Spitten voor de vijand

Het verhaal van strafkamp Yde en de tewerkstelling in Drenthe
Erik Dijkstra

 21,95

Meer dan honderdduizend mannen werden vanaf september 1944 opgeroepen om te werken aan Duitse verdedigingswerken in Nederland. In de nog bezette provincies werden de arbeiders gedwongen tewerkgesteld aan de bouw van tankgrachten, loopgraven en schuttersputjes, vaak onder slechte omstandigheden. Voor de Duitsers was het belang groot om de geallieerden zo lang mogelijk tegen te houden. Er werd dan ook hard opgetreden tegen weigeraars.

Voor velen waren de principiële bezwaren te groot, zij besloten onder te duiken. Anderen hadden die mogelijkheid niet. Zij probeerden zich aan te passen aan de omstandigheden en saboteerden waar ze maar konden. Een groot deel van deze zogenoemde spitters zag kans om te vluchten of keerde niet terug van verlof. Zij waren daarna veroordeeld tot een leven als onderduiker. Zij die als onderduikers tijdens de vele razzia’s, of door verraad, werden gepakt, kwamen na een verblijf in een gevangenis in een strafkamp in Duitsland of Drenthe terecht.

Eén van die mannen was Eelke Dijkstra. Samen met dertig anderen werd hij in november 1944 vanuit het Huis van Bewaring in Leeuwarden overgebracht naar Yde, een klein Drents dorpje onder de rook van Groningen. Zijn oorlogsdagboek was voor zijn kleinzoon en auteur Erik Dijkstra aanleiding om onderzoek te doen naar het vergeten strafkamp in Yde. Wat volgde was een reis door de geschiedenis waarin bijzondere ontdekkingen werden gedaan en veel betrokkenen voor het eerst hun verhaal vertelden. Door intensief archiefonderzoek kwamen schokkende feiten boven water over vier gefusilleerde dwangarbeiders in november 1944. De vele brieven, dagboeken en getuigenissen vertellen samen het verhaal van strafkamp Yde en de tewerkstelling in Drenthe.

Erik Dijkstra is schrijver/journalist en doet al jaren onderzoek naar de tewerkstelling in Drenthe.

Verschijningsvorm:
Paperback
Taal:
Nederlands
Uitgeverij:
Koninklijke Van Gorcum b.v.
Aantal pagina's:
212
Druk:
1
Uitgiftedatum:
07-06-2018
Gewicht:
539 gram
Afmeting:
240x168x18 mm
ISBN:
9789023255802

Gerelateerde boeken

  • Geschiedenis van Drenthe

    Geschiedenis van Drenthe

    Een archeologisch perspectief
    Wijnand van der Sanden
     39,50

    Geschiedenis van Drenthe

    Drenthe kent een lange bewoningsgeschiedenis. De oudste sporen van menselijke aanwezigheid gaan zeker 50.000 jaar terug, misschien wel meer dan 100.000 jaar. In die lange periode voltrekken zich grote veranderingen. Gedurende het grootste deel van die eindeloze tijd leven de bewoners als jager-verzamelaars. Vanaf 5000 v.C. nemen ze zeer geleidelijk agrarische praktijken uit zuidelijker streken over. De invloed op het landschap wordt steeds groter. Er worden akkers aangelegd en opvallende grafmonumenten opgericht: eerst hunebedden, later grafheuvels en uitgestrekte urnenvelden. Lange tijd kan de bevolking, die in kleine gehuchten woonde, haar zelfstandigheid behouden. Ze blijft buiten het Romeinse Rijk, maar rond 800 na C. volgt dan de hardhandige inlijving bij het Frankische Rijk van Karel de Grote.
    De veranderingen die dat met zich meebrengt, zijn diepgaand. De oude religie wordt langzaam verdrongen door het Christendom, er worden kerken gebouwd en de dorpen komen op hun huidige plaats terecht. Drenthe blijft ook in de eeuwen daarna een agrarische regio, met slechts enkele kleine stedelijke kernen. Adel speelt er nauwelijks een rol. De grootschalige veenafgravingen, die kort na 1600 beginnen, zullen het aanzien van het ooit door moerassen omgeven ‘oude landschap’ dramatisch veranderen.

    Geschiedenis van Drenthe – Een archeologisch perspectief geeft een overzicht van wat de archeologie heeft bijgedragen aan de kennis over Drenthe vanaf de vroegste tijden tot aan de Tweede Wereldoorlog. Vanaf de 9e eeuw zijn er weliswaar historische bronnen, maar die vertellen maar een deel van het verhaal. Archeologen kunnen met hun specifieke onderzoeksmethoden kennis over de Middeleeuwen en de Nieuw(st)e Tijd genereren die niet uit geschreven bronnen te halen is. We maken kennis met jachtkampementen, monumentale en bescheiden grafmonumenten, opgegraven gehuchten en sporen van rituelen in nederzettingen en daarbuiten. En natuurlijk ontmoeten we (anonieme) mensen, waaronder machtige hoofdmannen en een onfortuinlijk ‘lelijk eendje’.

    Dr. Wijnand van der Sanden (1953) studeerde West-Europese Prehistorie aan de Rijksuniversiteit Groningen en was 30 jaar provinciaal archeoloog van Drenthe, de eerste tien jaar in combinatie met het conservatorschap bij het Drents Museum. Sinds 2017 is hij conservator archeologie bij het Drents Museum. Hij schreef diverse boeken over veenlijken in en buiten Nederland, houten ‘godenbeelden’ uit Noordwest-Europa en galgenbergen en hunebedden in Drenthe.

     39,50
  • Werelderfgoedgids Veenhuizen

    Werelderfgoedgids Veenhuizen

    Werelderfgoed Koloniën van Weldadigheid à Koloniën van Weldadigheid
    Bureau Siteholder UNESCO Werelderfgoed Koloniën van Weldadigeid
     17,90

    Werelderfgoedgids Veenhuizen

    Zin om te wandelen of fietsen in het UNESCO Werelderfgoed Koloniën van Weldadigheid in Nederland? Deze gids is je wegwijzer mét achtergrondinformatie. De gids is geschikt voor wie zich van tevoren wil oriënteren, maar ook voor wie tijdens een verblijf in de Koloniën van Weldadigheid een leidraad zoekt en meer wil weten over de achtergrond van het gebied. De wandeling voert door het Werelderfgoed, de fietsroute beslaat een iets ruimer gebied.

    De Koloniën van Weldadigheid zijn sinds 27 juli 2021 ingeschreven als UNESCO Werelderfgoed. Zo erkent UNESCO de cultuurlandschappen van Frederiksoord-Wilhelminaoord en Veenhuizen in Nederland, en Wortel-Kolonie in Vlaanderen, als van uitzonderlijke en universele betekenis voor de hele mensheid.

     17,90
  • Het huisgeld en de penningen van de Maatschappij van Weldadigheid en de Rijksgestichten 1821-1871

    In 1818 wordt onder de bezielende leiding van Johannes van den Bosch de Maatschappij van Weldadigheid opgericht. In Drenthe sticht hij verschillende koloniën, waar arme landgenoten de kans wordt geboden om door landarbeid een beter bestaan op te bouwen. De kolonisten worden er verplicht om in de koloniewinkels met eigen papieren en metalen huismunten te betalen. Inmiddels zijn de Koloniën van Weldadigheid Unesco Werelderfgoed.

    Op meeslepende wijze vertelt Wiebe Nijlunsing hoe het stelsel van huismunten ontstaat en functioneert, waarbij hij de gebruikte munten beschrijft én verschillende situaties waarin deze gebruikt zijn. Daarmee geeft het boek een geheel nieuwe inkijk in de wijze van bestuur en in het dagelijks reilen en zeilen in de koloniën. Een beredeneerde catalogus geeft een helder overzicht van alle op dit moment bekende huismunten.

    Dit boek wordt uitgegeven onder auspiciën van het Koninklijk Nederlands Genootschap voor Munt- en Penningkunde. www.koninklijkgenootschap.nl

     29,95
  • De redding van het laatste grote natte heideveld van Nederland

    Nederland heeft nog maar weinig natuur. Tenminste, volgens Europese begrippen. En toch – ons land had nog veel natuurarmer kunnen zijn. Rond 1900 maakte een groep landgenoten zich druk om de vele duizenden hectaren natuur, die jaarlijks werden ontgonnen en gecultiveerd voor economische activiteiten. Karakteristieke en cultuurhistorisch belangrijke landschappen gingen verloren, en de toen nog rijke flora en fauna kreeg klap na klap. Onder invloed van de honger naar grond voor onder meer landbouw en stadsuitbreiding ging Nederland op de schop, en veranderde onherkenbaar.

    Dit boek beschrijft hoe de kaalslag van natuur, landschap en erfgoed voor een deel is voorkomen. Het is een eerbetoon aan de enorme inzet van natuurbeschermers zoals de in Nederland beroemde onderwijzer, schrijver en natuurbeschermer Jac. P. Thijsse en vele gelijkgestemden. Dankzij hen telt Nederland nog enkele honderdduizenden hectaren natuur, karakteristiek landschap en erfgoed, voor altijd bewaakt en beheerd door diverse natuurbeschermingsorganisaties.

    In dit boek wordt stilgestaan bij de moeite die het de natuurbeschermers kostte om te redden wat er te redden viel, in het hele land. Zo ook in Drenthe. Daar lukte het ruim 90 jaar geleden om – met grote moeite – heidegronden in het huidige Nationaal Park Dwingelderveld in Zuidwest-Drenthe te redden van ontginning. Zo werd het grootste aaneengesloten natte heideveld van Nederland gered, een karakteristiek landschap dat bijna verloren was gegaan

     17,50