Aarde-emoties
€ 34,90
Onze relatie met de Aarde verandert. In dit internationaal invloedrijke boek reikt de Australische denker Glenn A. Albrecht hiervoor nieuwe woorden aan. Hij beschrijft nieuwe emoties zoals ‘solastalgie’, de ‘troostwee’ die je hebt, terwijl je thuis bent en je vertrouwde leefomgeving wordt vernietigd of in verval is. Dit is misschien wel dé bepalende emotie van de eenentwintigste eeuw. Daarnaast lanceerde Albrecht de inmiddels bijna ingeburgerde term ‘symbioceen’, een tijdperk waarin we opnieuw ‘symbiotisch’ samenleven met de natuur. Dit tijdperk moet het destructieve antropoceen opvolgen. In het symbioceen hebben we geen last meer van ‘biofobie’ (angst voor het leven), van ‘topoaversie’ (weerstand tegen bepaalde ontwrichte plekken waarvan we ooit hielden), van ‘terrafurie’ of ‘klimaatwoede’.
Glenn A. Albrecht is een spraakmakende Australische milieudenker die internationaal doorbrak met beschouwingen over nieuwe ‘psychoterratische’ emoties. Tot 2008 was hij verbonden aan de Universiteit van Newcastle in New South Wales; tot zijn emeritaat in 2014 was hij hoogleraar duurzaamheidsstudies aan de Murdoch University in Perth (West-Australië). Hij is erelid van de School of Geosciences aan de Universiteit van Sydney. In 2001 was hij mede-auteur van Health Social Science: A Transdisciplinary and Complexity Perspective dat bij Oxford University Press verscheen. Aarde-emoties verscheen in 2019 en betekende zijn grote doorbraak. Het boek is in tal van talen verschenen. De Nederlandse vertaling is van de hand van Joris Capenberghs.
Bekijk ook de uitzending van VPRO-Tegenlicht over dit baanbrekende boek.
Gerelateerde boeken
-
Werk in een natuurmuseum
Over sabeltandkatten, watervlooien, stadsreuzen, en een steenmarter op mijn bagagedrager€ 24,90 -
Oudolf Hummelo
De tuin en voormalige kwekerij van Piet en Anja Oudolf in het Gelderse Hummelo waren een begrip, en haast een bedevaartsoord, voor de vele internationale bewonderaars van de tuin- en landschapsarchitect. De combinatie van kwekerij en tuin vormde de basis van de ongeëvenaarde plantenkennis van Oudolf en van zijn vermogen tot experimenteren en vernieuwen. Kennis en ervaring die hij toepast in zijn wereldberoemde projecten, zoals de High Line in New York, en het ‘Oudolf Field’ bij de kunstgalerie van
Hauser & Wirth in Somerset.
Dit boek beschrijft de veranderende kijk op beplanting van tuinen en openbare ruimtes gedurende de afgelopen vijfendertig jaar, aan de hand van de tuin en voormalige kwekerij die Piet Oudolf samen met zijn vrouw Anja heeft aangelegd. Het geeft ook een goed beeld van Oudolfs weg naar wereldfaam. Deze nieuwe editie is uitgebreid met recente projecten in Engeland, Amerika, Duitsland en Nederland.Noel Kingsbury is journalist en tuinontwerper. Hij geeft regelmatig lezingen en workshops en breekt in zijn werk een lans voor een natuurlijke en duurzame benadering van tuinontwerpen en beplanten, Hij heeft meer dan vijfentwintig boeken op zijn naam staan, waaronder vijf samen met Piet Oudolf.
-
Sweltsjes fan Gaast
Theunis Piersma is heechlearaar Trekfûgelekology yn Grins en is in ynternasjonale autoriteit op dat gebied. Op syn fakgebied hat Piersma in ôfgryslik soad skreaun. Yn syn frije tiid docht er yn syn wenplak Gaast ûndersyk nei sweltsjes. Syn buorfrou frege him ‘Wêr bliuwe ús sweltsjes winterdeis, Theunis’. Dy fraach wie oanlieding foar in syktocht nei sweltsjes, nei hoe’t se libje en wêr’t se bliuwe.. Piersma ferstiet de keunst om syn wittenskiplik ynsjoch oer de bringen oan in breed publyk sûnder de kwaliteit te koart te dwaan. Dit is syn earste boek yn syn memmetaal. In oade oan sweltsjes en oan Fryslân.
-
Mijn grauwe ganzen
Iedereen kent de grauwe gans. In enkele decennia is hij uitgegroeid van een zeldzame tot een massaal voorkomende vogel. Hij is geliefd en verguisd, en regelmatig onderwerp van verhitte debatten tussen natuurbeschermers en boeren. Wat maakt deze vogel bijzonder?
Berend Voslamber deed veertig jaar onderzoek naar grauwe ganzen en kent deze vogel als geen ander. In Mijn grauwe ganzen beschrijft hij het hele leven van de vogel, van ei tot volwassen dier. Hij toont aan hoe succesvol de grauwe gans als broedvogel was (bijvoorbeeld in de Ooijpolder) en hoe in de loop van de tijd de biotoop veranderde, zoals tijdens hun verblijf in de Dollard. Veel informatie geeft de auteur aan de hand van opmerkelijke individuen.
Naast de vogels komen ook de ontwikkelingen in zijn onderzoek en de mensen die de auteur tijdens zijn werk ontmoette aan bod. Daarbij gaat hij met name diepgaand in op het tellen en het ringen van de vogels en wat dat oplevert aan kennis.Berend Voslamber is in Nederland dé deskundige op het gebied van grauwe ganzen. Hij werkte ruim twintig jaar als bioloog bij Sovon – vogelonderzoek Nederland en werd al op jonge leeftijd geboeid door het fenomeen gans.