Leeuwarden
€ 24,90
Het vertrek van Geart de Vries als directeur van het Historisch Centrum Leeuwarden is een passend moment hem een erebundel aan te bieden. Ruim twintig auteurs die met hem te maken hadden in functies die hij vervulde, leverden daarvoor een bijdrage. Ieder essay heeft betrekking op aspecten van de Leeuwarder cultuur en geschiedenis of daarmee verbonden personen. In deze eeuw beleefde de stad een opmerkelijke culturele revival, bekroond in 2018 met de aanwijzing tot culturele hoofdstad van Europa. In hoeverre kunnen lijnen naar een verder verleden worden getrokken?
Alexander Tuinhout, Annelies van der Goot, Bert Looper, Dirk van Ginkel, Gert Elzinga, Goff e Jensma, Hans Mol, Henk Oly, Hotso Spanninga, Jacques Kuiper, Jan Faber, Kees ’t Hart, Klaas Zandberg, Leo van der Laan, Meindert Schroor, Meindert Se nga, Mineke Bosch, Peter de Haan, Philippus Breuker, Pieter de Groot, René Kunst, Steven Sterk, Willem Otterspeer, Yme Kuiper.
Gerelateerde boeken
-
As ik de toer mar sjoch …
75 ferhalen fan Boarnsters oer de leafde en har djipste fertriet, oer hoe it wie, op skoalle, hokker fiten se úthellen en hoe’t se karriêre makken. Mar ek wêr’t se sa’n spyt fan hiene. Oer it belib¬jen fan nei tsjerke gean en oer de wille fan it gondelbouwen. It entûsjasme foar de sport en de ynset om Aldeboarn op ’e kaart te hâlden. Oer de jierren dat der ja en amen sein wurde moast tsjin klanten om winkeltsjes oerein te hâlden. Oer de opgeande tiid fan de boeren, mar ek oer it famke dat yn ’e jarrekolk bedarre.
Dit boek lit langstme fiele nei it doarp. As je ien kear yn in lyts doarp wenje en of wenne ha, dan bliuwe jo ferbûn en dat giet nea wer oer! In boek, net allinne foar Boarnsters!
-
Friese Dijken
Het omvangrijke Friese dijksysteem, van zeedijk tot polderdijk, van zomer- en winterdijk, van dromer, waker tot slaper, is uniek in Nederland en vormt de ruggengraat van het Friese cultuurlandschap. De dijken hebben een belangrijke functie bij de bescherming tegen het water, zijn belangrijke lintvormige elementen in het landschap en vormen een samenhangende erfgoedstructuur met de terpen en middeleeuwse kerken en het watererfgoed van gemalen, molens en sluizen.
Op heldere wijze wordt de dijkenbouw en de complexe gelaagdheid van de vele honderden verschillende Friese dijken uiteengezet. In deze beschrijving wordt het accent gelegd tussen bredere geografische patronen en processen én het verbeeldende detail van de plek. Vernieuwend is de bewerking van het verhaal van de dijksystemen, zoals deze destijds door Rienks en Walther in kaart zijn gebracht. Hierin is op een fraaie wijze het Actueel Hoogtebestand Nederland als derde dimensie aan de handschetsen van Rienks en Walter toegevoegd. Tevens wordt een compleet overzicht gegeven van de verschillende Friese landschappen met de karakteristieke dijken, dijktypen en het watererfgoed en laten overtuigend zien dat de Friese dijken een archeologische archief van onschatbare internationale waarde zijn. Deze beschrijvingen zijn de basis voor het denken over de rol van de dijken in de toekomst. De betekenis van de dijken in het verleden, heden en de toekomst als gevolg van ingrijpende effecten van bijvoorbeeld verzilting en verzoeting, klimaatveranderingen en de zeespiegelrijzing is nu actueel.
-
Fryslân yn de Gouden Iuw
Hoe seach Fryslân der yn de Gouden Iuw út? Wat hat tusken 1585 en 1685 it ûnderskiedende west fan Fryslân binnen de Republyk? Fryslân ûnderskiede him fan de oare gewesten troch in eigen steedhâlder, in bloeiende akademy en troch in taal.
Lju út de boargerij koenen foar it earst in foarnaam plak fine yn de maatskippij en waarden sa diel fan de regintemacht. In nije, ûnôfhinklike steatsfoarm koe opboud wurde. Mar om 1620-1630 hinne waard yn reginterûnten eigenbelang boppe publyk belang steld en de ekonomyske efterútgong fan 1650 ôf makke dat doe in iuwen duorjende statyske stannemaatskippij ûntstie.
De Gouden Iuw wie foar Fryslân in bloeiperioade dy’t noait mear neifolging krige.Philippus Breuker (1939) hat meiwurker fan de Fryske Akademy west en heechlearaar oan de universiteiten fan Leiden en Amsterdam. Hy publisearret oer skiednis, letterkunde en lânskip fan Fryslân.
-
Eene quaestie van vraag en aanbod
Het is eene quaestie van vraag en aanbod, antwoordde veenbaas Van der Sluis tegenover een parlementaire commissie op de vraag hoe in zijn Appelschaster veenderij de hoogte van de arbeiderslonen werd bepaald. Dat de machtspositie van de veenbaas bij dit overleg veel sterker was dan die van de arbeider liet hij wijselijk in het midden. Maar hoe verhield de winst van de baas zich eigenlijk tot het loon van de arbeider? Dat wordt duidelijk door de boekhouding over de jaren 1866-1897 van Alle Wytzes van der Sluis, die met zijn neven en zonen de belangrijkste verveendersfamilie in Zuidoost Friesland vormde, onder de loep te nemen. Zijn uitgaafboeken van de veenderijen in Appelscha en onder Haulerwijk geven inzicht in de uitgaven aan kapitaal en arbeid. Erfenissen en boedelbeschrijvingen tonen de omvang van de vergaarde rijkdom en dagboeken brengen de uitgekiende werkwijze van de familie aan het licht. Ook de andere kant van de medaille komt in beeld: de verdiensten van de gravers en kruiers en hun vrouwen en kinderen. Zij treden in dit boek uit de anonimiteit. Aan de hand van het cijfermateriaal kan zelfs een ‘Quote 30’ van Appelschaster veengravers worden opgesteld. Waren de veelbesproken slechte levensomstandigheden van de veenwerkers nu Mythe of Werkelijkheid? Waren de veenbazen Weldoeners of Uitbuiters? Met een aanbod van nieuw cijfermateriaal en persoonlijke verhalen van betrokkenen kan dit boek licht werpen op de discussies in onze tijd over de sociale omstandigheden van die tijd.
Reitze Jonkman ( Wijnjeterp 1950) was werkzaam als docent wiskunde en conrector aan het Drachtster Lyceum. De combinatie van interesse in familiegeschiedenis, regionale historie en een cijfermatige aanpak daarvan leidde tot deze publicatie.