Meesters van de magie

Een geschiedenis van het westerse occultisme
Ruud Vermeer

 34,90

Meesters van de magie biedt een boeiend en goed leesbaar overzicht van de geschiedenis van de magie. De auteur schrijft met veel kennis van zaken over alle aspecten van hoe magie door de eeuwen heen de mensen heeft geboeid en beïnvloed. Aan bod komen onder meer de schrijvers uit de Oudheid die in hun proza en toneel magiërs ten tonele voerden en de verandering van houding ten aanzien van goed en kwaad, onder invloed van het christendom.

Ook de diverse grimoires of toverboeken komen ruim aan bod. Bijzonder ook is het verhaal over de Renaissancemagiërs die zich bezighielden met ‘Engelenmagie’. Na hoofdstukken over charlatans,zoals Cagliostro en de graaf van Saint-Germain belanden we in de negentiende eeuw met de opleving van de interesse in praktische magie. Vermeer neemt ons vervolgens mee de twintigsteen 21ste eeuw in met diverse verhalen over onder
andere Aleister Crowley.

Ruud Vermeer (1953) is schrijver, dichter, historicus en neerlandicus. Van zijn hand verschenen de afgelopen jaren verschillende dichtbundels en vertalingen. Over magie publiceerde hij eerder het boek Aleister Crowley, De levensloop van een der grootste magiërs die ooit leefde. Van 2011 tot 2020 was hij hoofdredacteur van Pandora, tijdschrift voor kunst & literatuur

Verschijningsvorm:
Hardcover
Taal:
Nederlands
Uitgeverij:
Uitgeverij Noordboek
Aantal pagina's:
416
Druk:
1
ISBN:
9789464712797
Uitgiftedatum:
18-02-2025
Gewicht:
722 gram
Afmeting:
238x161x39 mm

Gerelateerde boeken

  • De regel

    De regel

    Aurelius Augustinus
     19,90
  • Filosoferen in de TBS

    Filosoferen in de TBS

    Het gesprek tussen een geestelijk verzorger en een TBS’er
    Okke Wisse
     17,90
  • Niet meer blaffen naar de maan

    Niet meer blaffen naar de maan

    Religie, wetenschap en magie in de vroege middeleeuwen
    Raoul Bauer
     25,00

    Niet meer blaffen naar de maan

    Zijn er tussen wetenschap, geloof en magie waterdichte schotten te plaatsen? Is er een verschil tussen een wonderbaarlijk mirakel en een te mijden toverkunstje? Is de rede enkel te vinden in de wetenschap of speelt die ook een rol in religie en magie? Hoe stond de kerk tegenover wetenschappelijke bevindingen?

    Raoul Bauer gaat op zoek naar antwoorden op deze vragen en vindt ze onder meer in de geschriften van de grote wetenschappers uit de Middeleeuwen. We leren Isidorus van Sevilla kennen die een encyclopedie schreef die eeuwenlang gebruikt werd. Beda Venerabilis, dé wetenschapper bij uitstek van de achtste eeuw, onderzoekt mirakels, berekent de paasdatum en denkt na over het fenomeen van de getijden. Via de Karolingische renaissance komt Gerbert van Aurillac aan het woord, de paus-wiskundige van het ‘merkwaardige’ jaar 1000.

    Raoul Bauer, historicus en doctor in de letteren, is emeritus hoogleraar cultuurgeschiedenis in de Associatie van de K.U.Leuven. Hij publiceerde eerder bij uitgeverij Sterck & De Vreese het boek Karel de Grote.

    ‘We raken nooit dichter bij het begin van alles. In die zin is in de moderne natuurkunde niet anders dan de theologie van de middeleeuwen, toen er ook heel diepzinnige vragen werden gesteld, zonder dat er antwoorden kwamen.’ – Heino Falcke, hoogleraar radioastronomie en astrodeeltjesfysica, Radboud Universiteit Nijmegen

     25,00
  • Bekentenissen en banvloeken 

    ‘Cioran is zwart en cynisch, maar nooit grauw. Zijn stijl is lucide, geestig, scherpzinnig. In zijn werk komt geen saaie zin voor.’ — Jan Siebelink

    Na het schrijven van dit even navrante als geestige slotstuk besloot de Roemeense denker Emil Cioran (1911-1995) dat hij ‘het heelal genoeg belasterd had’. Hij schreef niet verder. Bekentenissen en banvloeken is een boek met bijtende aforismen over verveling, erfzonde, orgasme, Stalin, Keats, Heidegger, Bach, de kerkvaders, islamitische mystici, begraafplaatsen en veel meer.
    De alomtegenwoordigheid van het lijden, de irrealiteit van het bestaan, de futiliteit van elk handelen en terugkerende slapeloosheid vormen de basso continuo van dit meesterwerk, want: ‘Het is terecht dat men in elk tijdperk gelooft dat men het verdwijnen van de laatste sporen van het aardse Paradijs bijwoont.’

    Emil Cioran was van Roemeense komaf, studeerde filosofie en schreef vanaf 1949 uitsluitend nog in het Frans. Dagenlang at hij soms niets dan aardappelen; alle arbeid noemde hij ‘hoererij’, al erkende hij ‘graden van prostitutie’. Hij las en schreef, geplaagd door slapeloosheid en depressies. Elk nieuw boek was ‘een uitgestelde zelfmoord’. De slotzin van dit boek typeert Cioran. ‘Ook ik heb mij, net als iedereen, onledig gehouden in dit abnormale universum.’

     19,90