Bastions zonder grenzen
€ 29,90
In Bastions zonder grenzen reconstrueren de auteurs de geschiedenis van het militaire erfgoed van Damme, Sluis en IJzendijke. Al tijdens de Tachtigjarige Oorlog (1568-1648) bleek dat de oude middeleeuwse burchtmuren niet langer volstonden om zich te beschermen tegen buskruit en vuurwapens. Steden werden versterkt met veelhoekige bastions, forten, schansen, batterijen en linies.
Bastions zonder grenzen richt de schijnwerpers op dit militair erfgoed. Hoe bouwde men zo’n versterking? Welke nieuwe militaire ontwikkelingen en gewijzigde inzichten in strategie en tactiek ontwikkelden zich? De vele plannen, tekeningen, gravures en schilderijen tonen het meesterschap van de militaire bouwheren. Maar vandaag staan we voor de vraag: hoe gaan we om met militair erfgoed? Want de forten hebben hun militaire functie allang verloren en zijn ondertussen belangrijke natuurgebieden of cultuurpodia geworden.
Onder leiding van Jan Hutsebaut en Piet Lombaerde (red.) reconstrueren de auteurs Bruno Comer, Eric Huys, Robrecht Pillen, Johan Termote, Caroline Terryn, Harold Van Damme en Arco Willeboordse de geschiedenis van de verdedigingswerken in deze regio.
Gerelateerde boeken
-
-
De opgejaagden
Direct na de Tweede Wereldoorlog zette de joodse onderduiker Alfred ‘Ab’ van Dien zijn herinneringen over zijn onderduikperiode op papier. Deze herinneringen raakte hij jarenlang kwijt. Een medeonderduiker, die inmiddels in Israël woonde, bleek ze in bezit te hebben en stuurde ze aan hem terug. In 1982, bijna veertig jaar na de bevrijding, werden de herinneringen in een eenvoudig uitgevoerd boekje uitgegeven onder de titel: De Opgejaagden, herinneringen van een joodse onderduiker in het Valtherbos”.
Met zorgvuldig gekozen en indringende bewoordingen geeft Van Dien in De Opgejaagden een kijkje in het gevoelsleven van een onderduiker, niet schuwend om ook de gevaren waaraan ze vrijwel continue blootstonden te beschrijven. De titel geeft exact de lading van het boek aan. Zestien joodse onderduikers blijken, ondanks hun goed verscholen onderduikplaatsen, hun leven niet zeker en worden (door verraad) meermalen opgejaagd. Tijdens hun ondergrondse leven in kleine zolderkamertjes, een kippenhok en twee in taaie bosgrond uitgegraven bosholen, werden ze ondersteund door een aantal zeer sterke Drenten. Het verhaal leest als een waargebeurd, spannend jongensboek, maar wel één met een gitzwarte achtergrond. Wie begint met lezen, kan niet stoppen. De lezer wil weten hoe het verder gaat en hoe het afloopt.
Schrijver Johan Withaar heeft naar aanleiding van De Opgejaagden ruim tien jaar onderzoek gedaan naar de onbekend gebleven achtergronden, de vreselijke niet te bevatten historische feiten en het leven van de betrokkenen na de oorlog. Dit nieuwe boek, inclusief de herinneringen van Ab van Dien, bevat de resultaten van dit onderzoek in binnen- en buitenlandse (oorlogs)archieven, locatiebezoeken en interviews met de kinderen van direct betrokkenen, die Johan Withaar tot in de USA en Israël heeft weten te traceren.
Daarnaast heeft het onderzoek een drietal niet eerder gepubliceerde op schrift gestelde herinneringen van direct betrokkenen opgeleverd. Deze geven soms een verrassende wending aan hetgeen Van Dien zich in De Opgejaagden herinnerde.
-
Houtstromen
In Houtstromen ontrafelt Paul Borghaerts de herkomst van hout waarmee boerderijen gebouwd werden in Noord-Nederland in de periode van 1550 tot 1950. Hij stelt vast dat de herkomst van het hout in de loop van de jaren verschoof. Zo werd er aanvankelijk hout uit West-Duitsland en Zuid-Noorwegen geïmporteerd, maar later uit de Baltische staten en zelfs Wit-Rusland.
Om tot dit inzicht te komen heeft de auteur verschillende onderzoeksgebieden gecombineerd. Zo bestudeerde hij duizenden archiefstukken, heeft hij van meer dan 200 boerderijen de draagconstructie ingemeten, en heeft hij dendrochronologische dateringen gedaan. Dit laatste maakte het mogelijk om elke onderzochte boerderij tot op het jaar nauwkeurig te dateren. Daarmee heeft hij de ontwikkeling van de greidschuur of greidboerderij, die in het brandpunt van de economische ontwikkeling van het rurale gebied in Nederland stonden, tot in detail zichtbaar gemaakt. De nieuwe kennis geeft inzicht in de internationale netwerken van de (hout)handel, en is ook van belang voor onderzoek naar oude gebouwen in Nederland en naar schepen van bijvoorbeeld de VOC.
-
De ziel van zwart Amerika
Er zijn maar weinig boeken die geschiedenis schrijven. Dit is zo’n boek. The Souls of Black Folk, hier vertaald als De ziel van zwart Amerika, staat aan de basis van de zwarte vrijheidsstrijd in de twintigste eeuw. De literaire begaafde W.E.B. Du Bois beschrijft hoe raciale vooroordelen doorwerken in het alledaagse leven van zwarte mensen. Anders dan witte mensen, worden zij gedwongen tot een ‘dubbel bewustzijn’, waarbij ze zichzelf ook steeds door de ogen van de witte mens zien.
Met dit boek gaf Du Bois de aanzet tot een hernieuwd zwart zelfbewustzijn. Zo voedde hij de latere strijd voor toegang tot het hoger onderwijs. Inmiddels geldt het boek, waarin het ideaal van het panafrikanisme centraal staat, als een mijlpaal in de Afro-Amerikaanse literatuur.
De inleiding is van de hand van Stephan Sanders. Babah Tarawally laat in het nawoord zien dat Du Bois’ meesterwerk weinig aan actualiteit heeft ingeboet.
William Edward Burghardt Du Bois (1868–1963) promoveerde in de filosofie. Als vooraanstaand Amerikaanse mensenrechtenactivist richtte hij de National Association for the Advancement of Colored People op. Dit is, opmerkelijk genoeg, de eerste vertaling van zijn meesterwerk.