Landschap (be)leven
€ 27,90
In de westerse wereld wordt een landschap voorgesteld als een schouwspel. Het doet zich aan ons voor. Wij, redelijke wezens, kijken er van een afstand naar. Die rationele blik heeft beperkingen. Want kunnen we daarmee het landschap ook beleven, kunnen we erin opgaan, er onderdeel van zijn, kunnen we het landschap ‘leven’?
Deze vragen staan centraal in dit veel geroemde werk van de bekende Franse filosoof François Jullien. Hij vindt de sleutel tot een nieuw ‘landschapsdenken’ in de Chinese filosofie en nodigt ons uit tot een nieuw engagement met de natuur.
François Jullien (1951) is filosoof, hellenist en sinoloog. Hij is hoogleraar filosofie aan de universiteit Paris-Diderot. Zijn werk verschijnt in ruim vijfentwintig talen.
Vertaling: Anneke van der Meer-van Berne & Anne-Lise Ruijs
Gerelateerde boeken
-
De open samenleving en haar dieren
De wetenschap is helder: dieren hebben gevoel en bewustzijn. Ze hebben, net als menselijke dieren, bepaalde elementaire belangen. Om deze belangen mee te wegen, klinkt de roep om dieren tot rechtssubject te maken en hun een stem te geven in het recht en in de politiek.
Janneke Vink laat zien hoe verschillende landen omgaan met de veranderende status van het dier. Sommige landen, zoals Nederland, bungelen achteraan in de ontwikkeling, terwijl Zwitserland zo voorop wil lopen dat het over zijn eigen idealen struikelt. Verwijzend naar Karl Poppers ideaal van een staat waarin iedereen wordt gehoord, roept Vink op om dierenrechten stap voor stap in te voeren.
‘Een heldere en inzichtrijke verkenning van de diepgravende politieke en juridische onderwerpen die door de dierenbeweging op de kaart zijn gezet.’ – Peter Singer – Auteur van Animal Liberation en hoogleraar filosofie in Princeton
‘In dit innovatieve moreel-politieke en rechtsfilosofische boek toont Vink overtuigend aan dat niet-menselijke dieren een plek verdienen in ons rechtssysteem en dat hun belangen serieus horen mee te wegen. De liberaal-democratische beginselen vereisen het!’ – Robert Garner – hoogleraar politieke filosofie in Leicester
-
-
Niet meer blaffen naar de maan
Zijn er tussen wetenschap, geloof en magie waterdichte schotten te plaatsen? Is er een verschil tussen een wonderbaarlijk mirakel en een te mijden toverkunstje? Is de rede enkel te vinden in de wetenschap of speelt die ook een rol in religie en magie? Hoe stond de kerk tegenover wetenschappelijke bevindingen?
Raoul Bauer gaat op zoek naar antwoorden op deze vragen en vindt ze onder meer in de geschriften van de grote wetenschappers uit de Middeleeuwen. We leren Isidorus van Sevilla kennen die een encyclopedie schreef die eeuwenlang gebruikt werd. Beda Venerabilis, dé wetenschapper bij uitstek van de achtste eeuw, onderzoekt mirakels, berekent de paasdatum en denkt na over het fenomeen van de getijden. Via de Karolingische renaissance komt Gerbert van Aurillac aan het woord, de paus-wiskundige van het ‘merkwaardige’ jaar 1000.
Raoul Bauer, historicus en doctor in de letteren, is emeritus hoogleraar cultuurgeschiedenis in de Associatie van de K.U.Leuven. Hij publiceerde eerder bij uitgeverij Sterck & De Vreese het boek Karel de Grote.
‘We raken nooit dichter bij het begin van alles. In die zin is in de moderne natuurkunde niet anders dan de theologie van de middeleeuwen, toen er ook heel diepzinnige vragen werden gesteld, zonder dat er antwoorden kwamen.’ – Heino Falcke, hoogleraar radioastronomie en astrodeeltjesfysica, Radboud Universiteit Nijmegen