Snoeien
€ 22,50
Goed snoeien vergt ervaring, maar ook een portie durf en kennis om de snoeischaar of -tang stevig en op de juiste wijze in je takken te zetten. Elke knip- of scheerbeurt lokt een reactie uit. Planten zijn immers levende organismen met een eigen, unieke identiteit. In dit boek neemt Stefaan Bingé stap voor stap je twijfels weg. Zorg eerst voor scherp en ontsmet gereedschap waardoor de wonden die je aanbrengt gaaf zijn, sneller wondweefsel aanmaken en er minder infecties of ziekten binnensluipen. Verdiep je daarna in de snoeikalender: wanneer je wat snoeit is van het grootste belang. En dan kun je aan de slag: leer het verschil tussen een bloem- en een bladknop, en tussen jonge scheuten, gronduitlopers, kortloten, gesteltakken of sporendragers; beslis welke snoeivorm je wilt realiseren en hoe je zelf planten kunt verjongen door te stekken, af te leggen of te enten. Aan de hand van duidelijke illustraties en prachtige foto’s van Koen Deprez krijg je de juiste technieken om verschillende soorten planten en bomen te snoeien onder de knie.
Stefaan Bingé aka De Tuindokter® heeft jarenlange ervaring op het gebied van snoeien. Als geen ander weet hij zijn praktische tips en kennis duidelijk over te dragen.
Gerelateerde boeken
-
De redding van het laatste grote natte heideveld van Nederland
Nederland heeft nog maar weinig natuur. Tenminste, volgens Europese begrippen. En toch – ons land had nog veel natuurarmer kunnen zijn. Rond 1900 maakte een groep landgenoten zich druk om de vele duizenden hectaren natuur, die jaarlijks werden ontgonnen en gecultiveerd voor economische activiteiten. Karakteristieke en cultuurhistorisch belangrijke landschappen gingen verloren, en de toen nog rijke flora en fauna kreeg klap na klap. Onder invloed van de honger naar grond voor onder meer landbouw en stadsuitbreiding ging Nederland op de schop, en veranderde onherkenbaar.
Dit boek beschrijft hoe de kaalslag van natuur, landschap en erfgoed voor een deel is voorkomen. Het is een eerbetoon aan de enorme inzet van natuurbeschermers zoals de in Nederland beroemde onderwijzer, schrijver en natuurbeschermer Jac. P. Thijsse en vele gelijkgestemden. Dankzij hen telt Nederland nog enkele honderdduizenden hectaren natuur, karakteristiek landschap en erfgoed, voor altijd bewaakt en beheerd door diverse natuurbeschermingsorganisaties.
In dit boek wordt stilgestaan bij de moeite die het de natuurbeschermers kostte om te redden wat er te redden viel, in het hele land. Zo ook in Drenthe. Daar lukte het ruim 90 jaar geleden om – met grote moeite – heidegronden in het huidige Nationaal Park Dwingelderveld in Zuidwest-Drenthe te redden van ontginning. Zo werd het grootste aaneengesloten natte heideveld van Nederland gered, een karakteristiek landschap dat bijna verloren was gegaan
-
Landschapsbiografie van Westerwolde
Westerwolde kent een grote variatie aan bijzondere cultuurlandschappen: van het unieke kloosterlandschap van Ter Apel in het zuiden, het nog zeer goed bewaard gebleven esdorpenlandschap langs de Ruiten Aa met zijn oude nederzettingen, essen, heidevelden en beekdalen, de historische verdedigingslinie rond Bourtange en Oudeschans tot aan de weidse veenontginningslandschappen bij Vriescheloo en Bellingwolde. Weinig streken in Noord-Nederland hebben zoveel bijzondere cultuurhistorische relicten en een zo rijk gelaagde geschiedenis met tal van bijzondere historische verhalen.
Door de verschillende grondsoorten heeft Westerwolde een sterk gevarieerde agrarische geschiedenis die tot op heden bepalend is voor het landelijk gebied. Ook de waterstaatkundige geschiedenis van Westerwolde heeft een eigen gezicht. Daarnaast is de streek ook rijk aan allerlei soorten natuur: in de beekdalen van Runde, Ruiten Aa, Mussel Aa en Westerwoldse Aa, in de bossen en heidevelden, maar ook in het boerenlandschap met zijn talrijke houtwallen, singels, akkerflora en bosjes. Juist de in eeuwen gegroeide intensieve verbinding tussen natuur en cultuur maken dit gebied zo belangrijk en veelzijdig.De Landschapsbiografie van Westerwolde is tegelijkertijd ook een biografie van mensen. Tientallen generaties bewoners, maar ook voorbijgangers en buitenstaanders, hebben het landschap in de loop der eeuwen gemaakt tot dat wat het nu is, en doen dat ook nu en in de toekomst. Om die reden wordt in deze biografie ook veel aandacht besteed aan hun leven, hun drijfveren, hun activiteiten en hun zichtbare sporen in het huidige landschap.
De Landschapsbiografie van Westerwolde is een wetenschappelijk verantwoord, toegankelijk geschreven verhaal over de ontstaansgeschiedenis, kwaliteiten en toekomstmogelijkheden van het landschap in deze regio. De biografie is rijk geïllustreerd met landschapsfoto’s, kaarten en landschapsreconstructies die de verschillende levensfasen van Westerwolde weerspiegelen.
-
Hout dat spreekt
Iedereen weet wat hout is en wat je ermee kan doen. Maar is dat echt zo? Na het lezen van dit boek zal u moeten bekennen dat er veel meer over hout te vertellen valt dan u denkt.
De invloed van hout op ons en onze beschaving is immens groot. Zonder hout geen vuur, geen houtskool en dus ook geen ijzertijd, geen luxueuze, zwarte stoffen, geen inkten of plakkaatverf, geen whisky of wijn. In hout dat spreekt maken we kennis met dit geweldige materiaal dat natuur ons brengt.
Wim Tavernier, Viviane Leyman, Ilse Boeren, Maaike De Ridder en Kristof Haneca brengen in dit boek hun wijsheid samen en verassen ons met boeiende inzichten.
Deze uitgave is tot stand gekomen in samenwerking met Plantentuin Meise.
-
Knooppunt Waddenzee
Miljoenen wad- en watervogels trekken ieder jaar heen en weer tussen hun broedgebieden in Groenland, Scandinavië, West-Europa of Siberië, en hun wintergronden in Europa en Afrika. Als je alle routes van die trekvogels op de wereldbol tekent, zie je halverwege die kaart een druk knooppunt: de Waddenzee!
In het project Metawad hebben onderzoekers van het Koninklijk Nederlands Instituut voor Onderzoek der Zee en de Rijksuniversiteit Groningen vijf compleet verschillende trekvogels van de Waddenzee onderzocht: de kanoet, de drieteenstrandloper, de rosse grutto, de rotgans en de lepelaar. Ze bekeken de vogels niet als ‘bewoners’ van die Waddenzee, maar als gebruikers van een veel groter systeem waar het wad een belangrijk onderdeel van is: het ‘metawad’.
Knooppunt Waddenzee biedt een kleurrijk pallet van portretten van de wetenschappers, die ploeterend met palen en hekwerk achterop hun ets over de kwelder trekken, of uren achtereen in weer en wind – of juist bakkend onder de Afrikaanse zon – naar vogels met kleurringen aan hun pootjes staan te zoeken. Het biedt ook portretten van de vijf onderzochte vogelsoorten. Wat weten we van deze dieren? En vooral: hoe kunnen overheden of natuurbeheerders hun voordeel doen met deze wetenschap?