De regel
€ 19,90
« Noem niets uw eigendom, maar laat alles voor u gemeenschappelijk bezit zijn.» Zo begint dit kleine en zeer invloedrijke geschrift van Aurelius Augustinus. Wie een leven in de geest van Augustinus wil leiden — en waarom zou je dat niet willen? — geeft het ego op, inclusief alle bezit. Dat doe je niet om je slaafs te onderwerpen — Augustinus heeft een hekel aan strenge, gesloten kloosters — maar om mentale ruimte te creëren waardoor je een oprecht gemeenschapsmens kunt worden.
De regel geldt als een van Augustinus’ meest toegankelijke en invloedrijke geschriften. Aan het einde van de dertiende eeuw leefde men ernaar in duizenden kloosters. De tekst circuleerde toen in meerdere varianten. Ook twee varianten voor vrouwenkloosters zijn hier, net als een brief over het kloosterleven, opgenomen in het oorspronkelijke Latijn en in een fraaie vertaling.
Augustinus (354–430) was een Noord-Afrikaans filosoof en theoloog. Als eerste in de geschiedenis schreef hij systematisch over de vrijheid van de wil, de kracht van het geheugen, en de (on)maakbaarheid van de samenleving. Hij was bisschop van Hippo en geldt als een van de belangrijkste kerkvaders.
Met voorwoord van Paul van Geest en vertaalt door Vincent Hunink
Gerelateerde boeken
-
Exodus
De impact van een bijbelse migratie
Migraties en deportaties tekenen de geschiedenis van de mensheid. De bijbelse uittocht van het volk Israël uit de slavernij van Egypte naar het Beloofde Land is hiervan een iconisch voorbeeld.
Intrigerend is de vraag naar de historische kern van het Exodusverhaal. Waren er inderdaad Israëlieten aanwezig in Egypte tijdens de faraonische periode? Is er een wetenschappelijke verklaring voor de bijbelse plagen? Wanneer vond de Exodus precies plaats? En hoe zit het met de doortocht door de Rode Zee en de militaire verovering van Kanaän door de Israëlieten? De Exodus inspireerde door de eeuwen heen vele westerse kunstenaars. Hun werk bepaalde in grote mate onze beeldvorming van de diverse verhaalelementen.
Marleen Reynders maakt een duidelijk onderscheid tussen het historische bronnenmateriaal en de theologische betekenis ervan. Zij laat zien dat dit bijbels bevrijdingsepos is bedoeld om de grootsheid van Jahweh en de unieke alliantie tussen deze god en zijn volk te onderstrepen en dat het de kern van het Joodse geloof vormt.
Marleen Reynders is egyptoloog en musicoloog. Ze geeft lezingen en gastcolleges in binnen- en buitenland, begeleidt cultuurreizen en is auteur van verschillende boeken over het oude Egypte. -
Doopsgezinden in Friesland
In Doopsgezinden in Friesland schetst historicus Cor Trompetter het ontstaan van de doopsgezinde beweging in Friesland, met als centrale guur de ex-katholiek geestelijke Menno Simons. Hoe kon een minderheid als de doopsgezinden in de zeventiende en achttiende eeuw toch zo’n belangrijk stempel drukken op ons geestelijk erfgoed? Doopsgezinden stonden in politieke zin aan de kant, werden vervolgd en toch speelden ze een buitengewone rol op economisch en cultureel gebied.
Verdrinking, onthoofding, ophanging en verbranding viel een doopsgezinde ten deel vanwege afwijkende standpunten en leer. Ook Menno Simons kwam al snel bij de vervolgers in het vizier en vluchtte daarom weg uit Friesland. Simons is nooit de onbetwiste leider van de doperse beweging geweest. Voortdurend was er strijd binnen die beweging. Verharding van standpunten en daarop volgende scheuringen waren het resultaat. Aan het einde van Menno’s leven waren de conicten zo hevig geworden, dat de doopsgezinde beweging in de Nederlanden feitelijk in verschillende groepen uiteen was gevallen. Ook in Friesland, bij botsingen tussen de ‘harde Friezen’ en de ‘nog hardere Friezen’. De onderlinge verdeeldheid onder doopsgezinden was niet zelden een veel groter gevaar dan welke tegenstander van buiten dan ook. Trompetter schetst een politiek-sociale ontwikkeling van deze stroming in de latere eeuwen.
-
Niet meer blaffen naar de maan
Zijn er tussen wetenschap, geloof en magie waterdichte schotten te plaatsen? Is er een verschil tussen een wonderbaarlijk mirakel en een te mijden toverkunstje? Is de rede enkel te vinden in de wetenschap of speelt die ook een rol in religie en magie? Hoe stond de kerk tegenover wetenschappelijke bevindingen?
Raoul Bauer gaat op zoek naar antwoorden op deze vragen en vindt ze onder meer in de geschriften van de grote wetenschappers uit de Middeleeuwen. We leren Isidorus van Sevilla kennen die een encyclopedie schreef die eeuwenlang gebruikt werd. Beda Venerabilis, dé wetenschapper bij uitstek van de achtste eeuw, onderzoekt mirakels, berekent de paasdatum en denkt na over het fenomeen van de getijden. Via de Karolingische renaissance komt Gerbert van Aurillac aan het woord, de paus-wiskundige van het ‘merkwaardige’ jaar 1000.
Raoul Bauer, historicus en doctor in de letteren, is emeritus hoogleraar cultuurgeschiedenis in de Associatie van de K.U.Leuven. Hij publiceerde eerder bij uitgeverij Sterck & De Vreese het boek Karel de Grote.
‘We raken nooit dichter bij het begin van alles. In die zin is in de moderne natuurkunde niet anders dan de theologie van de middeleeuwen, toen er ook heel diepzinnige vragen werden gesteld, zonder dat er antwoorden kwamen.’ – Heino Falcke, hoogleraar radioastronomie en astrodeeltjesfysica, Radboud Universiteit Nijmegen
-
Bonifatius Kloosterpad
Verhalenboek
Bonifatius Kloosterpad
In het voetspoor van heiligen en pelgrimsDe Noordzee schonk de wereld Fryslân. Een waterrijke delta aan het eind van talloze riviermondingen. Een gebied van kreken, geulen, slikvelden, schorren, kwelders, oeverwallen, stranden, moerassen en dichte ondoordringbare broekbossen. Een land dat met de getijden meebewoog, dat steeds andere gedaanten aannam. Waar Friezen overleefden dankzij hun terpen en wierden. De komst van de kloosters luidde een nieuwe tijd in: de wildernis week terug, woest land werd in cultuur gebracht aan de kust en in het binnenland. Deze nalatenschap van heiligen, monniken en pelgrims levert boeiende en inspirerende verhalen op.
Ook verschenen; wandelgids Bonifatius Kloosterpad met 450 km wandelpad in Fryslân
ISBN