Tuinplantenlexicon
€ 29,95
Hoe verzorg ik deze maand mijn rozen? Mag ik het gazon eigenlijk al maaien? Wanneer moet ik ook alweer de appelboom snoeien? Kan ik deze hortensia wel of niet nu terugknippen? Waar moet ik deze maand speciaal op letten in de tuin? Op deze en tal van andere vragen kun je in dit boek een antwoord vinden.
Het draait allemaal om de tabel achter in dit boek. Zoek in deze alfabetische lijst de plant op waar je iets over wilt weten en in één oogopslag wordt duidelijk in welke maand je er wat mee moet doen: snoeien, voeden, vermeerderen, wat dan ook. Maar andersom kan ook: kijk bij de huidige maand wat je zoal zou kunnen doen!
Een boek zonder poespas en boordevol praktische adviezen, gebaseerd op twintig jaar informatie verzamelen over honderden tuinplanten. Een superhandig naslagwerk voor de beginnende en gevorderde tuinier!
Gerelateerde boeken
-
Eilandgevoel
Iedere werkdag schrijft Koos Dijksterhuis een kort verhaaltje over de natuur. Uit zijn stukjes blijkt zijn grote liefde voor alles wat leeft. Hij verwondert zich over het ogenschijnlijk gewone, waar vaak een verrassend verhaal achter zit. Zijn mooiste verhalen schreef Koos over het door hem geliefde eiland Schiermonnikoog. Ze volgen in dit boek de seizoenen en geven prachtige inkijkjes in de eilander natuur, waarin Koos in zijn eentje of met anderen ronddwaalt.
Op Schiermonnikoog zijn bijna alle landschappen van Nederland te vinden: duinen, strand, wad, zee, kwelder, plas,
moeras, bos, weiland, akker, tuin en bebouwing. Er is op Schiermonnikoog ook veel niet: files, parkeerproblemen, massavertier. Er is rust, ruimte en schone lucht. En er zijn eilanders: vriendelijke mensen die badgasten graag zien komen en gaan. Die badgasten zijn fijnproevers. Ze komen zonder auto naar misschien wel het mooiste en fijnste eiland van de wereld.Zoals Koos zegt: het paradijs bestaat niet, maar Schiermonnikoog komt in de buurt!
-
-
Georg Wilhelm Steller
Veel vogelaars kennen Steller van de vogelsoorten die naar hem genoemd zijn, waaronder Stellers eider en Stellers zeearend.
Maar wie was hij? Georg Wilhelm Steller was een Duitse geleerde in Russische dienst die in 1741 als eerste bioloog landde in Alaska, dat toen nog Russisch was. Op de thuisreis sloeg het noodlot toe. Verzwakt door scheurbuik leed de expeditie schipbreuk op een onbewoond eiland. Tijdens dit onvrijwillige verblijf beschreef Steller onder andere de reusachtige zeekoeien, waarmee hij wereldfaam verwierf. Helaas werden deze spoedig uitgeroeid. Uiteindelijk wisten de overlevende zeelieden Kamtsjatka te bereiken. Voor hij terug kon keren naar Sint-Petersburg stierf Steller, belasterd door tegenstanders en gemangeld door de Russische bureaucratie, in de eindeloze verten van Siberië. Geleerden als Pallas en Linnaeus maakten zijn ontdekkingen wereldkundig en streken de eer op voor zijn pionierswerk.
Deze uitgave bevat Stellers dagboek van de ontdekkingsreis naar Alaska, fragmenten uit zijn werk over zeezoogdieren, en passages uit zijn Beschrijving van Kamtsjatka.Mark Nieuwenhuis (1968) is docent Latijn en vertaler van Latijnse literatuur. Vogels kijken doet hij al zijn hele leven. Nu zijn boek over Steller is voltooid, gaat hij Stellers eider eindelijk eens opzoeken in zijn overwinteringsgebied.
-
Kraanvogels in Nederland
Ruim twintig jaar volgt Herman Feenstra kraanvogels in het Fochteloërveen, het gebied waar het eerste Nederlandse kraanvogelkuiken sinds eeuwen is geboren. Vanaf de eerste ontmoeting is hij gefascineerd door deze unieke vogel en volgt hij alle ontwikkelingen in en buiten het gebied op de voet.
Zo heeft hij de kraanvogelpopulatie zien ontstaan en leert hij elke dag meer over kraanvogels. “Als je hun gedrag kunt lezen en hun behoefte aan veiligheid respecteert, laten ze je toe in hun wereld.”
In dit boek deelt Feenstra zijn kennis. Hij beschrijft, vaak zeer gedetailleerd, wat er in elk broedjaar gebeurt en welke factoren het broedsucces positief of negatief beïnvloeden. Daardoor krijgen we inzicht in wat kraanvogels nodig hebben om zich veilig te vestigen, een nest te bouwen en hun kuikens te laten opgroeien.
De auteur hoopt hiermee een bijdrage te leveren aan de bescherming van deze unieke vogelsoort. Hoewel het aantal kraanvogels in Nederland toeneemt, blijft de ontwikkeling kwetsbaar. Dit boek laat zien wat wij als mensen samen kunnen doen om ervoor te zorgen dat de kraanvogel zich op zijn gemak voelt en wij van deze unieke soort kunnen genieten.
OVER DE AUTEUR
Herman Feenstra verzamelt al vanaf 1977 waarnemingen van vogels in het Fochteloërveen. Vanaf 1985 doet hij dat als vrijwilliger van Natuurmonumenten en sinds 1998 is hij ook actief als wetlandwacht voor Vogelbescherming Nederland. Het is niet verwonderlijk dat hij vanaf 2000 van zijn grote passie zijn werk maakt. Het eerste jaar nog in dienst van de provincie Noord-Brabant, maar een jaar later al als zzp’er, vanuit Bureau De Kraanvogel.
Die naam is niet toevallig gekozen. Herman ontdekte in 2001 het eerste broedgeval van kraanvogels in Nederland sinds eeuwen. Door broedparen en andere kraanvogels jarenlang en vaak dagelijks te observeren, heeft hij een schat aan kennis opgedaan over het gedrag en hun interactie met de omgeving. Die eigen kennis vult hij aan met inzichten die voortkomen uit de literatuur en uitwisseling met (kraan)vogelliefhebbers in binnen- en buitenland.
Herman is onvermoeibaar in zijn strijd voor bescherming van kraanvogels en andere soorten. Hij
deelt zijn kennis en bezorgdheid in rapporten, tijdens bijeenkomsten met natuurorganisaties en overheden, op de website www.kraanvogels.net en in publicaties zoals deze.