Middelnederlandse oorkonden uit Friesland (tot 1501)
€ 29,90
Middeleeuwse oorkonden gelden als een belangrijke bron voor historisch en taalkundig onderzoek. Met betrekking tot Friesland is de aandacht tot dusver vooral uitgegaan naar de Friestalige oorkonden. De teksten hiervan zijn al eerder, onder de titel Oudfries(ch)e Oorkonden, uitgegeven in vier kloeke delen en een wat bescheidener supplementdeel. De Nederlandstalige oorkonden uit Friesland zijn veel minder talrijk, tenminste tot het begin van de zestiende eeuw. In deze uitgave zijn de teksten van deze Middelnederlandse oorkonden uit de huidige provincie Fryslân – met inbegrip van Stellingwerf – tot en met het jaar 1500 te vinden. De meeste zijn afkomstig uit de archieven van de talrijke kloosters die het laatmiddeleeuwse Friesland telde.
Deze uitgave is bewerkt door Oebele Vries. Van zijn hand verschenen verder onder meer Ferdban. Oudfriese oorkonden en hun verhaal en Asega, is het dingtijd? De hoogtepunten van de Oudfriese tekstoverlevering.
Gerelateerde boeken
- 
	En toch zal ik€ 14,90Marten Douwes Teenstra maakte in zijn tijd naam in de koloniën en als schrijver. Door zijn reizen, eerst in ‘de Oost’, later in ‘de West’ werd hij één van de eerste voorstanders van afschaffing slavernij (abolitionist). Nog vóór Max Havelaar (1860) en De hut van oom Tom (1852) verschenen, veroordeelde Marten al de barbaarse behandeling van de slaafgemaakten in Zuid Afrika, Java en Suriname. Het werd hem niet in dank afgenomen en leverde hem een ‘functie elders’ op. Met zijn felle woordkeuze maakte Marten zich bij veel mensen niet geliefd. Naast zijn voortdurende strijd tegen de slavernij bleef hij tot zijn dood aantrappen tegen schijnheiligheid en hypocrisie, tegen ‘Cocksianen’, ambtenaren en bijgelovigheid. Marten was lid van de Nederlandsche Maatschappij ter Bevordering van de Afschaffing der Slavernij, 
 en na zijn terugkeer in Groningen bestookte hij de regering in Den Haag onvermoeibaar met verzoekschriften om een einde te maken aan de slavernij in de Nederlandse koloniën. Mede door zijn inbreng kwam na 1854 de discussie over de slavernij op gang, waarna vlak voor zijn dood op 1 juli 1863 de slavernij werd afgeschaft.Toch is zijn naam voor veel mensen nu onbekend. Door dit boek krijgt de naam Teenstra weer de bekendheid die het verdient. 
- 
	
- 
	
- 
	






