Natuur en economie in Nederland
€ 24,90
Natuurbescherming door de overheid wordt vooral gedreven vanuit het motief van de schoonheid. Natuur is mooi en waardevol. Maar de laatste decennia is er iets veranderd: de natuur wordt steeds vaker bekeken door een economische bril, de economisering van de natuur. Jan Veenstra onderzoekt in Natuur en economie in Nederland wat dat inhoudt en wat er gebeurt met de natuur als economische belangen steeds belangrijker worden.
In zijn analyse onderscheidt hij twee belangrijke vormen van economisering, geeft hij een historisch overzicht van de betrokkenheid van de overheid bij natuurbescherming en de dilemma’s waarmee natuurorganisaties als Staatsbosbeheer en Natuurmonumenten mee worstelen. Het pleidooi van Veenstra? Natuurbehoud op lange termijn kan niet zonder economisch draagvlak. Daarom is het belangrijk de economische waarde van de natuur beter te kennen, moet de overheid blijvend investeren in natuur, en zal de economie zo ingericht moeten worden dat deze met de natuur meewerkt, niet ertegen.
Jan Veenstra is econoom en heeft 28 jaar bij Staatsbosbeheer gewerkt waarvan de laatste jaren als senior beleidsmedewerker Ecosysteemdiensten. Na zijn pensioen was hij voorzitter van de Eurosite groep ‘on Economics and Ecosystem Services’.
Gerelateerde boeken
-
Knooppunt Waddenzee
Miljoenen wad- en watervogels trekken ieder jaar heen en weer tussen hun broedgebieden in Groenland, Scandinavië, West-Europa of Siberië, en hun wintergronden in Europa en Afrika. Als je alle routes van die trekvogels op de wereldbol tekent, zie je halverwege die kaart een druk knooppunt: de Waddenzee!
In het project Metawad hebben onderzoekers van het Koninklijk Nederlands Instituut voor Onderzoek der Zee en de Rijksuniversiteit Groningen vijf compleet verschillende trekvogels van de Waddenzee onderzocht: de kanoet, de drieteenstrandloper, de rosse grutto, de rotgans en de lepelaar. Ze bekeken de vogels niet als ‘bewoners’ van die Waddenzee, maar als gebruikers van een veel groter systeem waar het wad een belangrijk onderdeel van is: het ‘metawad’.
Knooppunt Waddenzee biedt een kleurrijk pallet van portretten van de wetenschappers, die ploeterend met palen en hekwerk achterop hun ets over de kwelder trekken, of uren achtereen in weer en wind – of juist bakkend onder de Afrikaanse zon – naar vogels met kleurringen aan hun pootjes staan te zoeken. Het biedt ook portretten van de vijf onderzochte vogelsoorten. Wat weten we van deze dieren? En vooral: hoe kunnen overheden of natuurbeheerders hun voordeel doen met deze wetenschap?
-
-
-
Fauna en Flora van het Zoniënwoud
Het zoniënwoud is erkend als Unesco Werelderfgoed ‘Oude en ongerepte beukenbossen’. Een mooie titel voor een bos dat al in Latijnse oorkonden uit de 12de eeuw vermeld wordt. Het uitgestrekte bos was door de eeuwen heen het favoriete jachtterrein van hertogen en vorsten. Ondanks een grondverkoop gevolgd door een grootschalige ontbossing in de jaren na 1830 is het bosgebied in de Brusselse rand nog steeds meer dan 5.000 ha groot.
De natuurgids Fauna en Flora van het Zoniënwoud nodigt uit tot ontdekking in het mooiste stadsbos van Europa. Voor beginners de ideale start om planten en dieren uit hun omgeving te leren kennen, voor natuurkenners de sleutel tot het ontdekken van nieuwe plant- en diergroepen. De gidsen zijn geïllustreerd met prachtige diarama’s van de leefgebieden en honderden levensechte illustraties van de soorten door de bekende Catalaanse natuurillustrator Toni Llobet, aangevuld met deskundige tekst door veldecoloog Hans Baeté onder de wetenschappelijke leiding van Prof. Bart Muys van de KU Leuven.
De natuurgids Fauna en flora van het Zoniënwoud is de eerste uitgave in een nieuwe reeks schitterende veldgidsen voor belangrijke natuurgebieden in de Benelux. Uniek voor deze veldgidsen is dat ze een natuurgebied exhaustief belichten: zowel planten, zwammen, vogels, insecten, zoogdieren enz. komen aan bod. Zo kan de wandelaar met één gids in de hand zijn ontdekkingstocht door het gebied starten.