Alleen door Afrika
€ 27,50
In 1931 stapt een berooide Pool zijn voordeur uit om per fiets vanuit Polen naar de meest zuidelijke punt van Afrika te reizen. Hij wil zo zijn jeugddroom waarmaken én een inkomen verwerven voor zijn gezin. Nowak schrijft tijdens zijn reis honderden artikelen, die dankzij zijn vrouw in Poolse kranten verschijnen. Hij maakt meer dan tienduizend foto’s. Vandaag kent niemand hem nog. En dat is onterecht.
Kazimierz Nowak is een naïeve held die, door zwerfzucht gedreven, de grootste ontberingen doorstaat. Al schrijvend en fotograferend laat hij een groots tijdsdocument na, een avonturenverhaal en kritische reportage in één. We krijgen een inkijk in de koloniale (wan)praktijken op het Afrikaanse continent, maar genieten ook mee van een ongerept landschap onder het zilveren maanlicht. Met zijn laconieke humor doet hij ons bijna vergeten wat een lijdensweg deze tocht moet geweest zijn.
Zijn fietstocht door Afrika duurt vijf jaar en vier maanden. Nog geen jaar na zijn terugkomst overlijdt hij aan de gevolgen van de geleden ontberingen.
TOM YSEWIJN zwerft, onder meer voor MO*-magazine, per fiets over het Europese platteland om vandaar verslag te doen over het leven in de buitengebieden.
‘Een meeslepend reisdagboek dat je vanaf de eerste bladzijde meeneemt op een waanzinnig avontuur: dwars door Afrika. Kazimierz’ belevenissen zijn zo beklijvend dat het lijkt of je meerijdt achterop de fiets.’ — ARNOUT HAUBEN (tv-maker)
‘Elke foto vertelt een verhaal uit een meedogenloze en magische wereld. Een onthutsende ontdekking.’ — MICHIEL HENDRYCKX (fotograaf)
Gerelateerde boeken
-
Kleur Veenhuizen
€ 29,95KLEUR VEENHUIZEN is het handboek bij de kleurenwaaier voor Veenhuizen. Het is gemaakt voor bewoners, eigenaren en beleidsmakers, maar ook voor wie nieuwsgierig is naar de ontstaansgeschiedenis van de gebouwen en het landschap.
De ‘pauperkolonie’ Veenhuizen werd in 1822 gebouwd om bedelaars, landlopers en arme gezinnen uit de grote steden een beter bestaan te geven op het platteland. Gaandeweg ontwikkelde Veenhuizen zich tot een strafkolonie. De transformatie tot gevangenisdorp bracht een enorme bouwproductie op gang. Aan het begin van de 20e eeuw was Veenhuizen een zelfvoorzienend gevangenisdorp geworden met scholen, kerken, een hospitaal, werkgebouwen, boerderijen en dienstwoningen waarin het leven tussen gevangenen en bewoners sterk met elkaar vervlochten was. Tot 1983 was Veenhuizen gesloten voor publiek. Hier woonde alleen wie er ook werkte. Met uitzondering van de kerken was heel Veenhuizen in bezit van het Rijk en werd door het Rijk collectief beheerd en onderhouden.
Veenhuizen is ondertussen veranderd van een Justitiedorp in een woonlandschap met daarin nog steeds een aantal in gebruik zijnde gevangenissen. De overgang van één grote eigenaar naar vele eigenaren betekent de overgang van collectief naar individueel uitgevoerd onderhoud en beheer. Vooral bij de woonhuizen worden de gevolgen hiervan zichtbaar. Ramen worden vervangen, luiken verdwijnen en het schilderwerk van de onderdelen krijgt andere kleuren. Daardoor vervagen de zo karakteristieke reeksen en families van gebouwen.
Het handboek en de kleurenwaaier richten zich op de modelwoningen en -boerderijen uit de periode tussen 1884 en 1930 en op de structurerende en terugkerende onderdelen van de bebouwing en het landschap. Daar zijn een aantal praktische redenen voor. De grondtoon van Veenhuizen ligt verankerd in de herhaalbare gebouwtypes en de algemene dragers van het landschap. Het zijn met name deze woningen en boerderijen die particulier beheerd en onderhouden gaan worden en die belang hebben bij toegankelijke en hanteerbare kennis. Het handboek vult de kleurenwaaier aan met kennis van de gebouwen, hoe ze zijn gebouwd, met welke bouwmaterialen, details en kleuren. En het laat de landschappelijke onderdelen zien die het karakteristieke beeld bepalen, in de straat en op het erf.
-
-
Fokje Pasma (1865-1956)
€ 24,90De doopsgezinde Friese boerendochter Fokje Pasma (1865-1956) was een zelfbewuste, dienstbare vrouw die haar eigen weg zocht. Ze was de muze van Pieter Jelles Troelstra, bevrijdde zich van een gewelddadige echtgenoot en verschafte zich economische onafhankelijkheid door als alleenstaande moeder alsnog een opleiding te volgen. Ze vestigde zich als vroedvrouw in Oostburg en Vlissingen, waar ze in 1914 het Moederhuis oprichtte. Ook was ze de stuwende kracht achter de oprichting van een Vereniging tot Kraamverzorging en Zuigelingenbescherming in Vlissingen.
Bertus Mulder (Heerenveen, 1949) studeerde arbeidssociologie, was docent sociale geschiedenis en promoveerde aan de Rijksuniversiteit Groningen. Eerder schreef hij biografieën over Jaap Nieuwenhuize en Sophie Louisa Kwaak en verschenen zijn studies over Pieter Jelles Troelstra.
-





