Werelderfgoedgids Frederiksoord – Wilhelminaoord
€ 17,50
Wie zonder voorkennis over de ontstaansgeschiedenis van de Koloniën van Weldadigheid door de Oranjelaan in Wilhelminaoord loopt, of de Hospitaallaan in Veenhuizen, krijgt gemakkelijk de indruk dat hij of zij zich bevindt op een landgoed of op het terrein van een grote zorginstelling. Onder de hoge beuken en eiken en rond de gebouwen heerst een bijzondere sfeer. Het groen werkt rustgevend. Tegelijkertijd geeft de strakke rechtlijnige structuur van de wegen en de ordelijkheid van de gebouwen in het gelid dwingend richting. Dit was onderdeel van de bewuste disciplinering van de armen en de sociaal kwetsbare groepen die hier leefden. Want dat was het doel van de Koloniën van Weldadigheid: uit het hele land werden hier in de 19e eeuw mensen en families in armoede – denk aan landlopers, bedelaars, maar ook wezen – naartoe gestuurd om het land te bewerken, naar school te gaan en discipline aan te leren. Er zijn zeven Koloniën, waarvan twee in het huidige België en vijf in het noorden van Nederland.
Veenhuizen en Frederiksoord-Wilhelminaoord in Nederland en Wortel in Vlaanderen zijn UNESCO Werelderfgoed. Jaarlijks bezoeken veel mensen de omgeving om daar te genieten van het unieke landschap of heel gericht kennis te maken met de historie van de Koloniën, en het landschap met bomenlanen en monumentale gebouwen.
Voor deze bezoekers zijn nu twee gidsen gemaakt die als bron van informatie dienen over zowel het landschap als de historie, en die ook een aantal wandel- en fietsroutes bevatten die men kan volgen om de hoogtepunten van het UNESCO werelderfgoed te zien. De gidsen zijn rijk geïllustreerd met kaarten, foto’s, verklarende illustraties, en historisch beeldmateriaal.
Gerelateerde boeken
-
Nedersaksisch in een notendop
Het Nedersaksisch kreeg in 2018 nationale erkenning als volwaardige en zelfstandige taal.
In Nedersaksisch in een notendop beschrijven vijf kenners het Gronings, Drents, Stellingwerfs, Sallands, Twents, Achterhoeks en Veluws. Beknopt, maar wel in al hun facetten.
Aan de orde komen: de klanken, woordvormen, zinsbouwkenmerken en de grote woordenboekprojecten. Daarnaast is er veel aandacht voor de maatschappelijke positie, de beheersing en het gebruik van het Nedersaksisch.Kennisontwikkeling, aanmoediging tot gebruik en ook de zorg voor de taal zijn zaken die vooral in de verschillende regio’s plaatsvinden. Daarover biedt dit boek eveneens de nodige informatie, evenals over instituten en organisaties die zich met het Nedersaksisch bezighouden.
De Nedersaksische literatuur is overzichtelijk gepresenteerd naar periode en regio en de bronnenlijst nodigt de lezer uit zich verder in deze mooie, eeuwenoude taal te verdiepen.Nedersaksisch in een notendop is bedoeld voor mensen met een brede interesse in streektalen. Studenten Nederlands, Duits en Fries kunnen met dit boek hun kennis over het Nedersaksisch naar een hoger niveau tillen. Ook voor medewerkers van (regionale) taalinstituten kan dit boek een welkome aanvulling zijn op hun kennis over het Nedersaksisch.
-
Kamp Westerbork gefilmd
In 1944 werden in kamp Westerbork op uitgebreide schaal filmopnamen gemaakt. Dit materiaal is uniek; het zijn voor zover bekend de enige filmbeelden uit de nazi-kampen in oorlogstijd. Wereldberoemd zijn de fragmenten geworden van het angstig uit een wagon kijkende meisje of van de vertrekkende deportatietrein. Hoewel velen deze beelden kennen, was er decennialang weinig bekend over de film. Onderzoekers Koert Broersma en Gerard Rossing beschrijven in Kamp Westerbork gefilmd de resultaten van hun diepgaande research naar de achtergronden van deze film, die in 2017 werd opgenomen in het Unesco Memory of the World Register. Hiermee zijn de film en het bestaande filmscript officieel erkend als documentair werelderfgoed.
In dit boek worden eerdere conclusies tegen het licht gehouden en zijn alle recente ontwikkelingen en uitkomsten verwerkt. Bij het nieuwe onderzoek kwamen vele opmerkelijke feiten naar voren. Zo werden bijvoorbeeld tot voor kort onbekende personen op de filmbeelden geïdentificeerd. De analyse van de onlangs gerestaureerde (en gedeeltelijk ingekleurde) beelden gaf ook andere geheimen prijs. Deze leveren een boeiende reconstructie op van het hoe en waarom van de Westerbork-film en voegen een nieuwe dimensie toe aan één van de belangrijkste visuele getuigenissen uit de Tweede Wereldoorlog.
Koert Broersma (1955) schreef tot dusverre diverse boeken over uiteenlopende onderwerpen. Als vrijwillig onderzoekmedewerker was hij enkele jaren verbonden aan Herinneringscentrum Kamp Westerbork. In 1993 zag zijn biografie Buigen onder de storm, over de Amsterdamse journalist Philip Mechanicus het licht. In 2019 verscheen hiervan een herziene en aangevulde druk. In 1997 publiceerden Gerard Rossing en hij de eerste editie van Kamp Westerbork gefilmd, gebaseerd op het onderzoek dat zij naar deze film verrichtten. In 2016 publiceerde Broersma een interviewbundel over de Drentse bluesband Cuby & the Blizzards (Somebody will know someday), dat een jaar later de Publieksprijs van de Drentse Historische Vereniging won.
Gerard Rossing (1959) werkt als documentalist bij Herinneringscentrum Kamp Westerbork. Hij hielp Broersma bij de herziene versie van de Mechanicus-biografie Buigen onder de storm en was in de jaren negentig van de vorige eeuw intensief betrokken bij het oorspronkelijke onderzoek naar de Westerbork-films. Voor deze nieuwe, herziene uitgave werkten Rossing en Broersma wederom samen.
-
Geschiedenis van Drenthe
Drenthe kent een lange bewoningsgeschiedenis. De oudste sporen van menselijke aanwezigheid gaan zeker 50.000 jaar terug, misschien wel meer dan 100.000 jaar. In die lange periode voltrekken zich grote veranderingen. Gedurende het grootste deel van die eindeloze tijd leven de bewoners als jager-verzamelaars. Vanaf 5000 v.C. nemen ze zeer geleidelijk agrarische praktijken uit zuidelijker streken over. De invloed op het landschap wordt steeds groter. Er worden akkers aangelegd en opvallende grafmonumenten opgericht: eerst hunebedden, later grafheuvels en uitgestrekte urnenvelden. Lange tijd kan de bevolking, die in kleine gehuchten woonde, haar zelfstandigheid behouden. Ze blijft buiten het Romeinse Rijk, maar rond 800 na C. volgt dan de hardhandige inlijving bij het Frankische Rijk van Karel de Grote.
De veranderingen die dat met zich meebrengt, zijn diepgaand. De oude religie wordt langzaam verdrongen door het Christendom, er worden kerken gebouwd en de dorpen komen op hun huidige plaats terecht. Drenthe blijft ook in de eeuwen daarna een agrarische regio, met slechts enkele kleine stedelijke kernen. Adel speelt er nauwelijks een rol. De grootschalige veenafgravingen, die kort na 1600 beginnen, zullen het aanzien van het ooit door moerassen omgeven ‘oude landschap’ dramatisch veranderen.Geschiedenis van Drenthe – Een archeologisch perspectief geeft een overzicht van wat de archeologie heeft bijgedragen aan de kennis over Drenthe vanaf de vroegste tijden tot aan de Tweede Wereldoorlog. Vanaf de 9e eeuw zijn er weliswaar historische bronnen, maar die vertellen maar een deel van het verhaal. Archeologen kunnen met hun specifieke onderzoeksmethoden kennis over de Middeleeuwen en de Nieuw(st)e Tijd genereren die niet uit geschreven bronnen te halen is. We maken kennis met jachtkampementen, monumentale en bescheiden grafmonumenten, opgegraven gehuchten en sporen van rituelen in nederzettingen en daarbuiten. En natuurlijk ontmoeten we (anonieme) mensen, waaronder machtige hoofdmannen en een onfortuinlijk ‘lelijk eendje’.
Dr. Wijnand van der Sanden (1953) studeerde West-Europese Prehistorie aan de Rijksuniversiteit Groningen en was 30 jaar provinciaal archeoloog van Drenthe, de eerste tien jaar in combinatie met het conservatorschap bij het Drents Museum. Sinds 2017 is hij conservator archeologie bij het Drents Museum. Hij schreef diverse boeken over veenlijken in en buiten Nederland, houten ‘godenbeelden’ uit Noordwest-Europa en galgenbergen en hunebedden in Drenthe.
-
Tales of Veenhuizen
Voor iedere niet Nederlands sprekende bezoeker blijft Veenhuizen met haar bijzondere geschiedenis een gesloten boek. Daar kwam de uit Zuid-Korea afkomstige ontwerper Minsung Wang achter toen hij een bezoek bracht aan het dorp. Ondanks de internationale ambities is alles, van folder tot bijschriften op museumbordjes, in het Nederlands.
Speciaal voor buitenlandse bezoekers maakte Minsung het Engelstalige boek, Tales of Veenhuizen. Tales of Veenhuizen is een geïllustreerd boek over de unieke historie van het erfgoed en de cultivering van elk aspect van Veenhuizen. In zeventien korte verhalen, wordt de geschiedenis verteld aan de hand van de moralistische gevelteksten uit de periode van de Maatschappij van Weldadigheid, zoals Orde en Tucht, Werk en Bid en Rust Roest, die overal in Veenhuizen te zien zijn.Veenhuizen and its specific history can easily remain a closed book to the non-Dutch speaking visitor. This became clear to the South-Korean Minseong Wang when he visited the village. Despite the international ambitions of village, almost everything from brochure to the explanatory texts in the museum, is written in Dutch.
So in order to cater to the foreign visitors, Minseong created the book Tales of Veenhuizen, written in English. Tales of Veenhuizen is an illustrated book about the unique history of the heritage and cultivation of every aspect of Veenhuizen. In seventeen short stories, the history becomes more apparent on the basis of the moralist texts originating from the age of the Maatschappij van Weldadigheid (the Benevolent Society). Examples of these texts are Orde en Tucht (Order and Discipline), Werk en Bid (Work and Pray), and Rust Roest (Rest makes Rusty), that can be found everywhere on the house façades in Veenhuizen.