het eerst hun verhaal vertelden. Door intensief archiefonderzoek kwamen schokkende feiten boven water over vier gefusilleerde dwangarbeiders in november 1944. De vele brieven, dagboeken en getuigenissen vertellen samen het verhaal van strafkamp Yde en de tewerkstelling in Drenthe.
Erik Dijkstra is schrijver/journalist en doet al jaren onderzoek naar de tewerkstelling in Drenthe.
-
Eene quaestie van vraag en aanbod
Het is eene quaestie van vraag en aanbod, antwoordde veenbaas Van der Sluis tegenover een parlementaire commissie op de vraag hoe in zijn Appelschaster veenderij de hoogte van de arbeiderslonen werd bepaald. Dat de machtspositie van de veenbaas bij dit overleg veel sterker was dan die van de arbeider liet hij wijselijk in het midden. Maar hoe verhield de winst van de baas zich eigenlijk tot het loon van de arbeider? Dat wordt duidelijk door de boekhouding over de jaren 1866-1897 van Alle Wytzes van der Sluis, die met zijn neven en zonen de belangrijkste verveendersfamilie in Zuidoost Friesland vormde, onder de loep te nemen. Zijn uitgaafboeken van de veenderijen in Appelscha en onder Haulerwijk geven inzicht in de uitgaven aan kapitaal en arbeid. Erfenissen en boedelbeschrijvingen tonen de omvang van de vergaarde rijkdom en dagboeken brengen de uitgekiende werkwijze van de familie aan het licht. Ook de andere kant van de medaille komt in beeld: de verdiensten van de gravers en kruiers en hun vrouwen en kinderen. Zij treden in dit boek uit de anonimiteit. Aan de hand van het cijfermateriaal kan zelfs een ‘Quote 30’ van Appelschaster veengravers worden opgesteld. Waren de veelbesproken slechte levensomstandigheden van de veenwerkers nu Mythe of Werkelijkheid? Waren de veenbazen Weldoeners of Uitbuiters? Met een aanbod van nieuw cijfermateriaal en persoonlijke verhalen van betrokkenen kan dit boek licht werpen op de discussies in onze tijd over de sociale omstandigheden van die tijd.
Reitze Jonkman ( Wijnjeterp 1950) was werkzaam als docent wiskunde en conrector aan het Drachtster Lyceum. De combinatie van interesse in familiegeschiedenis, regionale historie en een cijfermatige aanpak daarvan leidde tot deze publicatie.
-
Jongen van Kotte
‘Jongen van Kotte’ is een spraakmakende uitgave die het verhaal vertelt van de op- en neergang van de katholieke Twentsche Courant en de opkomst van de regionale omroep voor Overijssel. Onderdelen van het bijzondere levensverhaal van Tukker Henny Everts, de ‘Jongen van Kotte’, die nabij de machinefabriek Stork sportief opgroeit in Tuindorp ’t Lansink en ’t Kotte in metaalstad Hengelo. Het boek is naast een verslag van bewogen jonge jaren een weergave van sociaaleconomische omwentelingen in Twente en turbulente regionale en landelijke ontwikkelingen bij de radio- en televisieomroepen. Het is een verrassende route van Twente en Nederland naar een digitale samenleving. Gezien door de jonge en volwassen ogen van de Jongen van Kotte, die het tot zijn eigen verbazing schopt van voetballer tot journalist bij de Twentsche Courant en directeur-hoofdredacteur van RTV Oost.
Herman Finkers: ‘Geen Beentjes van Sint-Hildegard zonder Van Jonge Leu en Oale Groond’
Voormalig Commissaris van de Koningin Jan Hendrikx: ‘Het regionale tv-plan van Henny Everts was pionierswerk’
Carrie ten Napel: ‘Ik verliet het warme nest RTV Oost en ging uit huis’
Marga Bult: ‘Ik ben emotioneel verbonden met RTV Oost’
Laus Steenbeeke: ‘Twents is mijn moerstaal en raakt je vroegste emoties’Henny Everts (Hengelo, 1947) was journalist bij De Twentsche Courant en directeur-hoofdredacteur van RTV Oost.
Peter Schavemaker (Nijverdal, 1967) is mediajournalist, radiopresentator en podcastmaker. In 2018 verscheen zijn boek ‘100 jaar Hilversum Mediastad’.