Soldaat van Napoleon (1806-1815)
€ 24,95
500.000 soldaten trekken in 1812 in het leger van Napoleon naar Rusland. Van hen zullen honderdduizenden nooit meer thuis komen. Joseph Abbeel overleeft de verschrikkingen van de veldtocht wel. Hij lijdt honger en dorst, plundert om aan eten te komen, ontsnapt ternauwernood aan kozakken, zit onder het ongedierte, raakt gewond in een veldslag, ziet Moskou branden – en dan moet de terugtocht nog beginnen! De dood is nooit ver weg – en soms verlangt Abbeel er zelfs naar! – maar op miraculeuze wijze ontglipt hij telkens dat lot. Wanneer hij op de terugweg Hamburg bereikt en denkt dat zijn ellende bijna voorbij is, wordt hij krijgsgevangen genomen. Dan begint een tocht naar de Wolga, nog achthonderd kilometer verder dan Moskou.
Na thuiskomst in Vlaanderen zet Abbeel zijn herinneringen op papier. Hij doet dat beeldend, met humor en oog voor detail, zodat de lezer zijn avonturen letterlijk meebeleeft. Geen andere soldaat van Napoleon schrijft zo’n belangwekkend ooggetuigenverslag van de Russische veldtocht.
Dr. Joost Welten is onderzoeker aan het instituut voor Geschiedenis van de Universiteit Leiden. Zijn dissertatie over de invoering van de dienstplicht onder Napoleon werd bekroond door de Koninklijke Nederlandse Akademie van Wetenschappen.
Gerelateerde boeken
-
-
Van Generatie op Generatie
De Joodse Gretha Zak (Margaretha) is nog maar net verlaten door haar echtgenoot Jozef de Hond als de
Duitsers in mei 1940 Nederland binnenvallen. De mogelijkheid om met haar oudste broer en dochter Liesje
naar Engeland te vluchten, lijkt een uitweg te bieden van het naderende onheil. De band met haar ouders
in Amsterdam trekt haar echter terug naar Amsterdam, waar ze als alleenstaande Joodse moeder haar
weg moet vinden te midden van anti-Joodse maatregelen die in rap tempo worden afgekondigd. Familie en
vrienden worden opgepakt en uiteindelijk worden ook Gretha en Liesje gearresteerd. Via de kampen Vught
en Westerbork wordt Gretha met het zogeheten Philips-transport gedeporteerd naar Auschwitz. Gretha
overleeft zelfs de beruchte dodenmarsen tegen het einde van de oorlog.In ‘Van Generatie op Generatie’ vertellen vier generaties over hun eigen ervaringen uit de Shoah, de
holocaust, of de impact ervan op hun leven. Het onthult niet alleen het aangrijpende verhaal van Gretha,
in 1991 verteld aan haar kleinzoon Marcel, maar ook het indrukwekkende relaas van haar dochter Liesje, de
moeder van Marcel, die wordt gered uit de Hollandsche Schouwburg en kon onderduiken bij een niet-Joodse
vriendin. Het volgt daarnaast de lotgevallen van Gretha oudste broer Meijer, een arts die zich aansloot bij de
Prinses Irene Brigade in Engeland en vocht tijdens D-Day. Tot slot lezen we over Deddie, het geliefde neefje,
dat in Sobibor werd vermoord. Diens naamplaatje, enkele jaren terug in het voormalige kamp opgegraven,
weigert Polen tot op heden aan de familie terug te geven.‘Van Generatie op Generatie’ is een boek over de impact van de Shoah op een Joodse familie, maar nog
meer over de opdracht om het verhaal door te vertellen aan hen die nu leven. De geschiedenis doorvertellen
ligt aan de basis van het Jodendom en is ook het motto van deze familie. Het boek kwam tot stand
nadat kleinzoon Marcel Koekoek samen met zijn moeder en zoon had meegewerkt aan de 4 mei (Covid)
herdenkings-podcast, en vervolgens contact zocht met journalist Rachel Levy. Het is een aangrijpend en
indrukwekkend eerbetoon aan de veerkracht van de menselijke geest te midden van een van de donkerste
perioden in de geschiedenis.Lees en vertel het door, L’dor Va-dor, van generatie op generatie, opdat dit nooit meer zal gebeuren.
-
-
Kloostermoppen
In de twaalfde en vooral de dertiende eeuw vestigden zich onder meer de kloosterorden van de cisterciënzers en de premonstratenzers in Noord-Nederland. Naar voorbeeld van de moederkloosters introduceerden de kloosterlingen grote bakstenen, kloostermoppen genoemd, waarmee ze vanaf het midden van de twaalfde eeuw tot in de zestiende eeuw kerken en kloosters bouwden. In dezelfde periode gebruikten ook vermogende particulieren de grote bakstenen voor de bouw van hun steenhuizen. Vanaf midden dertiende eeuw begonnen de steden zich te ontwikkelen, waarbij de bakstenen werden gebruikt voor stadsmuren en particuliere huizen. Baksteen bood de bouwheren goede mogelijkheden en was duurzamer dan de natuursteen die tot het einde van de twaalfde eeuw werd toegepast als bouwmateriaal. Klei was voor de productie en turf voor het bakken van stenen in ruime mate voorhanden in de provincie Groningen.
In Kloostermoppen, middeleeuws bouwmateriaal in stad en provincie Groningen beschrijven Edward Houting en Hans Vrijer circa 200 middeleeuwse kerken, kloosters, steenhuizen en stadsmuren. Hiermee wordt voor het eerst een uitgebreid overzicht in boekvorm gegeven van het ontstaan en de toepassing van kloostermoppen in Groningen. De uitgave is ruim geïllustreerd met foto’s, bouwtekeningen van middeleeuwse kerken en kerktorens, kaarten en oude prenten. Bovendien voert een wandeling in de binnenstad van Groningen langs zichtbare overblijfselen van middeleeuwse gebouwen.