Appelscha. Door de eeuwen heen
Appelscha door de eeuwen heen Appelscha. Een plaats met een lang en rijk verleden. Hoewel we de naam Appelscha voor het eerst halverwege de dertiende eeuw tegenkomen, was het gebied al lange tijd daarvoor, ver voor het begin van onze jaartelling, bewoond. Eeuwenlang vormden akkerbouw en veeteelt de belangrijkste bronnen van bestaan en bestond het dorp uit boeren en landarbeiders. Dit veranderde met de grootschalige afgraving van het noordoostelijk van de plaats gelegen hoogveengebied. Veenbazen en veenarbeiders van buiten vestigden zich aan de rand van het hoogveen. Naast het oorspronkelijke boerendorp vormde zich een veenkolonie. Tegelijkertijd verplaatste het centrum zich van het ‘oude’ naar het ‘nieuwe’ Appelscha. Het hoogveen verdween en de betekenis van de landbouw nam in de loop van de tijd af. Nieuwe middelen van bestaan werden gevonden in het toerisme, de industrie en dienstverlening. Deze sociaaleconomische ontwikkelingen worden in het boek beschreven. Daarnaast is er aandacht voor demografische en landschappelijke veranderingen, voor verenigingen (toneel, zang, muziek en sport), de gezondheidszorg, het kerkelijk leven, het lager onderwijs, de wegverbindingen, vaart en tramlijn.
Rinze Lenstra (Appelscha 1945) studeerde economische en sociale geschiedenis. Hij werkte in het middelbaar beroepsonderwijs. Was medeauteur van Geschiedenis van Emmen en Zuidoost-Drenthe (1989) en schreef onder meer Anarchisme en syndicalisme in Spanje (2007).
Gerelateerde boeken
-
Geschiedenis van de veehandel en veemarkten in Friesland
Met een ferme handslag en een krachtig uitgesproken GELOK (geluk) accepteert een Friese veehandelaar het bod van een koper. De koop is gesloten. Zo is het eeuwenlang gegaan.
De veehandel in Friesland is al vele generaties belangrijk voor families die er hun brood in verdienen en draagt wezenlijk bij aan de regionale welvaart. Dit rijk geïllustreerde boek toont het roemrijke verleden van de Friese veehandel en veemarkten. Naast aandacht voor de economische en sociale aspecten, de infrastructuur en logistiek, sluit het boek af met de boeiende geschiedenis van de familie Pilat, een geslacht van veehandelaren in Friesland. -
As ik de toer mar sjoch …
75 ferhalen fan Boarnsters oer de leafde en har djipste fertriet, oer hoe it wie, op skoalle, hokker fiten se úthellen en hoe’t se karriêre makken. Mar ek wêr’t se sa’n spyt fan hiene. Oer it belib¬jen fan nei tsjerke gean en oer de wille fan it gondelbouwen. It entûsjasme foar de sport en de ynset om Aldeboarn op ’e kaart te hâlden. Oer de jierren dat der ja en amen sein wurde moast tsjin klanten om winkeltsjes oerein te hâlden. Oer de opgeande tiid fan de boeren, mar ek oer it famke dat yn ’e jarrekolk bedarre.
Dit boek lit langstme fiele nei it doarp. As je ien kear yn in lyts doarp wenje en of wenne ha, dan bliuwe jo ferbûn en dat giet nea wer oer! In boek, net allinne foar Boarnsters!
-
Een Schricklijck Jaer
April 1672: koning Lodewijk XIV van Frankrijk verklaart de oorlog aan de Republiek der Zeven Verenigde Nederlanden. Een dag later volgt zijn bondgenoot koning Karel II van Engeland. De bisschoppen van Keulen en Münster gaan een maand later mee in het bondgenootschap en vallen begin juni de Republiek binnen. Een Schricklijck Jaer gaat over deze oorlog, de oorlog van 1672 in het noordoostelijk deel van de Republiek.
Na de bisschoppelijke triomftocht langs de Overijsselse vestingsteden – die als rijpe appels in handen van de bisschoppen vallen – volgt de aanval op Coevorden. Ook die ‘onneembare’ vesting in het noorden valt binnen tien dagen. Maar daarna keert het tij voor de bisschoppen. De stad Groningen houdt stand, ondanks de enorme bommenregen van de bisschop van Münster, die bij dat beleg zijn bijnaam ‘Bombenberend’ verdient. Aan het einde van het jaar 1672 volgt de herovering van Coevorden, een spannend verhaal dat de geschiedenis ingaat als ‘De verrassing van Coevorden’.
Maar daarmee is de oorlog in de noordelijke gebieden nog lang niet ten einde. De bisschop van Münster heeft meer pijlen op zijn boog, waardoor Coevorden in een bizarre situatie terechtkomt.
Als dan eindelijk alle vijandelijke legers zijn vertrokken, moet het land weer opgebouwd worden. Dan komen, als vanzelf, alle eerdere politieke tegenstellingen weer opzetten die een snelle en effi ciënte wederopbouw tegenhouden. Bovendien gaat de oorlog nog steeds door, in het buitenland weliswaar, maar de kosten worden verhaald op de inwoners van de Republiek, ook op de tot op het bot verarmde bevolking van de provincies Stad en Lande (nu provincie Groningen), de Landschap Drenthe en Overijssel. De gevolgen van de oorlog, vooral voor het dagelijks leven van de gewone inwoners in die provincies, vormen de afsluiting van het boek.