Tijd is een leeuwerik
€ 22,90
In Tijd is een leeuwerik neemt Hilbrand Rozema de lezer mee langs de randen én de rafelranden van Nederland. Hij observeert en registreert, en geeft een stem aan mensen buiten de Randstad. Hij diept kleine geschiedenissen op, beschrijft wat mensen vinden van de natuur om zich heen, hoe ze geloven, en vertelt over de tradities en gebruiken in het gebied. En dan gaat het niet over de meest welvarende plekken. Plaatsen die onder de blauwe plekken zitten, hebben ons veel te vertellen. Hoe is het bijvoorbeeld in Weiteveen (dubbele moord) en Harskamp (demonstratie tegen asielzoekers), in de Zak van Zuid-Beveland (drugssmokkel) of op een quarantainestation in Heijplaat? Of hoe voelt het om rond te lopen op een onbewoond eiland in de Waddenzee?
Tijd is een leeuwerik is een caleidoscopische reisgids en een ode aan ons rijk gevarieerde Nederland.
Hilbrand Rozema (Groningen, 1971) is journalist en auteur. In 2024 is hij genomineerd voor De Tegel, de belangrijkste journalistieke prijs van Nederland.
Gerelateerde boeken
-
De scharrelaar 2020/2
Herfst, een nieuwe Scharrelaar! De herfsteditie van De scharrelaar staat weer boordevol met gedichten, verhalen en beschouwingen over vogels in binnen- en buitenland.
De scharrelaar is een tijdschrift voor alle vogelaars met liefde voor lezen en alle lezers met liefde voor vogels. Kortom, een literair tijdschrift voor vogelliefhebbers. In deze herfsteditie van De scharrelaar, het vierde nummer alweer, staan onder meer bijdragen van Kees Camphuysen, Threes Anna, Piet J. van den Hout, Rob Bijlsma en Nienke Beintema. Een greep uit de onderwerpen: broedende draaihalzen, invasieve fotografen, zeearenden, wilde eenden én (jawel, dat zijn ook vogels) kippen. De illustraties, als altijd in zwartwit, zijn van Francine Kooij.
Roots
Recensie‘Een superleuk en interessant literair magazine voor de vogelaar.’
-
De scharrelaar – 2022/1
Een nieuwe lente, een nieuwe Scharrelaar! De lente-editie van De scharrelaar staat weer boordevol met gedichten, verhalen en beschouwingen over vogels in binnen- en buitenland.
Een kleine greep uit de rijke inhoud van deze voorjaarseditie van ‘De scharrelaar’: dit bruisende lentenummer opent met een indrukwekkend stuk van natuurjournalist Caspar Janssen, over de eerste geelgors die hij zag. Veertien jaar geleden was dat, en hij is het nooit meer vergeten. Verder leverden de dichters Benno Barnard en Kees ’t Hart lange en minder lange vogelverzen, beschrijft Nienke Beintema het bewogen zeearendenjaar 2021 en componeerde roofvogelaar Rob Bijlsma een requiem voor het boerenland. De illustraties zijn van Octavie Wolters, ze maakte zes verstilde houtsneden in zwart-wit.
-
Mijn -Mieren- Hoop
Kijk naar de bosmieren! Achilles Cools heeft een hoge mierenterp in zijn tuin en probeert binnen te dringen in dat superorganisme: een mierenvolk dat functioneert als één brein met een collectief bewustzijn. Op basis van nieuwe wetenschappelijke inzichten en indrukwekkende voorbeelden introduceert hij de lezer in de wereld van de mier. Je leeft mee tussen prinsessen en koninginnen, hofdames, de oermoeder, dauwmeisjes, kuddewachters en poppen die kunnen zingen. Al ver voor wij de landbouw ontdekten, hielden ze al vee. Ze houden bruidsvluchten, praten met geurcodes, kennen een SOS alarm, en vragen wachtwoorden. Hun succesverhaal steunt op een oerdegelijke sociale organisatie. Dan vraag je je toch wel af: hoe is het om een bosmierenvolk te zijn?
-