Atlas van de vooruitgang
€ 24,90
Dit schitterende boek staat bomvol infographics met goed nieuws.
In een oogopslag zien we bij voorbeeld hoe wereldwijd de levensverwachting toeneemt, hoe duurzame energie aanslaat, hoe de emancipatie vordert, hoe legers steeds kleiner worden en hoe de welvaart vrij wel overal stij gt. Voor de meest nij pende problemen liggen de oplossingen al klaar. Ook die vinden we in dit boek. De spectaculaire infographics en visuals van topvormgever David McCandless stemmen je vrolijken zetten je aan het denken.
David McCandless maakt infogrammen voor onder meer The Guardian, Wired en Die Zeit. Zijn werk was ook te zien in het Museum of Modern Art in New York, de Wellcome Trust Gallery in Londen en in museum Tate Britain aldaar.
Gerelateerde boeken
-
Brugge voor Napoleon
Op 5 mei 1821 sterft Napoleon op Sint-Helena, een godvergeten eiland in de Atlantische Oceaan. Na zijn nederlaag in Waterloo (1815) meenden de geallieerden dat de ‘kleine korporaal’ langzaam vergeten zou raken. Napoleon verloor wel zijn laatste veldslag, maar zijn invloed is nog tot op vandaag merkbaar.
De Franse keizer deed ook Brugge aan, toen een ingeslapen provincie-stadje. Hij kwam er twee keer op bezoek, namelijk als populaire consul in 1803 en als absolutistisch keizer in 1810.
Gedurende ruim twintig jaar voelde Brugge – en tal van andere steden in Europa – de hete adem van de Franse bezetter in de nek. Die bezetter eiste drastische hervormingen, vaak tegen de wil van het volk, de kerk en de staat. Stadsarchivaris Jan Anseeuw, en de auteurs Henk Anseeuw en Bert Gevaert brachten verschillende Brugse specialisten samen voor een omvattend naslagwerk over de Franse tijd in Brugge.
Ze volgen het spoor van gewone soldaten, excellente kunstenaars en veteranen, maar ook van criminelen, deserteurs en doodarme mensen.
Dit schitterend geïllustreerd boek toont verschillende nooit eerder gepubliceerde afbeeldingen en is een must voor liefhebbers van Brugge én de Napoleontische tijd! -
-
Rijk, maar niet in geld
Rijk, maar niet in geld vertelt het verhaal van twee opeenvolgende Friese uitgevers, Kamminga en Laverman, tegen de achtergrond van de intellectualisering van het Fries tussen 1920 en 1970. Deze periode is achteraf beschouwd de ‘Gouden halve eeuw’ van de Friese cultuur: in die halve eeuw settelde het Fries, dat begin 1900 nog een volkstaal was, zich stevig als cultuurtaal, en dat ging gepaard met (en hing ook samen met) een opbloei van de Friestalige cultuur.
De taal is in die periode zowel geïnstitutionaliseerd als geïntellectualiseerd en met name aan die intellectualisering hebben de uitgevers van nature een belangrijke bijdrage geleverd. In die halve eeuw verschenen zo’n 3500 Friese titels op een breed gebied, waaronder kinderboeken, prentenboekjes, literatuur, biografieën, studies over ruimtevaart, sportboeken, handboeken op allerlei gebied, reisgidsen en kookboeken.
Het boek gaat dieper in op de manier waarop uitgevers functioneren in een bepaalde ontwikkelingsfase van een minderheidstaal. En niet alleen dat, maar ook hoe ze functioneerden te midden van andere instituties, zoals emancipatiebewegingen, (semi-)overheidsorganen en culturele en wetenschappelijke instellingen. Waar uitgevers in grotere taalgebieden vooral te maken hebben met de markt en in mindere mate met die institutionele achtergrond, is die verhouding in een kleinschalige omgeving geheel anders.
Tegelijk biedt dit boek ook een kijkje in de uitgeverskeuken. Dat gebeurt aan de hand van de opeenvolgende uitgevers Kamminga (ruwweg voor 1945) en Laverman (ruwweg ná 1945). Daarbij staat Kamminga model voor de aanvankelijk vernieuwingsdrang en latere politisering van het interbellum en Laverman voor de consolidatie van de naoorlogse periode. Ook de andere Friese uitgevers komen overigens uitgebreid aan bod.
Louw Dijkstra (1958) studeerde theologie, maar koos na zijn afstuderen voor een loopbaan in het boekenvak. Na een aantal jaren als vertaler voor verschillende Nederlandse uitgevers te hebben gewerkt, richtte hij in 1994 samen met een compagnon een eigen Friese uitgeverij op. Op dit moment is hij uitgever van Wijdemeer.
-
De opgejaagden
Direct na de Tweede Wereldoorlog zette de joodse onderduiker Alfred ‘Ab’ van Dien zijn herinneringen over zijn onderduikperiode op papier. Deze herinneringen raakte hij jarenlang kwijt. Een medeonderduiker, die inmiddels in Israël woonde, bleek ze in bezit te hebben en stuurde ze aan hem terug. In 1982, bijna veertig jaar na de bevrijding, werden de herinneringen in een eenvoudig uitgevoerd boekje uitgegeven onder de titel: De Opgejaagden, herinneringen van een joodse onderduiker in het Valtherbos”.
Met zorgvuldig gekozen en indringende bewoordingen geeft Van Dien in De Opgejaagden een kijkje in het gevoelsleven van een onderduiker, niet schuwend om ook de gevaren waaraan ze vrijwel continue blootstonden te beschrijven. De titel geeft exact de lading van het boek aan. Zestien joodse onderduikers blijken, ondanks hun goed verscholen onderduikplaatsen, hun leven niet zeker en worden (door verraad) meermalen opgejaagd. Tijdens hun ondergrondse leven in kleine zolderkamertjes, een kippenhok en twee in taaie bosgrond uitgegraven bosholen, werden ze ondersteund door een aantal zeer sterke Drenten. Het verhaal leest als een waargebeurd, spannend jongensboek, maar wel één met een gitzwarte achtergrond. Wie begint met lezen, kan niet stoppen. De lezer wil weten hoe het verder gaat en hoe het afloopt.
Schrijver Johan Withaar heeft naar aanleiding van De Opgejaagden ruim tien jaar onderzoek gedaan naar de onbekend gebleven achtergronden, de vreselijke niet te bevatten historische feiten en het leven van de betrokkenen na de oorlog. Dit nieuwe boek, inclusief de herinneringen van Ab van Dien, bevat de resultaten van dit onderzoek in binnen- en buitenlandse (oorlogs)archieven, locatiebezoeken en interviews met de kinderen van direct betrokkenen, die Johan Withaar tot in de USA en Israël heeft weten te traceren.
Daarnaast heeft het onderzoek een drietal niet eerder gepubliceerde op schrift gestelde herinneringen van direct betrokkenen opgeleverd. Deze geven soms een verrassende wending aan hetgeen Van Dien zich in De Opgejaagden herinnerde.