Wieg
€ 29,90
We schrijven 1700. Maria du Plessis, een hugenote, vlucht weg uit Frankrijk en komt terecht in Amsterdam. Daar sluit ze een huwelijk met een landgenoot, een ondernemende chirurgijn, die haar meeneemt naar de Kaap. In Stellenbosch leidt hij haar op tot vroedvrouw. Na zijn dood verhuist ze naar Kaapstad, waar ze door de VOC als stadsvroedvrouw wordt aangesteld.
In Wieg vertelt Joan Kruger hoe Maria uitgroeit tot steun en toeverlaat van kwetsbare mensen: een veertienjarige die in het kraambed ligt, een verkracht meisje en vrouwen die door hun eigenaar, minnaar of man zijn mishandeld.
Uit een veelheid van rechtbankverslagen, doktersrekeningen, veilingdocumenten en testamenten ontstaat een rijkgeschakeerd en levendig beeld van de eerste helft van de achttiende eeuw, waarin het werk van Maria de rode lijn is. Tegelijk schetst het boek een prachtig beeld van de groeiende Kaapkolonie die zich zou ontwikkelen tot het huidige Zuid-Afrika.
Wieg is een meeslepende vertelling over een vrouw diein een tijd van godsdienstvervolging wordt gedwongen nieuwe wegen in te slaan en die uiteindelijk zelf geschiedenis maakt.
Joan Kruger werkte na haar universitaire studie (literatuur en filosofie) onder meer als journalist en tijdschriftredacteur. Momenteel werkt ze als schrijver.
Gerelateerde boeken
-
De eerste mensen
Nederland ligt in de periferie van het verhaal van menswording. De evolutie van onze familie vindt lang exclusief in Afrika plaats. En, als Europa eenmaal bewoond wordt door mensachtigen, ligt het zwaartepunt ten zuiden van onze streken. Toch heeft ons land een aantal interessante vindplaatsen en vondsten opgeleverd. Ook in Nederland hebben de zogenaamde ‘oermensen’ rondgelopen.
Toegankelijk geschreven voor een breed publiek put het boek uit nieuwste theorieën en het geheel is rijk geïllustreerd met vondsten uit binnen- en buitenland geeft dit boek een toegankelijk overzicht van de stand van zaken met betrekking tot de tenminste 800.000-jaar-durende bewoningsgeschiedenis van Nederland. En het maakt ook meteen korte metten met een aantal stereotypische beelden, zoals het welbekende plaatje van de aap die langzaam rechtop gaat lopen (want zo is het niet gegaan) of het beeld van de moeilijk kijkende neanderthaler in een berenvel die op een besneeuwde berghelling staat. Uitgangspunt van dit boek is wat we nu over neanderthalers weten: intelligente mensen die zich een paar honderdduizend jaar prima hebben weten te redden.
Gerrit Dusseldorp is een expert op het gebied van het gedrag van jager-verzamelaars in zowel Noordwest-Europa als Zuid-Afrika. Hij leidt een door NWO (Nederlandse organisatie voor Wetenschappelijk onderzoek) gefinancierd onderzoeksproject naar de ontwikkeling van de moderne mens in Zuidelijk Afrika en doet ook onderzoek naar het gedrag van Neanderthalers en de redenen voor hun verdwijning. Hij promoveerde aan de Universiteit Leiden (2009) op Neanderthaler voedselvoorziening. Hij bestudeerde ook de ecologische relaties tussen Neanderthalers en andere carnivoren uit de ijstijd, zoals gevlekte hyena’s. Na het afronden van zijn doctoraat richtte hij zijn vervolgonderzoek op Homo sapiens in Afrika. Hij deed dat in Zuid-Afrika aan de University of the Witwatersrand (2009 – 2012) en vervolgens de University of Johannesburg (2013 – 2016).
Yannick Raczynski-Henk is aan de Universiteit van Leiden afgestudeerd als prehistorisch archeoloog met een brede interesse in de Werdegang van de Homininae, ethologie, het Oud- en Midden-Paleolithicum en (löss-)geologie. Daarnaast heeft hij zich geoefend in het analyseren en tekenen van vuurstenen artefacten en hij heeft hiervoor een handleiding geschreven.
Sinds 2009 is hij betrokken bij onderzoek in Armenië en Georgië naar de allervroegste geschiedenis van de mens. De Kaukasus vormt één van de routes die de allereerste hominiden nemen als ze Afrika verlaten om de rest van de wereld te verkennen. Het is dus ook een van de plekken waar je moet zijn om het begin van onze geschiedenis te onderzoeken. De vindplaats Nor Geghi is in 2014 gepubliceerd in Science.Beide auteurs zijn verbonden aan de Universiteit Leiden.
-
Voorjaarstradities in Drenthe
Het zonlicht glijdt over een kaal landschap. De dagen worden langzaam langer, de zon warmer en de natuur weer groen: de winter maakt plaats voor de lente. Een periode die sinds oudsher wordt geassocieerd met vruchtbaarheid, wedergeboorte en een nieuw begin. Een periode die rijk is aan gebruiken en tradities om dit te vieren.
Drenthe heeft een groot aantal tradities voor het toejuichen en verwelkomen van de lente. Sommige daarvan kennen we nu nog, zoals het Paasvuur, anderen zijn in vergetelheid geraakt; wie weet tegenwoordig bijvoorbeeld nog wat een Pinksterbroed is of kan nog een hupholt fluitje maken?
In Voorjaarstradities in Drenthe maak je kennis met oude en nieuwe gebruiken in de periode van Sint-Pieter (22 februari) tot en met Pinksteren. Het boek geeft een gevarieerd beeld van hoe men vroeger en nu het voorjaar beleeft, op een informatieve en toegankelijke manier, rijk aangevuld met beeldmateriaal. Het laat zien hoe tradities zijn veranderd, verdwenen en nieuwe zijn ontstaan.
Ook is er ruim aandacht voor de Drentse taal. Er wordt ingezoomd op Drentse woorden die specifiek zijn voor deze periode en de informatieve onderwerpen worden afgewisseld met Drentstalige gedichten en verhalen. Ook geschikt voor lezers die de Drentse taal niet bijzonder machtig zijn.
-
-
Simon Stevin (1548-1620)
Volgens Stevin is een natuurverschijnsel een wonder zolang het niet wordt doorgrond. Zodra men het natuurverschijnsel door theoretische beschouwingen of uitgevoerde of bedachte experimenten kan verklaren, is het geen wonder. Deze aanpak is de start voor een nieuwe manier om wetenschap te bedrijven. Stevin leefde in een eeuw van omwentelingen: de boekdrukkunst, de scheiding van de Nederlanden, de humanistische inzichten van Vesalius, Mercator, Dodoens … In die context ontpopte Stevin zich als een multidisciplinaire wetenschapper die bewust publiceerde in de volkstaal, het Nederduyts, om vooral de middenklasse van zijn tijd te bereiken. Hij boog zich over wiskundige problemen, maar dacht ook na over logica, legerorganisatie, omgangsvormen … Stevin publiceerde rentetabellen en verdedigde de theorie van Copernicus. Hij introduceerde in onze taal woorden zoals onder meer evenaar, omtrek, middellijn, scheikunde, evenwijdige
lijnen …