Wat is eigen aan eigendom?
€ 19,90
Sinds de oudheid zijn filosofen op zoek naar een werkbare definitie van het begrip ‘eigendom’. Die definitie is belangrijk omdat ze bepaalt hoe we met eigendom omgaan. Zonder eigendom geen samenleving. Toch bevat ons Burgerlijk Wetboek er nog altijd geen definitie van. Er staat alleen dat eigendom het meest omvattende recht van een persoon op een zaak is.
Op grond van theoretisch en praktisch onderzoek concludeert de auteur dat de definitie in het Burgerlijk Wetboek goed werkt voor huis-, tuin- en keukenvoorwerpen. Maar voor andere zaken is de wet volstrekt achterhaald. De wet geeft de eigenaar namelijk te veel macht, terwijl die macht ook bij de gebruiker van een object zou moeten liggen. Zo moet een projectontwikkelaar zich voegen naar de voorwaarden van omwonenden en zijn project klimaatproof maken. De invloed van de gebruiker is belangrijk bij alle dure zaken, zoals schepen, vliegtuigen, vrachtwagens.
Evert-Jan Rotshuizen (1947) studeerde in Amsterdam aan de Vrije Universiteit en aan de Universiteit van Amsterdam, en in Parijs aan de Sorbonne. Hij heeft gewerkt als advocaat en was veertien jaar actief als raadsheer-plaatsvervanger bij het Gerechtshof Amsterdam.
Gerelateerde boeken
-
Troost bij rouw: hoe verzacht je je verdriet
Een filosofisch zelfhulpboek bij rouwverwerking om de dood van een kind€ 17,90 -
Waarom de tijd (niet) stroomt
Tijd bezien vanuit de natuurkunde, filosofie, psychologie en spiritualiteit€ 22,90 -
Bekentenissen en banvloeken
‘Cioran is zwart en cynisch, maar nooit grauw. Zijn stijl is lucide, geestig, scherpzinnig. In zijn werk komt geen saaie zin voor.’ — Jan Siebelink
Na het schrijven van dit even navrante als geestige slotstuk besloot de Roemeense denker Emil Cioran (1911-1995) dat hij ‘het heelal genoeg belasterd had’. Hij schreef niet verder. Bekentenissen en banvloeken is een boek met bijtende aforismen over verveling, erfzonde, orgasme, Stalin, Keats, Heidegger, Bach, de kerkvaders, islamitische mystici, begraafplaatsen en veel meer.
De alomtegenwoordigheid van het lijden, de irrealiteit van het bestaan, de futiliteit van elk handelen en terugkerende slapeloosheid vormen de basso continuo van dit meesterwerk, want: ‘Het is terecht dat men in elk tijdperk gelooft dat men het verdwijnen van de laatste sporen van het aardse Paradijs bijwoont.’Emil Cioran was van Roemeense komaf, studeerde filosofie en schreef vanaf 1949 uitsluitend nog in het Frans. Dagenlang at hij soms niets dan aardappelen; alle arbeid noemde hij ‘hoererij’, al erkende hij ‘graden van prostitutie’. Hij las en schreef, geplaagd door slapeloosheid en depressies. Elk nieuw boek was ‘een uitgestelde zelfmoord’. De slotzin van dit boek typeert Cioran. ‘Ook ik heb mij, net als iedereen, onledig gehouden in dit abnormale universum.’
-